De experimenten die uitgevoerd zijn voor het analyseren van het transportmechanisme van micro-getextureerde snijgereedschappen, richten zich op het gedrag van de oppervlaktebevochtiging van de gereedschapsoppervlakte in een onbewerkte toestand. Tijdens dit proces werd een hoge-snelheidscamera gebruikt om het bevochtigingsproces op het gereedschap in real-time vast te leggen. De beelden werden naar een controleplatform gestuurd, waarbij een KJ63HW ringlichtbron de zichtbaarheid van de microtextuur op de gereedschapsoppervlakte verbeterde voor dynamische analyse. Deze experimenten waren van cruciaal belang voor het begrijpen van de oppervlaktedynamica van microtexturen en hun invloed op de snijprestaties.

De gereedschapsoppervlakte werd geanalyseerd op basis van verschillende textuurpatronen, die perpendiculair (‘⊥’), parallel (‘//’), diagonaal (‘+’, ‘45°’, ‘–45°’) en als kruis (‘×’) werden aangebracht. Elk van deze texturen heeft invloed op de manier waarop het smeermiddel zich over de gereedschapsoppervlakte verspreidt en transporteert, wat op zijn beurt invloed heeft op de snijprestaties. De metingen van de microtextuur en de ruwheid ervan na laserbewerking lieten weinig variatie zien, wat belangrijk is voor de consistentie van de experimentele gegevens. Zo werd bijvoorbeeld vastgesteld dat de ruwheid van de gereedschapsoppervlakte binnen een range van -11,854 µm tot 23,221 µm bleef, wat cruciaal is voor het evalueren van de impact van de texturen op de prestaties van het snijgereedschap.

Bij het meten van de verspaningsprestaties werd gebruikgemaakt van nanovloeistof-gebaseerde minimumhoeveelheid smering (MQL) om de snijprestaties te optimaliseren. De YDC-III89 piezo-elektrische drie-assige krachttransducer werd gebruikt om de snijkrachten te meten, terwijl het koelsysteem werd verzorgd door de KS-2106 micro-smeerapparatuur. De parameters van het smeermiddel, zoals de doorstroomsnelheid en de luchtdruk, werden zorgvuldig gecontroleerd om consistente resultaten te verkrijgen. De gecombineerde aanpak van nauwkeurige metingen van snijkrachten, temperatuur en de eigenschappen van de nanovloeistof gaf inzicht in de effectiviteit van micro-getextureerde snijgereedschappen bij het verbeteren van de verspaningskwaliteit.

Bij het meten van de snijkrachten werden de signalen van de krachttransducer versterkt en verwerkt met behulp van een dynamisch verspaningskracht-testsoftware, waarbij de gegevens werden geanalyseerd met behulp van een speciaal opgezette meetconfiguratie. De meetgegevens werden zorgvuldig verzameld en geanalyseerd, waarbij de gemiddelde waarde werd genomen van vijf metingen per instelling van de microtextuur. Het systeem voor het meten van de snijkrachten en warmte werd gekalibreerd om nauwkeurige resultaten te garanderen, met behulp van een K-30 thermokoppel voor het meten van de temperatuur tijdens het verspanen.

De toegepaste nanovloeistof, die palmolie als basisolie gebruikte, met koolstofnanobuizen (CNT) en een dispersiemiddel (LAS-30), werd bereid door een twee-staps mengproces en ultrasoon homogenisatie. Dit mengsel werd gebruikt voor de nanovloeistof-gebaseerde MQL-tests, waarbij de prestaties van de gereedschappen werden geanalyseerd op basis van de aangebrachte texturen en de effectiviteit van de smering en koeling. De toevoerparameters van het smeermiddel waren cruciaal voor het behoud van de stabiliteit van de tests, en de controle van de luchtdruk en de nozzle-instelling was essentieel voor het verkrijgen van consistente experimentele condities.

Voor de gereedschapsruwheid werden op confocale microscopen nauwkeurige metingen uitgevoerd om de effectiviteit van de microtexturen in verschillende oriëntaties te begrijpen. De textuuroriëntaties, zoals de hoeken van 45° en –45°, beïnvloeden de manier waarop de vloeistof zich over het gereedschap verspreidt, wat op zijn beurt de prestaties van het gereedschap beïnvloedt. Het resultaat is een dynamisch systeem waarbij de textuur en het smeermiddel samen de prestaties van het snijgereedschap kunnen verbeteren, wat essentieel is voor het verlengen van de levensduur van het gereedschap en het verbeteren van de verspaningsefficiëntie.

