In de studie van ferromagneto-elastische materialen, vooral in de context van vaste ferromagneten, speelt de combinatie van magnetische krachten, thermische effecten en dissipatie een cruciale rol in de uiteindelijke materiaalrespons. In de vroege fasen van de theorie werd er voornamelijk gefocust op de magnetische interacties en de mechanische eigenschappen van het materiaal, waarbij thermische en dissipatieve effecten werden verwaarloosd voor eenvoudigheid. Deze effecten, echter, zijn essentieel voor een vollediger begrip van de dynamica van deze complexe systemen.

De centrale vergelijking (4.9.9) beschrijft de relatie tussen de magnetische momenten en krachten die werken binnen het systeem, waarbij er rekening wordt gehouden met zowel interne als externe invloeden. De toevoeging van Lagrange-multiplicatoren λ en Li maakt het mogelijk om de bijdrage van de thermische en dissipatieve effecten in het systeem te modelleren. Deze effecten worden geïntroduceerd door middel van een veralgemening van de energievergelijking (4.10.1), die nu ook de thermische energie en de dissipatie als gevolg van interne wrijvingen omvat.

De invloed van thermische effecten wordt beschreven door de thermodynamische ongelijkheid van Clausius–Duhem (4.10.9), die het verlies van energie door dissipatie in het systeem vastlegt. Dit is een fundamenteel concept omdat het ons helpt te begrijpen hoe het systeem energie verliest door vervorming of door thermische geleiding. In termen van constitutieve relaties betekent dit dat de dissipatieve en herstellende delen van de magnetische veldsterkte (BL) moeten worden gescheiden, waarbij de dissipatieve term DBL de dissipatie van energie in het systeem regelt.

De entropie en temperatuur spelen een sleutelrol in de afgeleiden vergelijkingen voor de dissipatieve effecten. In vergelijking (4.10.8) wordt een relatie gegeven die de temperatuurafhankelijke entropie-inhoud van het systeem beschrijft. Het belang van het correct modelleren van deze entropie is essentieel om te begrijpen hoe warmte zich door het materiaal verspreidt en hoe dit de magnetische eigenschappen beïnvloedt. Dit is vooral belangrijk in systemen die onder dynamische omstandigheden opereren, waar zowel de magnetische momenten als de thermische invloeden gelijktijdig veranderen.

De thermische dissipatie, gemodelleerd door de term DBL in (4.10.15), zorgt ervoor dat de magnetische materialen hun energie verliezen via interne wrijvingen en andere mechanismen, wat resulteert in een afname van de magnetisatie. Deze dissipatie wordt verder gekarakteriseerd door de Landau-Lifshitz-Gilbert vergelijking (4.10.24), die de precessie van magnetische momenten in aanwezigheid van dissipatie beschrijft. Dit model biedt een uitgebreidere benadering van de magnetische dynamica dan het klassieke Landau-Lifshitz-model, doordat het expliciet rekening houdt met de rol van dissipatie in het systeem.

Het begrijpen van de dissipatieve effecten is essentieel, vooral in de context van materialen die worden blootgesteld aan externe spanningen of magnetische velden, omdat dit de manier waarop ze zich gedragen onder variabele thermische omstandigheden beïnvloedt. De dissipatie kan bijvoorbeeld leiden tot vertragingen in de magnetisatieprocessen, wat van invloed is op de snelheid van magnetisatie-omkeringen en de algehele dynamische stabiliteit van het systeem.

Naast de expliciete thermische en dissipatieve effecten moeten we ook aandacht besteden aan het effect van kleine magnetische gradiënten en de bijbehorende magneto-elastische koppeling. Deze gradiënten spelen een rol in de interactie tussen de spin en de roostercontinuüm in een ferromagnetisch materiaal, zoals beschreven in vergelijking (4.9.16). In systemen met een kubisch kristalrooster kan de interactie tussen deze twee continuums de mechanische en magnetische eigenschappen van het materiaal beïnvloeden, wat van belang is voor toepassingen in gebieden zoals sensorica en actuatortechnologie.

Een ander belangrijk aspect is de rol van dissipatie in de dynamica van ferromagnetische isolatoren. De dissipatieve eigenschappen van materialen worden niet alleen bepaald door de interne magnetische veldsterkte, maar ook door de temperatuurafhankelijkheid van de magnetische respons. Deze dynamica moet worden gemodelleerd om de invloed van zowel thermische effecten als magnetische krachten volledig te begrijpen, zoals duidelijk blijkt uit de vergelijkingen die de dissipatie in magnetische systemen beschrijven.

Het is belangrijk om te begrijpen dat de aanwezigheid van dissipatie en thermische effecten in ferromagneto-elastische systemen niet alleen de magnetische eigenschappen van het materiaal beïnvloedt, maar ook de manier waarop het materiaal reageert op externe invloeden zoals externe mechanische spanningen en magnetische velden. Thermische effecten kunnen leiden tot veranderingen in de materiële eigenschappen, zoals het verlies van magnetische polariteit bij hoge temperaturen of het optreden van hysterese-effecten, die de efficiëntie en prestaties van ferromagnetische materialen in praktische toepassingen kunnen beïnvloeden.

Wat zijn de fundamentele balansen van mechanica en de rol van de constitutieve relaties in de elastische materie?

