De beelden die de Trump-presidentschap zullen overleven, zijn onmiskenbaar: de politieagenten die in confrontatie komen met de Black Lives Matter-beweging, de publieke figuren die protesteerden tegen het dragen van maskers tijdens de COVID-19-pandemie en de personen die met geweld ingrepen om zwarte gemeenschappen te onderdrukken. Deze beelden zijn niet alleen een herinnering aan de misbruiken die tijdens Trumps regering plaatsvonden, maar ook aan hoe hij zijn politieke macht gebruikte om onrecht en corruptie te bevorderen.

De reactie van de Trump-regering op de COVID-19-pandemie is daarbij een treffend voorbeeld van deze mechanismen. Terwijl de pandemie zich over de wereld verspreidde, besloot de Trump-administratie de eigen politieke belangen boven de volksgezondheid te stellen. COVID-19 werd gepresenteerd als een probleem dat de reputatie van de president bedreigde, vooral toen bleek dat het virus onevenredig veel schade toebracht aan gemeenschappen van kleur. In plaats van passende maatregelen te nemen om de verspreiding van het virus te voorkomen, werd er een politiek strijdtoneel gecreëerd rondom het dragen van maskers. Wat in wezen een gezondheidsmaatregel zou moeten zijn, werd omgevormd tot een politiek statement, gedragen door witte supremacisten en rechtenbewegingen, met het doel om de status quo van onrecht te handhaven.

Tegelijkertijd bood Trump immuniteit aan de mensen die verantwoordelijk waren voor het onderdrukken van deze gemeenschappen. Dit bleek duidelijk toen hij voormalig sheriff Joe Arpaio pardon verleende, een man die veroordeeld was voor rassendiscriminatie en illegale detentie van mensen die hij beschuldigde van illegale immigratie. Dit voorrecht kwam niet toevallig: Trump benadrukte herhaaldelijk de noodzaak voor meer ‘wet en orde’, waarbij hij steun uitte voor een regime van strikte controle dat onterecht de rechten van gekleurde gemeenschappen ondermijnde.

Daarnaast werden er groepen van extreemrechtse aanhangers versterkt, die zich onder Trumps leiderschap gesterkt voelden. Digitale platforms die zich inzetten voor witte suprematie bloeiden tijdens en na zijn termijn als president. Deze platforms gaven aanhangers de mogelijkheid om zich te verenigen rond een gedeeld gevoel van politieke incorrectheid, wat zich niet alleen uitte in online discours, maar ook fysiek, zoals tijdens de bestorming van het Capitool in januari 2021. Dit was een poging om de verkiezingsresultaten te ondermijnen en de macht van Trump te behouden, een daad die in de ogen van velen een politieke staatsgreep was.

Trumps invloed op het politieke landschap ging verder dan alleen het versterken van gewelddadige en radicale groeperingen. Zijn gebruik van sociale media, in het bijzonder Twitter, om tegenstanders te belasteren, beledigen en te ondermijnen, leidde tot een afname van politieke normen en een verslechtering van het publieke discours. Trumps vermogen om leugens en halve waarheden te verspreiden werd ondersteund door het ontbreken van duidelijke richtlijnen voor het controleren van desinformatie op platforms zoals Facebook. Dit bood hem een ongekende mate van invloed en beschermde hem tegen publieke kritiek, terwijl tegelijkertijd de publieke moraal onder druk kwam te staan.

Hoewel sommigen beweren dat de Trump-era niets nieuws bracht op het gebied van corruptie, blijkt uit de praktijken van zijn regering het tegenovergestelde. De manier waarop Trumps administrateurs, zoals minister van Transport Elaine Chao, hun corruptie tentoonstelden, toont aan hoe schandalen die eerder verborgen bleven, nu openlijk geaccepteerd werden. Chao, die eerder al betrokken was bij schandalen in haar rol als minister van Arbeid, zag haar praktijken als lid van de Trump-regering verder verslechteren. Dit werd nog versterkt door de openbaar gemaakte corruptie van Trumps schoonzoon, Jared Kushner, die verantwoordelijk werd voor de aankoop en distributie van medische apparatuur voor de COVID-19-crisis, ondanks het feit dat hij geen ervaring had in het gezondheidsdomein.

