De klimaatverandering heeft ingrijpende gevolgen voor de stabiliteit van de weersomstandigheden, die op hun beurt de efficiëntie van hernieuwbare energiebronnen beïnvloeden. Dit artikel onderzoekt de langetermijnvariaties van verschillende klimaatparameters, zoals windsnelheid, stof- en zandstormen, neerslag en temperatuur, en hoe deze trends de toepassing van hernieuwbare energiebronnen in stedelijke en gebouwde omgevingen kunnen beïnvloeden.

De gegevens die de langetermijnsnelheid van de wind over de periode van 1955 tot 2022 beschrijven, wijzen op een afname in de gemiddelde windsnelheid, die tegen 2050 naar verwachting zal dalen tot 8,2 knopen (4,1 m/s), wat ongeveer 13% lager is dan het huidige gemiddelde van 9,5 knopen (4,75 m/s). Dit heeft directe gevolgen voor de energieproductie uit windturbines, vooral in stedelijke gebieden. De efficiëntie van grotere windturbines zal afnemen, terwijl microturbines, die een lagere aanvangssnelheid van 1 m/s hebben, wellicht een betere oplossing kunnen bieden. De lage correlatiecoëfficiënt (r = 0,6754) suggereert echter dat deze afname in windsnelheid niet uniform is, wat een zekere mate van onzekerheid met zich meebrengt voor toekomstig windenergiepotentieel.

Daarnaast blijkt uit de gegevens dat het aantal dagen met stof- of zandstormen de neiging heeft toe te nemen. In 2050 zouden er naar schatting 15 van dergelijke stormen kunnen zijn, vergeleken met het huidige aantal. Hoewel de correlatie tussen stofstormen en de jaarlijkse gemiddelden laag is (r = 0,1733), heeft dit wel invloed op de prestaties van fotovoltaïsche panelen (PV) en parabolische zonnekonzentrators (CSP). Deze systemen zijn zeer gevoelig voor de impact van stof en zand, wat de effectiviteit van zonne-energie aanzienlijk zou kunnen verminderen. Dit suggereert dat CSP-technologieën in gebieden met frequente stofstormen niet ideaal zouden zijn, vooral als de waterbehoefte voor reiniging te hoog wordt, waardoor de voordelen van zonne-energie teniet worden gedaan.

Op het gebied van neerslag vertonen de gegevens een afname van de jaarlijkse neerslag tegen 2050, met een verwachte tekortkoming van 270 mm per jaar. De correlatie tussen neerslag en jaargemiddelden is echter bijzonder laag (r = 0,1647), wat betekent dat de variabiliteit van neerslag moeilijk te voorspellen is, maar wel van invloed kan zijn op de beschikbaarheid van water voor energieproductie en andere stedelijke behoeften.

Temperatuurveranderingen vormen een ander belangrijk aandachtspunt voor de gebouwde omgeving. De gegevens suggereren een aanzienlijke stijging van de gemiddelde temperatuur tegen 2050. Dit heeft gevolgen voor zowel de verwarmings- als koelbehoeften in gebouwen, vooral in regio’s met hoge zonne-instraling. De temperatuurstijging kan leiden tot een grotere vraag naar airconditioning in warme klimaten, wat weer kan leiden tot een toegenomen energiebehoefte. Omgekeerd kan in koudere klimaten de verhoogde temperatuur mogelijk helpen om de verwarmingsbehoefte te verminderen.

De gemeten jaarlijkse zonnestraling op een horizontale oppervlakte, bijvoorbeeld op de luchthavens van Bahrain, vertoont geen duidelijke trend naar toenemende zonnestraling. Dit zou kunnen duiden op fluctuaties in de atmosferische omstandigheden, zoals de concentratie van ozon of stikstofoxiden, die de hoeveelheid UV-straling beïnvloeden. Deze fluctuaties kunnen de effectiviteit van zonne-energiesystemen beïnvloeden, vooral als de straling onverwachts laag is, zoals in 2022.

Voor de langetermijnprognoses van temperatuur en andere meteorologische gegevens heeft men gebruik gemaakt van een voortschrijdend gemiddelde over vijfjaarlijkse periodes. Deze benadering maakt het mogelijk om de schommelingen van het weer op korte termijn te compenseren en biedt een duidelijker beeld van de verwachte trends. De resultaten tonen een significante temperatuurstijging die voorspeld wordt voor de komende decennia, wat extra nadruk legt op de noodzaak van aanpassingen in gebouwontwerpen en de bredere infrastructuur van steden om deze stijging te mitigeren.

