Bij de afleiding van de virtuele arbeid en stijfheidsmatrix voor een ruimteframe-element, is het belangrijk om de drie belangrijke componenten van de spanningsresultanten te definiëren die voor het element gelden. In aanvulling op de eerdere componenten, kunnen drie nieuwe spanningsresultanten worden geïntroduceerd voor het ruimteframe-element, die afhankelijk zijn van de specifieke krachten en momenten op de uiteinden van het element. Deze spanningsresultanten worden als volgt gedefinieerd:

Fzb=tzdAF_zb = t_z dA

Myb=txzdAM_yb = t_xz dA
Mxb=(tzytyz)dAM_xb = (t_{zy} - t_{yz}) dA

Deze formules dienen om de verdelingen van interne krachten en momenten in een ruimteframe-element nauwkeurig te beschrijven, vooral wanneer het element onder verschillende belastingen staat die langs de z-as en in de rotaties plaatsvinden. Door gebruik te maken van deze spanningsresultanten en de verplaatsingen die op de uiteinden van het element optreden, kan een uitdrukking worden gevonden die in dezelfde vorm is als die voor de virtuele arbeid RbR_b. De verplaatsings- en krachtvectoren voor het uiteinde BB van de balk worden als volgt gedefinieerd:

{ub}T=ub,vb,wb,θxb,θyb,θzb\{u_b\}^T = \langle u_b, v_b, w_b, \theta_{xb}, \theta_{yb}, \theta_{zb} \rangle
{fb}T=Fxb,Fyb,Fzb,Mxb,Myb,Mzb\{f_b\}^T = \langle F_{xb}, F_{yb}, F_{zb}, M_{xb}, M_{yb}, M_{zb} \rangle

Waarbij θyb=wb\theta_{yb} = -w'_b wordt verondersteld voor de gevallen van kleine rotaties. Dit laat zien hoe de zes vrijheidsgraden, namelijk drie translatie- en drie rotatiecomponenten, voldoende zijn om de externe virtuele arbeid die aan elk uiteinde van het ruimteframe-element is gekoppeld, correct te beschrijven.

Wanneer we deze verplaatsingen en krachten combineren, krijgen we een algemene uitdrukking voor de virtuele arbeid die de bijdragen van beide uiteinden van het element bevat. De virtuele werkvergelijking kan dan worden geschreven als:

L(EAuδu+EIzwδw+EIywδw+GJθxδθx)dx={δu}T{f}\int L (EAu' \delta u' + EI_z w' \delta w'' + EI_y w'' \delta w'' + GJ \theta'_x \delta \theta'_x) dx = \{ \delta u \}^T \{ f \}

In deze vergelijking vertegenwoordigen de verplaatsing- en krachtvectoren de verzamelingen van de verplaatsingen en krachten voor beide uiteinden van het element. Het gebruik van interpolatiefuncties voor de verplaatsingen van de knopen biedt een praktische methode om de virtuele arbeid uit te drukken en om de bijbehorende stijfheidsmatrix af te leiden.

De afgeleide differentiaalvergelijkingen die verbonden zijn met de ruimteframe-elementen kunnen, op basis van de bovenstaande formulering, worden uitgedrukt als:

EIyw=0EI_y w'''' = 0
GJθx=0GJ \theta''_x = 0

Deze vergelijkingen geven aan dat de exacte oplossingen voor de transversale verplaatsing ww en de draaimomenten θx\theta_x respectievelijk door een vierdegraads en lineaire polynoomfunctie kunnen worden beschreven. Daarom kunnen ze worden geïnterpoleerd met behulp van de volgende uitdrukkingen:

w={n3}T{w}w = \{n_3\}^T \{w\}
θx={n1}T{θx}\theta_x = \{n_1\}^T \{\theta_x\}

De interpolatie van de verplaatsingen uu, vv, ww, en θx\theta_x kan vervolgens de basis vormen voor de stijfheidsvergelijkingen van het ruimteframe-element. De uiteindelijke stijfheidsmatrix heeft een dimensie van 12x12, zoals geïllustreerd in de afgeleiden matrixvergelijkingen.

Belangrijk is dat de oplossing voor de spanningsresultanten en de stijfheidsmatrix bijdraagt aan de algehele stabiliteit en prestaties van het ruimteframe-element onder verschillende belastingstoestanden. De afgeleide vergelijkingen kunnen verder worden gebruikt om de stijfheidsmatrix van het element te verkrijgen, die vervolgens kan worden toegepast in een structurele analyse van meer complexe systemen.

In de praktijk is het essentieel om te begrijpen dat deze theorieën en afgeleiden vergelijkingen de basis vormen voor de moderne structurele analyse, waarbij de nauwkeurigheid van de modellen cruciaal is voor de stabiliteit van grote constructies. Terwijl de stijfheidsmatrix de interne krachten en vervormingen van het element vertegenwoordigt, zijn de specifieke invloeden van rotaties en verplaatsingen die het systeem beïnvloeden van cruciaal belang voor het correcte gebruik van numerieke methoden zoals de eindige-elementenmethode.