Naast de geanalyseerde parameters, zoals de ruwheid van de oppervlakte en de effectiviteit van de smeermiddelen, moeten we ook het gedrag van de microtexturen in verschillende werkcondities in overweging nemen. Bijvoorbeeld, de snijkrachten kunnen variëren afhankelijk van de specifieke oriëntatie van de textuur, en dit kan invloed hebben op de mate van wrijving en warmteontwikkeling tijdens het verspanen. Het begrijpen van deze complexe interacties tussen het gereedschap, het smeermiddel en het werkstuk is cruciaal voor het optimaliseren van de snijprocessen in industriële toepassingen.

Hoe Nanovloeistoffen de Prestaties van MQL Bewerking Beïnvloeden

In de moderne verspaningstechnologie speelt de keuze van het snijmiddel een cruciale rol in de prestaties en de kwaliteit van het eindproduct. De toepassing van Minimum Quantity Lubrication (MQL) is een bekende methode om de productiviteit te verhogen en tegelijkertijd het energieverbruik en de milieu-impact te minimaliseren. Recent onderzoek heeft aangetoond dat nanovloeistoffen, in combinatie met MQL, de effectiviteit van bewerkingsprocessen aanzienlijk kunnen verbeteren. Nanovloeistoffen, die vaak bestaan uit nanodeeltjes die zijn opgelost in een basisvloeistof zoals olie of water, bieden unieke voordelen op het gebied van tribologische prestaties en warmteafvoer. In dit hoofdstuk wordt onderzocht hoe deze vloeistoffen de kwaliteit van de bewerkingsoppervlakte kunnen verbeteren, evenals de mechanismen die verantwoordelijk zijn voor de voordelen.

Een belangrijk aspect van MQL is de mogelijkheid om de smering en koeling te optimaliseren met minimale hoeveelheden vloeistof. Traditionele koelmethode vereisen grote hoeveelheden vloeistof, wat niet alleen zorgt voor milieuvervuiling, maar ook de prestaties van het gereedschap kan verminderen. Nanovloeistoffen, daarentegen, hebben uitzonderlijke eigenschappen die de interactie tussen het gereedschap en het werkstuk verbeteren. De kleine deeltjes in nanovloeistoffen kunnen zelfs de ruwheid van het werkstukoppervlak verfijnen, wat leidt tot een verbeterde afwerking.

Onderzoek naar de tribologische eigenschappen van nanovloeistoffen heeft aangetoond dat ze in staat zijn om de wrijvingscoëfficiënt aanzienlijk te verlagen. Dit verlaagt de slijtage van het gereedschap en verlengt de levensduur ervan. Bovendien kunnen deze vloeistoffen een betere warmtegeleiding bieden, waardoor de temperatuur in de bewerkingszone wordt verlaagd. Dit is bijzonder belangrijk bij de bewerking van moeilijk te bewerken materialen zoals nikkelgebaseerde legeringen, die gevoelig zijn voor thermische schade tijdens het bewerkingsproces.

Er zijn verschillende studies die de effectiviteit van nanovloeistoffen in MQL-systemen onderzoeken. Zo blijkt uit het onderzoek van Li et al. (2020) dat de toevoeging van grafeen aan nanovloeistoffen de slijtvastheid van de snijgereedschappen verbetert. Dit komt doordat de grafeen deeltjes als een soort micro-rollager fungeren en de wrijving verminderen. Ook wordt er steeds meer aandacht besteed aan de invloed van elektrische velden in combinatie met nanovloeistoffen. Het onderzoek van Jia et al. (2023) heeft aangetoond dat elektrostatische systemen de atomisatie van vloeistoffen kunnen verbeteren, wat resulteert in kleinere druppels en een efficiëntere smering en koeling tijdens het verspanen.

Naast de tribologische voordelen bieden nanovloeistoffen ook verbeterde mogelijkheden voor het meten van de vloeistofdynamica tijdens het verspanen. Onderzoekers hebben bijvoorbeeld modellen ontwikkeld die de vorming van spray en de verspreiding van nanodeeltjes kunnen simuleren. Deze modellen kunnen helpen om het optimale gebruik van nanovloeistoffen in MQL-systemen te bepalen, afhankelijk van de specifieke eisen van het bewerkingsproces en het materiaal.

