In de wereld van elektrochemische systemen is het gebruik van Electrochemische Impedantie Spectroscopie (EIS) een krachtig hulpmiddel voor het analyseren van batterijgedrag en het begrijpen van de interne processen die plaatsvinden binnen een batterij tijdens het laden en ontladen. De veelzijdigheid van EIS ligt in de mogelijkheid om, via een range van frequenties, verschillende elektrochemische processen te onderscheiden, die vaak onopgemerkt blijven bij conventionele meetmethoden. Dit geldt vooral voor lithium-ion batterijen (LIB), die complexe chemische en fysische processen ondergaan.

Het meten van de impedantie van een batterij met behulp van EIS biedt een gedetailleerd beeld van de verschillende componenten die de algehele prestaties beïnvloeden, zoals de ohmse weerstand van het elektrolyt, de ladingsoverdrachtsweerstand, en de diffusie van lithium-ionen binnen de actieve materialen. Het vermogen om deze componenten te onderscheiden, vooral bij hoge frequenties, maakt EIS cruciaal voor het diagnosticeren van storingen of veroudering in batterijen, zoals het versteken van de elektrische geleidbaarheid door de vorming van een vaste elektrolytinterface (SEI).

Bij het uitvoeren van EIS-metingen zijn er verschillende factoren die de nauwkeurigheid van de resultaten kunnen beïnvloeden. De configuratie van de elektrodecel speelt hierbij een cruciale rol. Voor het verkrijgen van betrouwbare resultaten moeten elektrodecel en meetinstrument goed worden gekalibreerd. De keuze van de juiste verbindingen, zoals co-axiale kabels of twisted-pair kabels, kan elektromagnetische interferentie minimaliseren, vooral wanneer lange kabels worden gebruikt in omgevingen waar vochtgevoelige materialen, zoals LIB's, worden gemeten. Dit type interferentie is vooral problematisch bij hoge frequenties en grote stromen.

Een ander belangrijk aspect van EIS-metingen is de keuze tussen galvanostatische EIS (GEIS) en potentiostatische EIS (PEIS). GEIS meet de stroomrespons bij een elektrische verstoring, terwijl PEIS de spanning meet als reactie op een stroomverstoring. In principe zouden de resultaten van beide methoden identiek moeten zijn, hoewel in de praktijk GEIS vaak meer nauwkeurige gegevens oplevert voor apparaten met lage impedantie, vanwege de eenvoudiger te genereren spanningssignalen in de sub-mV range.

De frequentie van de aangelegde verstoring heeft ook een belangrijke invloed op de metingen. Bij lithium-ion batterijen wordt vaak de voorkeur gegeven aan PEIS als de meetfrequentie zich uitstrekt tot de lage frequentiegebieden, waar de meeste significante elektrochemische processen zoals iondiffusie plaatsvinden. Dit helpt bij het verkrijgen van scherpere spectrale kenmerken, wat essentieel is voor de analyse van batterijgedrag onder verschillende bedrijfsomstandigheden.

Voor geavanceerdere toepassingen, zoals het monitoren van de toestand van de batterij tijdens gebruik (in operando), kan dynamische GEIS (DGEIS) nuttig zijn. Dit stelt onderzoekers in staat om de temporele evolutie van ladings- en diffusieparameters in materialen zoals lithium-mangaanoxide te volgen. DGEIS is bijzonder waardevol bij het evalueren van de prestaties van een batterij tijdens het opladen of ontladen, aangezien het de veranderingen in interne weerstand die optreden tijdens de cyclus beter vastlegt.

Naast de basiskenmerken van EIS, zoals de ohmse weerstand en de ladingsoverdrachtsweerstand, kunnen EIS-metingen ook de invloed van verschillende controlevariabelen op de prestaties van een LIB blootleggen. Bijvoorbeeld, door temperatuur, de staat van lading (SOC), en compressiedruk systematisch te variëren, kunnen onderzoekers belangrijke inzichten verkrijgen in de manier waarop deze factoren de batterijcapaciteit en de elektrochemische processen beïnvloeden. Een goed georganiseerde testmatrix is hierbij essentieel om de nauwkeurigheid en efficiëntie van de metingen te waarborgen.

Een belangrijke overweging bij het uitvoeren van EIS-metingen is de stationariteit van de metingen. Dit houdt in dat de verstoring en het reactiegedrag van de batterij in balans moeten zijn, zonder dat er significante veranderingen in de samenstelling van de oppervlaktelaag van de batterij optreden. Dit is vooral van belang wanneer er wordt gewerkt met dynamische testomstandigheden, zoals bij het opladen of ontladen van een batterij. Het niet in acht nemen van stationariteit kan leiden tot artefacten in het laagfrequente bereik, wat de interpretatie van de spectrale gegevens bemoeilijkt.