De schijnbare onverschilligheid waarmee de Trump-administratie misbruik van macht begreep en ernaar handelde, is niet uniek voor de Verenigde Staten. Het is een wereldwijde trend die blijkt uit de manier waarop andere leiders, zoals de Braziliaanse president Bolsonaro, soortgelijke strategieën gebruikten tijdens de pandemie. Beide leiders gaven de verantwoordelijkheid voor het beheersen van de pandemie over aan lokale regeringen en verspreidden desinformatie, zoals het verkeerd aanbevelen van behandelingen zonder wetenschappelijke basis.

Deze gebeurtenissen laten zien dat corruptie niet alleen bestaat uit financiële schandalen of bureaucratische omkoping. Het kan ook een gevolg zijn van incompetentie, slechte besluitvorming en het misbruik van macht voor persoonlijke of politieke doeleinden. De verdeling van taken zoals de aanschaf van medische apparatuur en het overdragen van belangrijke beslissingen aan niet-gekwalificeerde personen kunnen net zo schadelijk zijn voor de samenleving als meer traditionele vormen van corruptie.

De geschiedenis van corruptie is complex en verweven met de politieke en sociale structuren van de samenleving. Het is belangrijk te erkennen dat de manier waarop corruptie zich manifesteert altijd afhankelijk is van de context waarin het voorkomt. In de Trump-era werd deze dynamiek versterkt door de opkomst van sociale media, die een nieuwe manier boden voor politieke leiders om hun invloed uit te oefenen en de publieke opinie te manipuleren. Het is essentieel om deze nieuwe vormen van corruptie te begrijpen, waarbij niet alleen financiële belangen een rol spelen, maar ook ideologische en politieke manipulatie op grote schaal plaatsvindt.

Manipulatieve Staatskunst: Disinformatie en Autocratische Strategieën

De convergentie van leiders als Donald Trump en Vladimir Poetin komt tot uiting in hun gemeenschappelijke praktijk van manipulatieve staatskunst. Deze tactiek wordt ingezet om hun eigen agenda te bevorderen en hun politieke macht te consolideren, vaak door het inzetten van desinformatie, het uitbuiten van juridische leemtes en het legitimeren van eenzijdige actie door de uitvoerende macht. In beide gevallen wordt staatsgeweld ingezet om politieke tegenstanders te onderdrukken en loyaliteit te versterken, waardoor de machthebbers hun invloed kunnen uitbreiden en hun persoonlijke belangen kunnen dienen.

Poetin, met zijn “verticale macht,” voortgekomen uit de Sovjettraditie van autocratisch en corrupt bestuur, exploiteert deze mechanismen tot in de twintigste eeuw. Het systeem stelt Russische elites in staat om enorme hoeveelheden publiek geld te verduisteren, wat niet alleen politieke invloed maar ook persoonlijke rijkdom vergroot. Het autocratische karakter van Poetin's regime is geworteld in praktijken die teruggaan tot de Sovjetperiode, maar ze zijn geüpdatet voor de hedendaagse politieke context. Trump, aan de andere kant, benut de uitvoerende macht die hem door de Amerikaanse grondwet wordt verleend om niet alleen persoonlijke politieke winst te behalen, maar ook zijn tegenstanders te straffen en steden onder leiding van de oppositiepartij aan te vallen. Zijn strategieën, hoewel verschillend in hun uitvoering, illustreren beide een verschuiving richting autoritair leiderschap door middel van manipulerende staatskunst.

Tijdens de protesten in de VS na de moord op George Floyd in 2020, werd Trump geconfronteerd met de uitdagingen van een land in crisis. Het gebruik van manipulerende staatskunst werd een middel om zijn politieke boodschap te versterken. De Black Lives Matter-beweging, die miljoenen mensen op de been bracht in protest tegen politiegeweld en institutioneel racisme, werd door Trump gepresenteerd als een bedreiging voor de nationale orde. In een tijd van een dodelijke pandemie en een zwakkere economie, vond Trump een gelegenheid om zijn aanhangers te mobiliseren door zichzelf neer te zetten als de verdediger van de "wet en orde", een gebruikelijke strategie voor autocraten die proberen het verschil tussen democratische waarden en autoritair bestuur te vervagen.