Naast de mechanische eigenschappen van de nanovloeistoffen is er ook aandacht voor hun ecologische impact. Omdat MQL-technologie gericht is op het minimaliseren van vloeistofverbruik, kan het gebruik van nanovloeistoffen de milieu-impact verder verlagen door minder afval te genereren. Dit is vooral belangrijk in de context van de moderne productie-industrie, waar duurzaamheid steeds belangrijker wordt.

Naast de voordelen die in de literatuur worden genoemd, moeten er ook enkele praktische overwegingen in acht worden genomen bij het gebruik van nanovloeistoffen in MQL-systemen. Ten eerste moeten de kosten van nanovloeistoffen in overweging worden genomen, aangezien de productie van vloeistoffen met nanodeeltjes vaak duurder is dan traditionele koelvloeistoffen. Daarnaast kan de implementatie van geavanceerde elektrostatica om de atomisatie van vloeistoffen te verbeteren technologische investeringen vereisen die mogelijk niet in alle fabrieken rendabel zijn.

Belangrijk is dat, hoewel de voordelen van nanovloeistoffen voor MQL bewerking overtuigend zijn, de technologie nog steeds in ontwikkeling is. Verder onderzoek is nodig om de langetermijneffecten van nanovloeistoffen op gereedschapslevensduur en productkwaliteit beter te begrijpen, evenals de effecten op de gezondheid van werknemers en de algehele productiemilieu.

In het algemeen biedt de integratie van nanovloeistoffen in MQL-bewerkingssystemen aanzienlijke voordelen in termen van prestatieverbetering en duurzaamheid. Door de superioriteit van deze vloeistoffen in termen van wrijvingsvermindering, warmteafvoer en gereedschapsbescherming is het geen verrassing dat deze technologie steeds vaker wordt toegepast in de productie van geavanceerde materialen en complexe componenten.

Wat zijn de voordelen en uitdagingen van verschillende koel- en smeermethoden in de bewerking?

In de wereld van de werktuigbouwkunde en de productietechniek zijn verschillende koel- en smeermethoden van essentieel belang voor het verbeteren van de efficiëntie en prestaties van bewerkingsprocessen. Van vaste smeermiddelen tot cryogene koeling en minimumhoeveelheid smeermiddelen, deze technologieën bieden aanzienlijke voordelen, maar brengen ook specifieke uitdagingen met zich mee.

Een van de methoden die vaak wordt gebruikt in de bewerkingsindustrie is de toepassing van vaste smeermiddelen, zoals MoS2 (molybdeen disulfide), in droge omstandigheden. Onderzoek door Agarwal et al. [126] toont aan dat het gebruik van een mengsel van grafiet en molybdeen disulfide de slijpresultaten kan verbeteren, wat leidt tot significante verbeteringen in de procesprestaties. Vaste smeermiddelen bieden een aanzienlijke vermindering van wrijvings- en slijtage-effecten, vooral in vergelijking met traditionele droogbewerking. Echter, het gebruik van vaste smeermiddelen vereist vaak een verandering in de vorm van het gereedschap en een aanpassing van de microtextuur van het gereedschapoppervlak om smeermiddelen op te slaan. Deze aanpassingen kunnen de stabiliteit van het gereedschap verminderen en de prestaties beïnvloeden. Een ander probleem is de moeilijke verwijdering van spanen, wat de algehele efficiëntie van de bewerking kan verminderen.

Een andere veelbelovende technologie is cryogene koeling, waarbij vloeibare stikstof of laag-temperatuur CO2 wordt gebruikt als koelmiddel in plaats van de traditionele snijvloeistoffen. Cryogene koeling heeft aantoonbare voordelen in termen van koelcapaciteit in vergelijking met hogedrukgassen of waterdamp, en de lage temperatuur van de gassen of vloeistoffen zorgt voor een efficiëntere warmteoverdracht in de verwerkingszone [127, 128]. De koelprestaties van cryogene koeling dragen niet alleen bij aan een lagere temperatuur in de werkzone, maar ook aan een betere afvoer van warmte, wat resulteert in langere levensduur van gereedschappen en hogere kwaliteit van het werkstuk. Kaynak et al. [132] ontdekten in hun onderzoek dat het gebruik van vloeibare stikstof bij het draaien van een Ni-Ti legering de diepte van de invloedzone twee keer zo groot maakte als bij droogsnijden, wat de oppervlaktehardheid van het werkstuk aanzienlijk verbeterde. Hoewel de effectiviteit van cryogene koeling duidelijk is, blijven er uitdagingen zoals de hoge kosten van cryogene koelvloeistoffen en de beperkte toepassing in bepaalde productieprocessen, zoals het slijpen van moeilijk te bewerken materialen.