De hoofdkenmerken die vaak worden waargenomen in de EIS van LIB's zijn de inductieve gedragingen die ontstaan door de verbindingsdraden of de constructie van de cilinder. Het Nyquist-diagram, dat de relatie tussen de imaginaire en de werkelijke component van de impedantie toont, bevat vaak een boog in het vierde kwadrant, wat typisch is voor inductieve effecten. De intersectie van het spectrum met de real-as op hoge frequenties wordt vaak geïnterpreteerd als de ohmse weerstand van het systeem, die bestaat uit de ionische weerstand van het elektrolyt en de elektronische weerstand van de elektroden en de stroomcollector.

Wat verder van belang is, is dat de interpretatie van EIS-spectra kan variëren afhankelijk van de gebruikte celconfiguratie en het specifieke type LIB dat wordt geanalyseerd. Sommige elektrodenconfiguraties, zoals dunne-filmelektroden of enkele deeltje-elektroden, kunnen scherpere spectrale kenmerken opleveren, wat de attributie van de gemeten respons vergemakkelijkt. Dit kan van cruciaal belang zijn voor het begrijpen van de processen die zich in de batterij voordoen, vooral bij het onderzoeken van poriënstructuren in elektrode-materialen en de invloed van SEI-filmvorming.

Naast deze basisprincipes is het van belang te begrijpen dat EIS niet alleen nuttig is voor het meten van de prestaties van een batterij onder standaard testomstandigheden, maar ook een waardevolle tool kan zijn voor het monitoren van batterijen in real-time toepassingen. Het kan bijvoorbeeld helpen bij het detecteren van afwijkingen die wijzen op een defecte batterij of een verslechterende elektrolyt, wat van cruciaal belang kan zijn voor het waarborgen van de veiligheid en de levensduur van batterijen in toepassingen zoals elektrische voertuigen of grootschalige opslag.

Wat maakt neutronscattering en röntgendiffractie cruciaal voor de studie van lithium-ionbatterijen?

Neutronen- en röntgentechnieken worden veelvuldig toegepast in de wetenschap om de structuur en dynamiek van verschillende materialen, zoals lithium-ionbatterijen, te onderzoeken. Beide technieken bieden unieke voordelen en complementaire perspectieven, die essentieel zijn voor het verbeteren van de prestaties van batterijen. Terwijl röntgentechnieken vaak krachtige informatie verschaffen over elektronische structuren, zijn neutronen bijzonder geschikt voor het bestuderen van atomische interacties, vooral bij het onderzoeken van lichte elementen zoals waterstof (H) en lithium (Li), die een cruciale rol spelen in batterijsystemen.

De röntgentechnieken maken gebruik van de sterke interactie tussen röntgenstralen en elektronendichtheid rond atoomkernen. Dit maakt het mogelijk om met hoge ruimtelijke resolutie beeldvorming te verkrijgen, vooral in toepassingen zoals röntgenbeeldvorming en diffractie. De mogelijkheid om röntgenstralen op nanoschaal te focussen maakt het mogelijk om gedetailleerde beelden van structuren te verkrijgen, wat een belangrijk voordeel is voor experimenten die hoge ruimtelijke precisie vereisen.

In tegenstelling tot röntgenstralen, kunnen neutronen moeilijker gefocust worden vanwege hun lagere helderheid en zwakkere interactie met materie. Dit betekent dat neutronenbeams moeilijk tot zeer kleine vlekken kunnen worden gefocust, meestal niet kleiner dan 1 mm. De ruimtelijke resolutie bij neutronenexperimenten is vaak afhankelijk van de dikte van de scintillator, die meestal tientallen micrometers bedraagt. Desondanks bieden neutronenbeams unieke voordelen bij het bestuderen van structuren die lichte en zware elementen combineren, waar röntgenstralen niet goed in slagen vanwege de beperkte gevoeligheid voor lichte elementen.

Een ander cruciaal verschil is dat neutronen in staat zijn om de magnetische eigenschappen van materialen te onderzoeken, iets waar röntgentechnieken minder goed in slagen. Neutronen kunnen statische en dynamische magnetische eigenschappen zoals magnetische ordening en spinfluctuaties onderzoeken, omdat de sterkte van de magnetische interacties vergelijkbaar is met die van nucleaire krachten. Dit maakt neutronen bijzonder geschikt voor het bestuderen van magnetische materialen en de invloed van magnetisme op de prestaties van batterijen.

