Achternaam___________________________ 1e variant
Los de opgaven op.
-
Mama gaf Grisha geld voor de aankoop van brood. Hij gaf 25 roebel uit aan brood en had nog 15 roebel over. Hoeveel geld gaf mama aan Grisha?
-
In een vat zat 54 liter kwas. Een deel van de kwas werd overgegoten in een emmer, en er bleef 24 liter kwas in het vat. Hoeveel liter kwas werd er in de emmer gegoten?
-
Een schaap leeft 15 jaar, en een haas leeft 10 jaar. Hoeveel jaren langer leeft het schaap dan de haas?
Achternaam___________________________ 2e variant
Los de opgaven op.
-
Een dwergwalvis heeft een lengte van 6 meter, en een zuidwalvis heeft een lengte van 18 meter. Hoeveel korter is de dwergwalvis dan de zuidwalvis?
-
Toen het stoomschip aanmeerde, gingen 43 passagiers aan land, en 38 passagiers bleven op het schip. Hoeveel passagiers waren er in het begin op het schip?
-
Mama kreeg 25 dagen vakantie. Ze bracht een paar dagen door op haar zomerhuisje, en de overige 13 dagen verbleef ze in een sanatorium. Hoeveel dagen bracht mama door op haar zomerhuisje?
Hoe kan een docent de onafhankelijkheid van studenten bevorderen bij wiskundige modellering?
Hoe Optimalisatie van het Federated Edge Learning Systeem de Convergentie Versnelt
Hoe garandeer je veilige communicatie, opslag en eventverwerking in Chrome-extensies?
Aanbevolen aanvraagformulier voor natuurlijke personen die zijn geregistreerd in het aandeelhoudersregister van PJSC "Aeroflot" AANVRAAG TOT AANKOOP VAN GEWONE AANDELEN VAN PJSC "AEROFLOT" IN HET KADER VAN HET VOORKEURRECHT ()
Les 9. Biologie, klas 10-11. Bestudeer de lezing. Lezing 7. Cytoplasma. Niet-membraan organoïden NIET-MEMBRAAN ORGANOÏDEN. RIBOSOMEN. De biochemische structuur bestaat uit ribonucleoproteïnen (RNP). Ribosomen bestaan uit een grote en een kleine subeenheid, die op complexe wijze met elkaar interactie hebben. De ribosomen van eukaryoten worden in de kern gevormd, in het nucleolusnetwerk, waarna de grote en kleine subeenheden migreren naar poreuze complexen in het cytoplasma. Ribosomen van eukaryoten en prokaryoten verschillen vooral in grootte. De ribosomen van eukaryoten zijn 25-30 nm groot, terwijl die van prokaryoten 20-25 nm zijn. Ze verschillen ook in sedimentatiecoëfficiënten. In de kleine subeenheid van eukaryoten komt rRNA van 18S voor, in de grote subeenheid – 5S, 5,8S, 28S. Bij prokaryoten is er 16S rRNA in de kleine subeenheid, 5S en 23S in de grote subeenheid. In de kleine subeenheid van eukaryoten bevinden zich ongeveer 34 eiwitten, in de grote ongeveer 43 eiwitten. Bij prokaryoten bevat de kleine subeenheid ongeveer 21 eiwitten, de grote ongeveer 34 eiwitten. CELLULAIR CENTRUM Dit is een universele niet-membraan organoïde van eukaryote cellen, bestaande uit 2 componenten: centrosoma centrosfeer. De centrosoma bestaat uit een dicht, niet-membraan lichaam, voornamelijk van eiwitten. Hier bevindt zich γ-tubuline, dat betrokken is bij de organisatie van microtubuli.
Verslag van de pedagogische bijeenkomst: "Leve de Ouders!"

Deutsch
Francais
Nederlands
Svenska
Norsk
Dansk
Suomi
Espanol
Italiano
Portugues
Magyar
Polski
Cestina
Русский