Naast cryogene koeling zijn er methoden zoals Minimum Quantity Lubrication (MQL) en Near Minimum Quantity Lubrication (NMQL), die het verbruik van snijvloeistoffen aanzienlijk verminderen. MQL kan het gebruik van snijvloeistoffen met wel 99% verminderen in vergelijking met traditionele verwerkingsmethoden waarbij grote hoeveelheden vloeistof worden gebruikt [135]. Deze methode verbetert niet alleen de werkomgeving, maar vermindert ook de milieu-impact. Studies hebben aangetoond dat het gebruik van castorolie in MQL een lagere wrijvingscoëfficiënt en lagere specifieke slijpernergie opleverde, wat resulteerde in betere oppervlakkwaliteit van het werkstuk [136]. Een ander voordeel van MQL is de verlaging van de temperatuur in de verwerkingszone, wat de slijtage van het gereedschap vermindert en de gereedschapslevensduur verlengt.

NMQL, een verder doorontwikkelde variant van MQL, maakt gebruik van nanodeeltjes die worden toegevoegd aan de snijvloeistof. Deze nanodeeltjes verbeteren de thermische geleidbaarheid, permeabiliteit en slijtvastheid van de vloeistof, wat resulteert in een nog betere prestaties van het gereedschap en het werkstuk [31, 138, 139]. Onderzoek door Zhang et al. [143] heeft aangetoond dat NMQL de slijpertemperatuur met 150 °C kan verlagen in vergelijking met droogslijpen, terwijl de slijpkracht met meer dan 15% wordt verminderd. Dit benadrukt de effectiviteit van nanovloeistoffen bij het verbeteren van de koel- en smeereigenschappen. Bovendien heeft NMQL in combinatie met technieken zoals ultrasone trillingen en cryogene koeling veelbelovende resultaten opgeleverd in de verbetering van de gereedschapslevensduur en verwerkingsprestaties [144-146].

Hoewel zowel MQL als NMQL aanzienlijke voordelen bieden in termen van verlaagd energieverbruik, verbeterde productkwaliteit en verminderde milieu-impact, zijn er ook beperkingen. In bepaalde bewerkingsomstandigheden waarbij hogere koelcapaciteit vereist is, kan MQL onvoldoende prestaties leveren. Daarnaast blijven de kosten van nanodeeltjes en de implementatie ervan in industriële processen een uitdaging. Desondanks wordt NMQL steeds meer gezien als een milieuvriendelijke en energie-efficiënte technologie die de basis legt voor duurzamere productietechnieken.

Deze ontwikkelingen benadrukken de voortdurende zoektocht naar innovatieve koel- en smeermethoden die niet alleen de operationele kosten verlagen, maar ook bijdragen aan een schonere en duurzamere productie. De integratie van cryogene koeling, MQL en NMQL in combinatie met nanotechnologie kan in de toekomst een sleutelrol spelen in het verbeteren van de prestaties van gereedschappen en de efficiëntie van bewerkingsprocessen.

Wat zijn de Mechanismen achter de Verbeterde Warmtegeleiding van Nano-Deeltjesverrijkte Koelmiddelen?

De toepassing van nano-deeltjesverrijkte koelvloeistoffen (NPECs) heeft de thermische prestaties van koel- en smeermiddelen aanzienlijk verbeterd. Deze verbetering is grotendeels te danken aan de innovatieve mechanismen die de warmteoverdracht bevorderen, die ontstaan door de integratie van nano-fasen in de basenvloeistoffen. Een van de belangrijkste mechanismen die hierbij betrokken zijn, is het boilingsmechanisme, waarbij de aanwezigheid van nano-fasen het proces van vloeistoffilmverhitting en de vorming van belletjes kan versnellen, wat op zijn beurt de warmtegeleiding bevordert. De toevoeging van nano-verrijkte deeltjes resulteert in een adsorptielaag die zich om de deeltjes vormt, waardoor de thermische weerstand binnen de druppels wordt verminderd en de warmteoverdracht wordt vergemakkelijkt.