Röntgentechnieken daarentegen bieden krachtige hulpmiddelen voor het verkennen van elektronische gedragingen. Dit is vooral zichtbaar bij het gebruik van absorptietechnieken om oxidatietoestanden of bandstructuren te onderzoeken. Neutronen absorptietechnieken zijn daarentegen gevoelig voor de elementen zelf, met name lichtgewichtatomen zoals waterstof en lithium. Neutronenabsorptie wordt echter vaak bemoeilijkt door de radioactiviteit van sommige monsters, die vooraf getest moet worden om de veiligheid te waarborgen.

Neutronen- en röntgentechnieken vullen elkaar dus aan: röntgenstralen, die interageren met elektronen, zijn uitermate geschikt voor het onderzoeken van elektronische gedragingen, terwijl neutronen, die interageren met atomen, bijzonder effectief zijn voor het bestuderen van atomische dynamiek en magnetische eigenschappen. Deze complementaire benaderingen zijn bijzonder waardevol voor het onderzoeken van oplaadbare batterijen, waar zowel elektronische als ionische veranderingen gelijktijdig optreden en invloed hebben op de algehele prestaties.

Elasticiteitsmetingen, zoals röntgendiffractie (XRD), Small Angle X-ray Scattering (SAXS) en Pair Distribution Function (PDF) analyse, zijn cruciaal voor het onderzoeken van de verschillende structuurevoluties binnen lithium-ionbatterijen. De capaciteit, reversibiliteit en cyclabiliteit van deze batterijen zijn namelijk sterk afhankelijk van de structuren van de batterijcomponenten, zoals kathodes, anodes en elektrolyten, op verschillende lengteschalen. Deze technieken bieden belangrijke inzichten in de kristalstructuur, mesoschaalstructuren en lokale structuren van batterijen, die essentieel zijn voor hun ontwikkeling.

XRD, bijvoorbeeld, is een krachtige techniek voor het oplossen van kristalstructuren van zowel kristallijne als gedeeltelijk kristallijne materialen. De werkingsprincipes van XRD zijn gebaseerd op de verstrooiing van röntgenstralen door de elektronen in een materiaal, waarbij de verstrooiingshoeken gerelateerd zijn aan de roosterparameters van het materiaal. Dit maakt het mogelijk om gedetailleerde informatie te verkrijgen over de samenstelling en microstructuur van materialen, zoals de korrelgrootte, spanning en textuur. Synchrotron XRD-technieken bieden bovendien verbeterde mogelijkheden door gebruik te maken van hoogenergetische röntgenstralen die het mogelijk maken om commerciële batterijen direct te onderzoeken, zonder de noodzaak van op maat gemaakte cellen.

Naast XRD bieden andere technieken, zoals microbeam XRD en energie-dispersieve XRD, gedetailleerde informatie over de fasen van een materiaal en de ruimtelijke verdeling van deze fasen, met een resolutie die kan variëren van enkele tientallen nanometers tot enkele micrometers. Deze technieken zijn bijzonder nuttig bij de studie van de functionele eigenschappen van lithium-ionbatterijen, zoals de dynamiek van ionen en elektronentransport.

Het is ook belangrijk op te merken dat de toepassing van tijd-resolutie in deze technieken, zoals in-situ XRD, van cruciaal belang is voor het bestuderen van de kortetermijnevoluties in batterijen. Het vermogen om in realtime te observeren hoe batterijen reageren op externe stimuli, zoals laad- en ontlaadcycli, biedt diepgaande inzichten in de mechanismen die ten grondslag liggen aan de prestaties van batterijen. Het combineren van tijd-resolutie met synchrotron XRD kan de onderzoekscapaciteiten aanzienlijk verbeteren, wat essentieel is voor het begrijpen van de dynamiek van batterijen tijdens hun werking.

Hoe de Combinatie van sXAS en sXES het Redoxmechanisme van LiFePO4 Biedt

In de context van batterijtechnologie zijn gedetailleerde analyses van de elektronstructuur van de kathode-materialen essentieel voor het begrijpen van hun redoxgedrag tijdens de opladen en ontladen. Een van de geavanceerde technieken die hierbij gebruikt worden, is de zachte röntgenabsorptie spectroscopie (sXAS), die de ongebruikte 3d-staten van een materiaal onderzoekt, en de zachte röntgenemissiespectroscopie (sXES), die gericht is op de bezette 3d-staten. Deze technieken zijn complementair aan elkaar en bieden gezamenlijk een gedetailleerd beeld van de elektrodynamiek van materialen zoals LiFePO4, een veelgebruikte kathode in lithium-ionbatterijen.