Verder is het van belang om de interactie van klimaatveranderingen met verschillende energiebronnen goed te begrijpen. Terwijl bijvoorbeeld windenergie in sommige regio's waarschijnlijk minder betrouwbaar zal worden door afnemende windsnelheden, kan de opkomst van nieuwe technologieën zoals microturbines kansen bieden voor stedelijke gebieden met beperkte ruimte en variabele windomstandigheden. Ook kan de afname van de zonne-instraling de voorkeur doen verschuiven naar andere, meer robuuste energieoplossingen, zoals geothermische energie, die minder gevoelig is voor klimatologische veranderingen.

Hoe kan de ontwikkeling van zonne-ramen met hoge transparantie de toekomst van energieopwekking in gebouwen veranderen?

De integratie van zonne-energie in de architectuur van gebouwen biedt een veelbelovende benadering van duurzame energieproductie, met name door middel van zonne-ramen. Recent onderzoek heeft aanzienlijke vooruitgangen geboekt in de ontwikkeling van heldere zonne-ramen, die transparantie combineren met zonne-opwekking. Deze innovatieve technologie maakt gebruik van inorganische fosforen die de lichttransmissie van ramen behouden, terwijl ze tegelijkertijd energie genereren uit zonlicht. Dit maakt het mogelijk om ramen te gebruiken voor zowel esthetische als functionele doeleinden, wat essentieel is voor de toepassing van zonnepanelen op gevels en andere verticale oppervlakken.

De technologische vooruitgangen in de productie van deze ramen zijn te danken aan de ontwikkeling van fosforen die een groot Stokes-shift effect vertonen. Dit effect helpt het probleem van lichtabsorptie te vermijden, wat een belangrijke beperking vormt in traditionele LSC (luminescent solar concentrator) systemen. Dit soort fosforen kan zonne-energie effectief omzetten in elektrische energie zonder dat het veel licht verliest door terugabsorptie, wat cruciaal is voor de prestatie van de ramen over een groot oppervlak. Verder is het essentieel om technologieën te ontwikkelen die het mogelijk maken om deze fosforen op een betrouwbare en kosteneffectieve manier te integreren in het glas van ramen, zonder dat dit leidt tot ongewenste verkleuringen of mistigheid. Er wordt veel onderzoek verricht om de levensduur van deze materialen te verlengen en te zorgen voor een langdurige stabiliteit onder zonnestraling, aangezien conventionele organische materialen vaak niet bestand zijn tegen de jarenlange blootstelling aan de elementen.

De recente ontwikkelingen op het gebied van deze technologie zijn vooral zichtbaar in de prestaties van de ClearVue-zonne-ramen, die al commercieel beschikbaar zijn en in verschillende installaties wereldwijd zijn getest. Deze ramen hebben bewezen een hoge transparantie te behouden, terwijl ze tegelijkertijd aanzienlijke hoeveelheden energie genereren. Zo heeft een recent testresultaat aangetoond dat een 1,2 meter bij 1,2 meter groot zonne-ramenmodel in een natuurlijke zonnestand een elektrische output van ongeveer 16,7% hogere stroom bij dezelfde spanning produceert, wat wijst op een aanzienlijke verbetering in prestaties. Dit type raam is bijzonder geschikt voor BIPV (Building Integrated Photovoltaics) toepassingen, omdat de installatie niet afhankelijk is van de gebruikelijke zonnepaneelconfiguraties en kan worden toegepast op verticale gevels, wat een extra voordeel biedt ten opzichte van traditionele zonnepanelen.

Een belangrijk aspect van de voortdurende verbetering van zonne-ramen is de optimalisatie van de prestaties. Dit omvat het verfijnen van de samenstellingen van luminescente materialen, het aanpassen van de dikte en concentratie van de interlagen, en het verbeteren van de geïntegreerde fotovoltaïsche modules. De focus ligt hierbij op het minimaliseren van kleurafwijkingen en mistigheid in het raamglas, terwijl tegelijkertijd de elektrische output per vierkante meter wordt gemaximaliseerd. Het proces van het ontwikkelen van zonne-ramen met optimale prestaties is multidisciplinair, waarbij chemici, ingenieurs en architecten samenwerken om innovatieve oplossingen te vinden.