Hoe invloed van torsie- en buigmomenten de kritieke belasting van een frame beïnvloedt

In de analyse van buiging en instabiliteit van raamstructuren is het essentieel om de effecten van torsie- en buigmomenten correct te begrijpen, aangezien deze krachten direct de kritieke belasting van de constructie beïnvloeden. Dit is vooral belangrijk in gevallen waar de toegepaste belasting geen ideale verdeling volgt en een complexere benadering vereist is. In de context van frames met twee leden, kunnen de kritieke belastingen worden bepaald door het gebruik van analytische vergelijkingen die de interactie tussen de verschillende momenten die op de leden werken, beschrijven.

De vergelijking (9.79) biedt een goed uitgangspunt voor het berekenen van de kritieke belasting, waarin het moment de rol speelt van de factor die de stabiliteit van het frame bepaalt. Het resultaat wordt beïnvloed door de richting en de aard van het moment, wat blijkt uit de vergelijking. Dit wordt verder verduidelijkt door de vergelijking (9.80), die betrekking heeft op het geval waar de leden dezelfde lengte hebben. In dit geval, wanneer de hoeken en sterkteparameters gelijk zijn, vermindert de belasting voor het instorten van het frame aanzienlijk.

Bij het bestuderen van frames die onder torsie- en buigmomenten staan, is het belangrijk om de aard van de toegepaste momenten te begrijpen. Er zijn verschillende types momenten die kunnen optreden, zoals semitangentiële (ST) en quasitangentiële momenten (QT). Elk van deze momenten heeft verschillende effecten op de stabiliteit van de structuur, afhankelijk van de manier waarop ze worden toegepast. In het geval van semitangentiële momenten, zoals weergegeven in de figuren, ontstaat er een kracht die het frame onderhevig maakt aan een rotatie rondom de assen, wat de configuratie van het frame beïnvloedt. Deze momenten zijn cruciaal in frames die worden blootgesteld aan momenten die niet alleen in het vlak van de structuur werken, maar ook buiten dat vlak.

Een bijzonder belangrijk resultaat is te vinden in de analyse van het gedrag van frames die onder de invloed staan van semitangentiële momenten (ST). De kritieke belasting, zoals weergegeven in de figuren, blijkt aanzienlijk hoger te zijn dan die welke worden berekend voor frames die alleen onder quasitangentiële momenten (QT) werken. Dit geeft aan dat de manier waarop momenten in een frame worden geïntroduceerd een directe invloed heeft op de sterkte en stabiliteit van het frame. Wanneer de belasting wordt toegepast op een manier die rotaties in meerdere dimensies veroorzaakt, zoals bij torsie- en buigmomenten, wordt het noodzakelijk om de kinematica van de gewrichten en de bijbehorende statische evenwichten zorgvuldig in acht te nemen.

De resultaten van de kritieke belastingen worden verder beïnvloed door de verhouding van de lengte van de leden en hun bijbehorende sterkteparameters. Wanneer de leden bijvoorbeeld van gelijke lengte zijn, zoals blijkt uit de vergelijking (9.89), wordt de kritieke belasting hoger dan in gevallen waar de lengtes verschillen. Dit benadrukt de noodzaak van een gedetailleerde analyse van de geometrie van het frame en de toegepaste belastingen, evenals de impact van de materiaaleigenschappen, zoals de stijverheden van torsie en buiging.

Bij het ontwerpen van structuren die onder torsie- en buigmomenten staan, moeten ingenieurs verder gaan dan eenvoudige berekeningen van belastingen. Ze moeten rekening houden met de dynamische effecten van de toegepaste momenten en de bijbehorende vervormingen die niet alleen in het vlak van de constructie maar ook daarbuiten optreden. Dit betekent dat de algehele stabiliteit van het frame afhangt van de manier waarop de momenten zich in de ruimte verdelen en hoe deze momenten interageren met de structurele eigenschappen van het frame.

Naast de kinematica van de gewrichten en de belastingstoestanden, is het essentieel om te begrijpen hoe de rotaties van de toegepaste momenten de structurele stabiliteit beïnvloeden. Dit maakt het noodzakelijk om gedetailleerde grensvoorwaarden op te stellen die rekening houden met de invloed van drie-dimensionale rotaties en de aard van de interne en externe momenten die het frame ondergaan.

De toepassing van analytische oplossingen voor het bucklingprobleem biedt een waardevol referentiekader voor ingenieurs en ontwerpers die werken met complexe framestructuren. Het gebruik van dergelijke oplossingen stelt hen in staat om de kritieke belastingen nauwkeurig te voorspellen en de juiste ontwerpkeuzes te maken, wat uiteindelijk de veiligheid en betrouwbaarheid van de constructie ten goede komt.