Daarnaast spelen de onregelmatige diffusie en de Brownse beweging van de nano-fasen een sleutelrol. Deze bewegingen zorgen ervoor dat de deeltjes in interactie treden met de omringende biolubricanten en een fluïdadsorptielaag vormen die helpt bij het efficiënter dissiperen van de warmte wanneer het materiaal in contact komt met de werkstukken. Het resultaat is een aanzienlijke verhoging van de algehele warmteoverdrachtsefficiëntie.

Het onderzoeken van de thermische geleidbaarheid van NPECs is essentieel voor het verbeteren van de verwerkings- en koelprocessen. Veel verschillende factoren beïnvloeden de thermische geleidbaarheid van NPECs, zoals de eigenschappen van de basenvloeistof, de verhouding van de nano-verrijkte componenten, de afmetingen en morfologie van de deeltjes, en temperatuurvariaties. De veelgebruikte "transient hot-wire" methode, die bekend staat om zijn nauwkeurigheid en betrouwbaarheid, wordt vaak gebruikt om de thermische geleidbaarheid van deze koelmiddelen te meten.

De relatie tussen temperatuur, concentratie en thermische geleidbaarheid is duidelijk. Onderzoek heeft aangetoond dat zowel de concentratie van nano-fasen als de bedrijfstemperatuur een belangrijke invloed hebben op de thermische geleidbaarheid. Het werk van Ramya et al. heeft bijvoorbeeld aangetoond dat de thermische geleidbaarheid van koelmiddelen die zijn verrijkt met ZnO nano-fasen, stijgt naarmate de temperatuur toeneemt. Dit resultaat werd verder ondersteund door Duangtongsuk en Wongwises in hun experimenten met TiO2 NPECs, waarin ze volumetrische concentraties van 0,2 tot 2,0% onderzochten. Ze ontdekten dat de thermische geleidbaarheid steeg met de temperatuur, ongeacht de concentratie.

Naast de temperatuur en concentratie speelt ook de grootte, vorm en het type van de nano-fasen een belangrijke rol in de thermische geleidbaarheid van NPECs. Kleinere deeltjes hebben een grotere oppervlak-tot-volume verhouding, wat leidt tot verbeterde warmteoverdracht. Onderzoek heeft aangetoond dat de ideale grootte van de nano-fasen voor een optimale thermische geleidbaarheid tussen de 20 en 40 nm ligt. Dit komt doordat kleinere deeltjes een groter oppervlak bieden voor interacties en minder kans hebben om te agglomeren, wat bijdraagt aan een stabieler mengsel en verbeterde thermische prestaties.

Daarnaast speelt de vorm van de deeltjes een cruciale rol. NPECs met vezelachtige of cilindrische structuren vertonen vaak betere thermische geleidbaarheid dan de deeltjes met een bolvormige geometrie. Dit komt doordat vezelachtige deeltjes een grotere verhouding van oppervlakte tot volume (A/V) hebben, wat de efficiëntie van de warmteoverdracht bevordert. De structuur van de deeltjes kan dus niet alleen de thermische geleidbaarheid verbeteren, maar ook bijdragen aan de stabiliteit en duurzaamheid van de koelvloeistof op de lange termijn.

Tot slot blijkt uit onderzoeken dat naast de temperatuur en de concentratie van nano-fasen, ook andere factoren zoals de eigenschappen van de basisvloeistof, de grootte en vorm van de deeltjes en hun interactie met de vloeistof van invloed zijn op de thermische prestaties van NPECs. Het is dus van belang om niet alleen te focussen op de toevoeging van nano-fasen, maar ook om te begrijpen hoe deze deeltjes zich gedragen in het medium en hoe ze de algehele prestaties kunnen beïnvloeden. Er zijn variaties in de effectiviteit afhankelijk van het type deeltje en de concentratie, en deze moeten in overweging worden genomen voor de optimale formulering van koel- en smeermiddelen.