De sXES-spectra van verschillende lithiumniveaus in LixFePO4 (waarbij x varieert van 0 tot 1) onthullen interessante details over het gedrag van het ijzer in de verbinding tijdens het delithiatieproces. Het Fe L3-rand spectrogram van LixFePO4 vertoont belangrijke pieken, waarvan een hoofd-piek rond de 706 eV en een schuine structuur rond de 710 eV duidelijk waarneembaar zijn. Bij het delithiatieproces, waarbij LiFePO4 omgezet wordt in FePO4, verschuift de hoofd-piek naar ongeveer 707.5 eV, terwijl de schuine structuur geleidelijk afneemt. Dit geeft aan dat er een verschuiving plaatsvindt in de 3d-staten van het ijzer, een proces dat essentieel is voor het begrijpen van de oplading en ontlading van batterijen.

Deze veranderingen worden verder gedetailleerd door middel van isotopische punten die drie bezette staten onthullen, wat een aanwijzing is voor de aanwezigheid van verschillende elektronconfiguraties in de ijzeratomen. Bij LiFePO4 zijn er gescheiden pieken die wijzen op een interactie tussen het ijzer en de zuurstof in de omgeving, wat leidt tot de splitsing van de 3d6-staten. Dit gebeurt door een Coulomb-interactie die optreedt door de toevoeging van een elektron met een tegengestelde spin aan de structuur, wat de elektronen in de 3d-orbitalen herschikt. Dit fenomeen, een belangrijk kenmerk van de lithiatie, voorkomt dat de zuurstof-2p-staten betrokken raken bij de elektrochemische reacties, wat van cruciaal belang is voor de veiligheid van de batterijen.

Voor een volledig begrip van de lithiatiedynamiek is het ook belangrijk om naar de ongebruikte 3d-staten van ijzer te kijken, wat mogelijk wordt gemaakt door zowel sXAS als hard X-ray Raman spectroscopie (hXRS). De ongebruikte 3d-staten van Fe zijn minder direct zichtbaar in sXAS vanwege de invloed van het multiplet-effect, maar door de hybridisatie van de O K-pre-rand kan men de energie van deze staten afleiden. Bij LiFePO4 zijn de pre-edge kenmerken erg zwak, wat suggereert dat de oppervlakteregio’s een grotere invloed hebben op de spectroscopie dan de bulk.

De elektronstructuur van LiFePO4 en FePO4 is van bijzonder belang, omdat de interatomaire interacties en de spin-toestand van het ijzer leiden tot een complexe, maar gecontroleerde verandering van de valentieband tijdens de oplading en ontlading van de batterij. Het gedrag van de 3d-elektronen in Fe is niet alleen afhankelijk van het aantal 3d-elektronen, maar ook van de interacties met de omgeving, zoals het kristalveld en de spinstaat van de elektronen. Deze complexe interacties zorgen voor een veilige werking van de batterijen, doordat ze verhinderen dat ongewenste zuurstofgerelateerde reacties optreden tijdens het delithiatieproces.

Het combineren van sXAS en sXES biedt niet alleen inzicht in de redoxmechanismen, maar stelt ons ook in staat om het Zaanen–Sawatzky–Allen-diagram te verifiëren, wat direct gerelateerd is aan het redox-type en de intrinsieke spanningslimieten van het materiaal. Dit heeft het pad geëffend voor het verder ontwikkelen van batterijtechnologieën met hogere energiedichtheid door middel van de manipulatie van deze elektrochemische processen. Verder gebruik van technieken zoals sRIXS, die een hogere resolutie biedt, kan de identificatie van oxidatietoestand en chemische omgevingen verbeteren, wat cruciaal is voor de ontwikkeling van cathodematerialen met anion-redox voor hogere prestaties.

De diepte van het begrip van de elektronische structuur die via sXES en sXAS wordt verkregen, maakt het mogelijk om de stabiliteit en veiligheid van lithium-ionbatterijen te verbeteren, evenals het potentieel voor het ontwerpen van materialen die beter bestand zijn tegen de eisen van moderne energieopslagtoepassingen.

Hoe helpt geavanceerde NMR-spectroscopie bij het begrijpen van lithium-ion batterijmaterialen?

