De effecten van de Noord-Amerikaanse Vrijhandelsovereenkomst (NAFTA) op de Mexicaanse landbouw en plattelandsmigratie blijven onderwerp van discussie, vooral omdat de gevolgen van handel en migratie moeilijk volledig te begrijpen zijn. In het bijzonder de invloed van maïs, een essentieel gewas in de Mexicaanse landbouw, wordt vaak genoemd als een belangrijke factor in de toename van de plattelandsmigratie naar de Verenigde Staten. Deze discussie over maïs is van groot belang, gezien de centrale rol die het speelt in de binnenlandse voedselvoorziening van Mexico, en de veranderende handelsdynamiek sinds de liberalisering van de handel onder NAFTA.

Hoewel het duidelijk is dat de landbouwproductie in Mexico onder de NAFTA is geëvolueerd, moet worden benadrukt dat de relatie tussen migratie en landbouwproductie complexer is dan veelvuldig wordt gesuggereerd. Er is bijvoorbeeld een lange termijn relatie tussen de prijzen van graanimporten in Mexico en de Chicago Board of Trade, die teruggaat tot de jaren 1980. Het effect van NAFTA op de Mexicaanse landbouw was niet zozeer een onmiddellijke ondergang van de sector, zoals vaak werd voorspeld. Integendeel, de productie van maïs en andere gewassen bleef niet alleen stabiel, maar vertoonde zelfs een toename. Dit is te danken aan verschillende factoren, waaronder de overleving van zowel kleinschalige als commerciële boerderijen, die afhankelijk zijn van verschillende productiemethoden en technologieën, evenals de overheidssteun voor graanboeren.

Maïs, ondanks de grote import van goedkopere Amerikaanse maïs, bleef een van de belangrijkste gewassen in Mexico. De productie van maïs in Mexico kende zelfs een onverwachte groei gedurende de NAFTA-periode. Dit wijst erop dat de impact van de overeenkomst complexer is dan simpelweg te verklaren door de import van goedkoop maïs. De binnenlandse productie van graan in Mexico ging niet in vrije val, hoewel de handelsbalans van het land in de jaren na de ondertekening van NAFTA regelmatig negatief was, met name voor maïs, rijst en tarwe. De groeiende importen van oliehoudende zaden, zoals soja, en de stijgende vraag naar Mexicaanse producten zoals avocado’s en citrusvruchten wijzen op een verschuiving in de structuur van de landbouwhandel.

Er moet echter worden opgemerkt dat hoewel de productie van sommige gewassen stabiliseerde of zelfs toenam, de verschuiving naar commerciële gewassen en de groeiende afhankelijkheid van de Amerikaanse markten de sociaaleconomische structuren in landelijke gebieden hebben beïnvloed. Veel boeren in Mexico hadden moeite om te concurreren met de goedkopere producten uit de Verenigde Staten, wat hen dwong hun land te verlaten en op zoek te gaan naar werk in de VS. Dit heeft geleid tot een toename van migratie uit landelijke gebieden, hoewel het proces niet volledig door NAFTA werd veroorzaakt. De redenen voor de plattelandsmigratie zijn dus veelomvattend en variëren van economische factoren tot sociaal-politieke omstandigheden.

De handelsdynamiek tussen de VS en Mexico, in het bijzonder de groei van landbouwexporten van Mexico zoals avocado’s, tomaten en citrusvruchten, toont echter de sterke afhankelijkheid van de Mexicaanse landbouw van de Noord-Amerikaanse markt. De verschuiving in exporten heeft de groei in de Mexicaanse landbouwsector aangejaagd, al bleef de algehele groei relatief traag in vergelijking met de bredere Mexicaanse economie.

Deze veranderingen in de landbouwproductie en de exportstructuur hebben implicaties voor de toekomstige ontwikkeling van de Mexicaanse plattelandsgebieden. De groei van de Mexicaanse exporten en de focus op bepaalde gewassen heeft geleid tot een herstructurering van de landbouw, waarbij kleinere boerderijen vaak in het nadeel zijn ten opzichte van grotere commerciële landbouwbedrijven. De langdurige effecten van deze verschuiving op het landelijk milieu en de sociaaleconomische verhoudingen zijn nog steeds onderwerp van debat, maar het is duidelijk dat de invloed van NAFTA de productiestrategieën in Mexico heeft veranderd, net als de migratiedynamieken.