De Cauchy-spanningstensor τ\tau wordt beschreven door de relatie ti=njτjit_i = n_j \tau_{ji}, waarbij het gebruik van de tetraëderbenadering de basis vormt voor de analyse van krachten in een continue materiaalmateriaal. Door de toepassing van de divergentietheorema wordt de balans van lineaire momentum uitgedrukt als:

dviρdv=ρfidv+tidsd v_i \, \rho d v = \rho f_i d v + t_i d s

waarbij fif_i de externe krachten zijn en tit_i de interne spanningen. Het resultaat hiervan is de differentialvergelijking:

τji,j+ρfi=ρv˙i\tau_{ji,j} + \rho f_i = \rho \dot{v}_i

Deze vergelijking beschrijft de relatie tussen de interne spanningen, de externe krachten, en de versnellingen van de deeltjes in het materiaal. Het zorgt ervoor dat de balans van lineair momentum consistent is met de beweging van de massa, door de spanningen en krachten gelijk te stellen aan de versnelling.

In termen van de componenten wordt de balans van de hoekmomentum uitgedrukt door de vergelijking:

dϵijkyjρvkdv=ϵijkyjρfkdv+ϵijkyjtkdsd \epsilon_{ijk} y_j \rho v_k d v = \epsilon_{ijk} y_j \rho f_k d v + \epsilon_{ijk} y_j t_k d s

waarbij de linkerkant de verandering van het hoekmomentum in het materiaal representeert, en de rechterkant de effecten van externe krachten en interne spanningen. Door substitutie van de termen komen we tot de conclusie:

ϵijkτjkdv=0\epsilon_{ijk} \tau_{jk} d v = 0

Dit geeft aan dat de Cauchy-spanningstensor τkl\tau_{kl} symmetrisch is, dus τkl=τlk\tau_{kl} = \tau_{lk}. De symmetrie van de spanningstensor is een belangrijk gevolg van de conservering van hoeken in een continu materiaal.

De energiebalans wordt eveneens beschreven in de vorm van een differentiaalvergelijking:

ρϵ˙=τijvj,i\rho \dot{\epsilon} = \tau_{ij} v_j, i

waarbij de energieverhouding tussen interne spanningen en de verandering in interne energie wordt beschreven. Dit benadrukt de rol van de spanningstensoren in het behoud van energie in elastische materialen.

Wanneer we naar de interfaces tussen verschillende materialen kijken, zoals de grens tussen twee media in contact, blijkt uit de toepassing van de balansen dat er jump-condities kunnen optreden aan de interface. Deze jump-condities worden voornamelijk bepaald door de lineaire momentumvergelijking, waarbij de continue natuur van de massa, snelheid en spanning door de interface wordt gehandhaafd. Dit zorgt ervoor dat:

τijniτijni=0\tau_{ij} n_i - \tau_{ij} n_i = 0

wat de continuïteit van de spanning over het interfacegebied verzekert.

Wat betreft de constitutieve relaties voor elastische materialen, worden deze afgeleid uit de interne energie van het materiaal. De constitutieve vergelijking die uit deze energie-afleiding voortkomt, geeft de spanningstensor τij\tau_{ij} in relatie tot de verplaatsingen en de spanningsafhankelijke eigenschappen van het materiaal:

τij=ρ0ϵEKL\tau_{ij} = \rho_0 \frac{\partial \epsilon}{\partial E_{KL}}

waarbij de spanning afhangt van de veranderlijke verdeling van de interne energie binnen het materiaal. Het materiaalgedrag wordt beschreven door de symmetrische functie van de rekverandering, wat een belangrijk kenmerk is van elastische materialen.

Het gebruik van de Piola–Kirchhoff-stress tensoren, zowel de eerste als de tweede, maakt het mogelijk om de spanningen uit te drukken in de oorspronkelijke en de huidige coördinaten van het materiaal. Dit is cruciaal voor het analyseren van complexe dynamische systemen waarbij de geometrie van het materiaal verandert.

Tot slot worden de evenwichtsvergelijkingen voor lineair momentum, energie, en hoekmomentum gecombineerd in een variationalere formulering die het mogelijk maakt om de systematiek van de elastische materie te optimaliseren. De Lagrangiaan wordt gedefinieerd als:

L=ρ0y˙iy˙iρ0ϵL = \rho_0 \dot{y}_i \dot{y}_i - \rho_0 \epsilon

waaruit de variatiële functionalen worden afgeleid die de basis vormen voor de numerieke en analytische oplossing van complexe elastische systemen in verschillende toepassingen.

Het is van cruciaal belang te begrijpen dat de constitutieve relaties de specifieke reacties van een materiaal op externe belastingen bepalen. In veel gevallen zal de materiaaleigenschap, zoals de Young's modulus of de Poisson-verhouding, een sleutelrol spelen in de berekeningen en voorspellingen van elastische vervormingen. Bovendien moeten de interacties tussen verschillende materialen, zoals het effect van interfaces, in acht worden genomen bij het analyseren van samengestelde structuren. Het nauwkeurig formuleren van de constitutieve relaties en het toepassen van de balanswetten zijn dus essentieel voor het verkrijgen van betrouwbare resultaten bij het bestuderen van ferromagnetoelastische materialen en structuren.