Naast de technische uitdagingen die moeten worden overwonnen, is er ook veel aandacht voor de schaalbaarheid van de technologie. Grote zonne-ramen met een hoog rendement zijn essentieel om ze geschikt te maken voor commerciële en industriële toepassingen. De recente tests met ramen van 1,91 meter bij 0,95 meter hebben aangetoond dat de technologie schaalbaar is, met een elektrische output tot 50,5 Wp, wat een belangrijke stap voorwaarts is in de ontwikkeling van zonne-ramen die niet alleen efficiënt zijn, maar ook geschikt voor grootschalige productie en installatie.

Een bijzonder interessante ontwikkeling is de recente installatie van ClearVue-zonne-ramen in een commerciële kas in Japan, die aantoonde dat deze ramen niet alleen energie kunnen opwekken, maar ook bijdragen aan de vermindering van de energiebehoefte van gebouwen. De technologie biedt mogelijkheden om de energiekosten te verminderen en tegelijkertijd een duurzamer gebouwontwerp te realiseren. In dit geval werd een zonne-rameninstallatie toegepast op de noordgevel en het dak van een kas, wat resulteerde in een aanzienlijke verlaging van de energieconsumptie van de verwarmings-, ventilatie- en airconditioningsystemen (HVAC). Dit voorbeeld toont aan hoe zonne-ramen kunnen worden geïntegreerd in de energiebehoeften van een gebouw en een actieve bijdrage leveren aan de energieproductie van een gebouw.

Om de prestaties van zonne-ramen verder te verbeteren, moet aandacht worden besteed aan het ontwerp van de ramen en de integratie van de fotovoltaïsche technologie. De nieuwe generatie van zonne-ramen vereist verfijnde systemen voor het beheer van zonne-energie, waarbij de hoeveelheid opgewekte energie per vierkante meter raamoppervlak wordt gemaximaliseerd. Dit kan bijvoorbeeld worden bereikt door het gebruik van innovatieve glascoatings, verbeterde fotovoltaïsche cellen en nanotechnologie die de efficiëntie van het lichtconcentratiesysteem verhogen.

De toepassing van zonne-ramen biedt een krachtige mogelijkheid om de duurzaamheid van gebouwen te verbeteren en tegelijkertijd de integratie van hernieuwbare energie in stedelijke omgevingen te bevorderen. Door de technologie verder te verfijnen en te optimaliseren, kunnen we op weg zijn naar een toekomst waarin gebouwen niet alleen energie verbruiken, maar ook bijdragen aan de productie van schone energie. Het is dan ook belangrijk dat de ontwikkelingen in deze technologie nauwlettend worden gevolgd en verder worden ondersteund door wetenschappelijk onderzoek en industriële samenwerking om de uitdagingen van de toekomst aan te gaan.

Hoe energieverbruik in fan coil units (FCU) correct te meten en analyseren?

Het energieverbruik van fan coil units (FCU) is een belangrijk aandachtspunt voor het optimaliseren van energie-efficiëntie in gebouwen. Drie energie-intensieve onderdelen van de FCU – de ventilator, de pomp en de koelmachine – spelen hierbij een cruciale rol. Het meten en analyseren van de energieverdeling tussen deze componenten is essentieel om inzicht te krijgen in het energieverbruik van het systeem en mogelijkheden voor verbetering te identificeren.

De ventilator van de FCU wordt aangedreven door een gelijkstroommotor (DC) met een vermogen van 2 kW. Het mechanisme van de luchtstroom binnen de FCU is van groot belang voor het reguleren van de temperatuur en het verbeteren van de luchtcirculatie in de ruimte. De koelmachine, die werkt met koelspiralen, verbruikt aanzienlijke hoeveelheden energie, die gemeten kan worden aan de hand van de koelcapaciteit van de spiralen. De pomp die het gekoelde water door het systeem transporteert, maakt ook gebruik van energie die gevolgd kan worden door middel van de hydrodynamische kracht en door de koelcapaciteit van de koelspiralen.