De economische liberalisering en de openstelling van markten onder NAFTA waren bedoeld om de Mexicaanse economie te versterken, maar in de praktijk heeft het geleid tot een ongelijkmatige verdeling van de voordelen. De plattelandsmigratie naar de Verenigde Staten is een van de gevolgen die duidelijk is geworden, hoewel het niet het enige resultaat is van de handelsovereenkomst. Er is een noodzaak om de bredere sociale en economische context van de Mexicaanse landbouw en migratie te begrijpen om de werkelijke impact van NAFTA in zijn volledigheid te kunnen inschatten.

Hoe Immigrant-gerelateerde Identiteit en Racisme de Steun voor Trump Onder Latijns-Amerikaanse Gemeenschappen Beïnvloeden

De relatie tussen racisme, immigrant-gerelateerde identiteit en steun voor Trump is een onderwerp van groeiend belang in politieke studies. Voor veel Latijns-Amerikaanse gemeenschappen in de VS blijkt de beleving van discriminatie en de impact van immigrant-gerelateerde kwesties van cruciaal belang bij het vormen van hun politieke opvattingen. De gegevens wijzen uit dat de perceptie van racisme sterk samenhangt met negatieve houdingen ten opzichte van Donald Trump. Dit wordt verder gecompliceerd door factoren zoals generatie, nationaliteit en zelfs de taal die men spreekt.

Bij Latijns-Amerikaanse respondenten blijkt dat degenen die zich sterker verbonden voelen met de immigrant-ervaring, vaak een negatieve houding hebben ten opzichte van Trump. Eerste generatie immigranten, of degenen die zich het meest verbonden voelen met hun afkomst, vertonen een duidelijk afkeurende houding ten opzichte van de voormalige president. Interessant is dat tweede generatie Latino’s ook doorgaans een negatieve visie hebben op Trump, maar dat deze houding kan veranderen naarmate de generaties verder van de oorspronkelijke immigrant-ervaring verwijderd raken. Derde generatie Latijns-Amerikanen vertonen bijvoorbeeld een meer positieve houding tegenover Trump, in vergelijking met hun ouders of grootouders, mogelijk door de veranderde sociaal-politieke context waarin zij zijn opgegroeid. Vierde generatie Latijns-Amerikanen en verder vertonen echter nauwelijks onderscheid in hun opvattingen over Trump ten opzichte van de eerste generatie. Dit suggereert dat het politieke landschap voor Latijns-Amerikaanse Amerikanen in de loop der generaties meer nuanceringen kent, maar tegelijkertijd de herinneringen aan de immigrant-ervaring steeds verder vervagen.

In termen van nationaliteit zijn er opmerkelijke verschillen in de houding tegenover Trump. Cubaanse en Centraal-Amerikaanse respondenten blijken over het algemeen positiever over Trump te denken dan Mexicaanse Amerikanen. Dit zou deels te verklaren zijn door het sterkere politieke conservatisme binnen de Cubaanse gemeenschap, die traditioneel geneigd is de Republikeinen te steunen. Bij Centraal-Amerikanen is deze correlatie minder voorspelbaar, wat wellicht te maken heeft met het feit dat een aanzienlijk deel van deze groep in de VS geboren is en dus minder direct wordt beïnvloed door de immigrant-gerelateerde identiteit.

De geografische locatie speelt eveneens een rol, maar de invloed van de staat blijkt minder significant dan verwacht. Bijvoorbeeld, in staten als Californië en New York, waar de Latijns-Amerikaanse gemeenschap relatief groot is, varieert de afkeuring van Trump weinig, zelfs als we rekening houden met het racismeindex. Desondanks zien we dat in staten als Arizona, waar de raciale spanningen sterker kunnen zijn, de afkeuring van Trump een groter verschil vertoont afhankelijk van de mate van waargenomen racisme.

Verder blijken partijpolitieke voorkeuren een belangrijke determinant van de steun voor Trump. Democraten en Onafhankelijken vertonen consistent een negatieve houding tegenover de voormalige president, terwijl Republikeinen veel vaker een positieve visie hebben. Ideologie speelt ook een rol: conservatieve en evangelische Latino's zijn veel meer geneigd om Trump te steunen, wat niet verrassend is gezien de bredere maatschappelijke neiging tot conservatisme binnen religieus georiënteerde gemeenschappen.