Trump beschreef de demonstraties als de daad van "buitenstaanders" en "terroristen", waarbij hij de opstandige steden zoals Washington D.C., Portland en Seattle labelde als bolwerken van anarchisten en criminele elementen. Door deze retoriek te versterken, trachtte hij de protesten te delegitimeren en zijn eigen aanhang te mobiliseren. Door in zijn communicatie de protestbeweging te bestempelen als gewelddadige extremisten, demonstreerde hij zijn bereidheid om autoritaire maatregelen te nemen. Het gebruik van sociale media, specifiek Twitter, speelde hierbij een cruciale rol. Hij dreigde met “de meest wrede honden” en “de meest onheilspellende wapens,” en moedigde zijn aanhangers aan om fysiek in te grijpen. Dit soort retoriek versterkte de verdeeldheid en voedde de angst onder zijn aanhangers.

De conservatieve media speelden een niet te onderschatten rol in het creëren van een beeld van chaos. Netwerken als Fox News verschaften voortdurend een beeld van gewelddadige demonstraties en burgerlijke onrust, wat de perceptie van een bedreigde natie versterkte. Door beelden van brandende steden en gewapende demonstranten te bewerken, werd de grens tussen werkelijkheid en perceptie vervaagd. Dit versterkte de retoriek van Trump en droeg bij aan een groeiende angst voor het vermeende gevaar van de BLM-beweging. Zo werd de politieke realiteit gestuurd door manipulatie van de publieke opinie.

Trump’s reactie op de BLM-protesten kan niet los worden gezien van zijn bredere strategie om zichzelf als de redder van de natie te positioneren. Door deze ‘reductie’ van de situatie tot een strijd tussen wet en chaos, creëerde hij een valse tegenstelling die zijn politieke boodschap versterkte. In de ogen van zijn supporters was hij de enige optie voor stabiliteit en orde. Tegelijkertijd werkte hij aan het ondermijnen van de geloofwaardigheid van de tegenstanders, door hen als radicalen of zelfs als verraders te portretteren. Deze framing maakte het moeilijk voor de BLM-beweging om een genuanceerd beeld te presenteren van de onderliggende maatschappelijke problemen van racisme en politiegeweld.

Het gebruik van desinformatie, vooral in tijden van crisis, is een belangrijk kenmerk van manipulatieve staatskunst. Trump’s retoriek heeft niet alleen de steun voor de BLM-beweging aangetast, maar ook het algemene vertrouwen in de politieke instellingen van de VS. Peilingen toonden aan dat de publieke steun voor de beweging piekte en daarna snel daalde, deels door de constante stroom van misinformatie die door de conservatieve media werd verspreid. Dit had een direct effect op hoe mensen de protesten en de onderliggende sociale kwesties begonnen te zien.

Wat belangrijk is om te begrijpen, is dat manipulerende staatskunst niet alleen een instrument is voor het verwerven van macht, maar ook voor het handhaven van een systeem van politiek en sociaal beheer dat gebaseerd is op verdeeldheid en controle. Het doel van deze manipulatie is vaak het bevorderen van autoritarisme door de publieke opinie te beïnvloeden, tegenstanders te marginaliseren en de politieke loyaliteit van de massa te waarborgen. Het succes van dit soort strategieën berust op het vermogen om de perceptie van de realiteit te beheersen, door gebruik te maken van moderne technologieën, zoals sociale media, en door onterecht vijandbeelden te creëren.

Het is van cruciaal belang om niet alleen naar de manipulatieve praktijken van leiders te kijken, maar ook naar de bredere gevolgen voor de democratische instituties. Wat dit type staatskunst aantoont, is de kwetsbaarheid van het publieke discours en de manier waarop leiders gebruik maken van angst en verdeeldheid om politieke doelen te bereiken. De continue uitdaging voor een democratische samenleving is het tegengaan van deze manipulaties, door een kritische benadering van informatie en door het handhaven van een stevig sociaal en juridisch raamwerk.