De toepassing van geavanceerde NMR-technieken, met name ^7Li, ^17O en ^13C solid-state NMR, biedt diepgaande inzichten in de structurele en dynamische eigenschappen van materialen die worden gebruikt in lithium-ion batterijen. Door het karakteriseren van nanoschaalstructuren, defecten en interfaces, kunnen onderzoekers de ionentransportmechanismen en stabiliteit van elektrodematerialen aanzienlijk beter begrijpen.

Zo maakt ^17O NMR het mogelijk om onderscheid te maken tussen verschillende facetten van oxide nanokristallen, waardoor de invloed van kristalvlakken op elektrochemische prestaties kan worden geanalyseerd. Dit helpt bij het optimaliseren van materialen zoals LiNi0.8Co0.15Al0.05O2 en andere complexe oxide kathodes. De detectie en kwantificering van antisite defecten in LiFePO4 via lithium isotopenwisselingstechnieken verduidelijken hoe defecten de lithiumdiffusie beïnvloeden en daarmee de batterijprestaties.

De stabiliteit van interfaces, zoals die tussen LiFePO4 en Li3+xP1–xSixO4 in all-solid-state batterijen, wordt mede bepaald door dynamische processen die via NMR zichtbaar gemaakt kunnen worden. Dit inzicht is cruciaal voor het ontwikkelen van solide elektrolyt-systemen met verbeterde levensduur en veiligheid.

Daarnaast onthullen studies naar nanogestructureerde kathodematerialen, zoals Na3V2(PO4)2O1.6F1.4 en koolstof-gecoate Li3V2(PO4)3, via NMR de relatie tussen structuur, redoxchemie en elektrische stabiliteit. Doping met Ti4+ verbetert bijvoorbeeld niet alleen de lithiummobiliteit maar beïnvloedt ook de lokale omgeving van lithiumionen, wat via NMR spectra kan worden afgeleid.

Voor anodematerialen zoals Li4Ti5O12 laat ^6Li NMR zien welke lithiumionen mobiel zijn en welke niet, en verduidelijkt daarmee het lithiatiemechanisme en de kinetiek van ionentransport. Ook het onderzoek naar de Solid Electrolyte Interface (SEI), essentieel voor de levensduur van lithium-ion batterijen, wordt ondersteund door ^7Li en ^13C MAS NMR, waarmee de samenstelling en evolutie van deze laag in situ kan worden gevolgd.

Verder levert NMR belangrijke informatie over de interacties tussen lithium en koolstofmaterialen, en onthult het hoe lithiatie en natrium-insertie in grafeen en geassocieerde koolstoffasen verlopen. Dit is fundamenteel om de elektrochemische prestaties van anodes te verbeteren.

Op het gebied van vaste elektrolyten en hybride systemen draagt NMR bij aan het ontrafelen van ionenleidingspaden en de invloed van dopants in garnetstructuren zoals Li7La3Zr2O12. Daarnaast kunnen temporale veranderingen in batterijen, bijvoorbeeld tijdens het cyclen van lithium-zwavelbatterijen, realtime worden gevolgd met in situ NMR, wat cruciale informatie geeft over polysulfide migratie en reactiemechanismen.

Moderne NMR-technieken bieden dus een unieke blik op het atomaire tot micrometerschaal niveau van batterijmaterialen. Hierdoor worden niet alleen de fundamentele chemische en fysische processen inzichtelijk, maar kunnen ook strategieën voor het verbeteren van prestaties, veiligheid en levensduur worden ontwikkeld. De combinatie van NMR met andere analytische methoden zoals massa-spectrometrie en elektronenmicroscopie verrijkt het beeld van complexe elektrochemische systemen.

Het begrijpen van de rol van defecten, dopants, nanostructuren en interfaces is essentieel om de volgende generatie lithium-ion en natrium-ion batterijen te ontwerpen. Dit vergt een multidisciplinaire aanpak waarbij NMR een onmisbare tool is om de dynamiek en structuur in detail te ontrafelen.

Belangrijk is dat de lezer beseft dat de interpretatie van NMR-data vaak vraagt om een grondige kennis van zowel spectroscopische principes als materiaalkunde. De complexiteit van signalen weerspiegelt de veelzijdigheid van processen in batterijen. Daarom is het niet alleen de technologie zelf, maar ook het integreren van experimentele data met theoretische berekeningen die vooruitgang stimuleert.

Verder moet worden opgemerkt dat, ondanks de kracht van NMR, beperkingen bestaan in ruimtelijke resolutie en gevoeligheid, vooral bij heterogene materialen. Het combineren van NMR met complementaire technieken en het ontwikkelen van nieuwe methoden voor in situ en operando metingen zullen het begrip van batterijprocessen blijven verdiepen.