Energieaudits zijn een essentieel hulpmiddel voor gebouweigenaren om het energieverbruik te evalueren en de efficiëntie van systemen te verbeteren. Er zijn verschillende niveaus van energieaudits volgens ASHRAE-standaarden, die variëren van een basisbeoordeling (niveau 1) tot diepgaande analyses van het energieverbruik (niveau 3). Een basisaudit kan de belangrijkste energieverbruikspatronen identificeren, terwijl een meer gedetailleerde audit (niveau 2) diepgaande studies biedt om energiebesparende methoden te vinden. Het hoogste niveau (niveau 3) omvat niet alleen gegevensverzameling en monitoring, maar ook technische analyses om de precieze energieverdeling te bepalen.

Voor de energieanalyse van een specifieke ruimte, zoals een vergaderruimte, is het noodzakelijk om de parameters van de FCU en de ruimte zelf nauwkeurig te meten. Er zijn twee hoofdcategorieën van meetparameters: de FCU-gerelateerde parameters en de kamergegevens. De eerste groep omvat bijvoorbeeld de spanning, stroomsterkte, luchttemperaturen en luchtstroom voor de ventilator en de koelmachine. De tweede groep meet de temperatuur, luchtvochtigheid en luchtstroom in de kamer zelf. Deze metingen worden gecombineerd om zowel de "sensible load" (de hoeveelheid warmte die de ruimte moet verliezen) als de "latent load" (de hoeveelheid vocht die moet worden verwijderd) te berekenen.

Het meten van deze parameters vereist het gebruik van diverse instrumenten, zoals temperatuursensoren, hygrometers en luchtstroommeters. In een studie uitgevoerd in een vergaderruimte werd de temperatuur gedurende een periode van zes maanden gemeten, met een frequentie van elke 20 minuten. Alle sensoren en meetapparatuur werden gecontroleerd om de nauwkeurigheid van de gegevens te waarborgen. Het resultaat van deze metingen gaf een gedetailleerd overzicht van zowel de energieverdeling van de FCU als de koelbelasting van de ruimte.

De koelbelasting wordt berekend door zowel de "sensible load" als de "latent load" te bepalen. De "sensible load" wordt berekend aan de hand van de luchttemperaturen van de aanvoerlucht en de retourlucht, evenals de luchtstroomsnelheid. De "latent load" wordt berekend op basis van de luchtvochtigheid van de aanvoerlucht en de retourlucht. De totale koelbelasting van de kamer is de som van deze twee waarden. Deze berekeningen zijn essentieel voor het begrijpen van de mate van energie die nodig is om een ruimte effectief te koelen.

Naast het bepalen van de koelbelasting, is het belangrijk om de energieverdeling tussen de ventilator, pomp en koelmachine te meten. De ventilator verbruikt energie die wordt berekend aan de hand van de spanning en stroomsterkte die door de motor lopen. Deze waarden worden gebruikt om het energieverbruik van de ventilator in kilowatt (kW) te berekenen. De pomp die het gekoelde water door de FCU verplaatst, verbruikt ook energie, die gemeten wordt op basis van de waterstroomsnelheid en de pompkracht. Tenslotte wordt de koelmachine gemeten op basis van de koelcapaciteit van de koelspiralen.

Om een gedetailleerd beeld te krijgen van het energieverbruik van het gehele FCU-systeem, is het van cruciaal belang om alle componenten nauwkeurig te monitoren en de gegevens systematisch te analyseren. Deze aanpak maakt het mogelijk om inefficiënties te identificeren en verbeteringsmogelijkheden voor de energiebesparing vast te stellen.

Naast de energieverdeling en belastinganalyse van de FCU is het belangrijk voor de lezers om te begrijpen dat de energie-efficiëntie van dergelijke systemen afhankelijk is van verschillende externe factoren. De isolatie van de ruimte, het gebruikspatroon van de ruimte en zelfs de klimaatomstandigheden kunnen aanzienlijke invloed hebben op het energieverbruik. Daarom is het noodzakelijk om alle relevante factoren in de context van energiebeheer te overwegen. Ook moet men zich bewust zijn van de technologische vooruitgangen in koeltechnieken en ventilatorsystemen die steeds meer energie-efficiënt zijn, en hoe de integratie van dergelijke technologieën kan bijdragen aan aanzienlijke besparingen in het totale energieverbruik.