Bij de analyse van de data komt ook een andere interessante bevinding naar voren: de mate van economische onzekerheid beïnvloedt de steun voor Trump. Latijns-Amerikanen die de economie als verslechterd beschouwen, zijn geneigd om zich meer negatief uit te spreken over Trump. Dit wijst op de complexiteit van de economische en politieke factoren die de opvattingen over immigratie en racisme beïnvloeden. De economie lijkt dus niet alleen een oppervlakkige kwestie, maar raakt diep verweven met de identiteit en politieke voorkeuren van immigrantengemeenschappen.

Wat betreft de South Americanen blijkt er een afwijkend patroon te zijn. In tegenstelling tot andere groepen Latijns-Amerikanen, vertonen Zuid-Amerikaanse respondenten die een hoog niveau van racisme ervaren, een minder uitgesproken negatieve houding tegenover Trump. Dit suggereert dat de perceptie van Trump’s beleid minder direct verband houdt met raciale kwesties in deze gemeenschap, wat mogelijk te maken heeft met de verschillende politieke en economische achtergronden van Zuid-Amerikaanse landen.

Naast deze bevindingen is het belangrijk te begrijpen dat de politieke houding van de Latino-gemeenschap in de VS altijd dynamisch blijft. Terwijl generaties verder evolueren, verschuiven ook de collectieve herinneringen aan de immigrant-ervaring, wat leidt tot veranderende opvattingen over kwesties als racisme en immigratie. De invloed van deze generaties op de bredere Amerikaanse politiek is niet te onderschatten, aangezien de Latino-bevolking blijft groeien en steeds meer invloed uitoefent op verkiezingsresultaten.

Wat verder van belang is, is de erkenning dat de politieke voorkeuren van Latijns-Amerikaanse Amerikanen niet homogeen zijn. Ze worden sterk beïnvloed door hun specifieke geschiedenis, culturele achtergrond, en persoonlijke ervaringen met immigratie en racisme. De verschillende subgroepen binnen de Latino-gemeenschap – van Cubanen tot Mexicanen en Zuid-Amerikanen – hebben hun eigen unieke benaderingen van politiek, gebaseerd op historische en socio-economische factoren.

Waarom heeft grensbewaking averechts gewerkt?

De opkomst van illegale migratie van Latijns-Amerika naar de Verenigde Staten sinds de jaren 1960 is geen nieuw verschijnsel, maar het is een fenomeen dat zich ondanks verscherpte grensbewaking blijft ontwikkelen. De Amerikaanse regering heeft sinds de jaren '80 een beleid van intensieve grenscontrole geïntroduceerd, in de hoop het aantal migranten te reduceren. In plaats van een afname te zien, is het aantal niet-gedocumenteerde migranten echter steeds weer gestegen. Het lijkt erop dat de meeste maatregelen, bedoeld om migratie te stoppen of te beperken, onbedoelde gevolgen hebben die de beweging van migranten juist vergemakkelijken.

In de jaren '80 werden er aanzienlijke middelen geïnvesteerd in het versterken van de grensbewaking, vooral in de staten die direct grenzen aan Mexico. De logica achter deze maatregelen was dat strikte controle aan de grens zou leiden tot een afname van het aantal mensen dat illegaal het land binnenkwam. Maar wat er werkelijk gebeurde, was dat deze maatregelen de migratiepatronen van migranten beïnvloedden, maar niet op de manier die werd verwacht. In plaats van dat migranten minder vaak probeerden de grens over te steken, zochten ze naar alternatieve, vaak gevaarlijkere routes, wat leidde tot een hogere kans op arrestatie en deportatie.

De zogenaamde "backfire"-dynamiek, zoals besproken door sociologen zoals Massey en Pren, heeft het migratieprobleem verergerd. De grens werd niet alleen strenger bewaakt, maar ook fysiek dichter en moeilijker over te steken. Dit dwong migranten om steeds meer risicovolle routes te kiezen, wat hen vaak in conflict bracht met andere criminele netwerken, zoals drugskartels, die deze kwetsbare migranten exploiteerden. Het resultaat was een vicieuze cirkel van verhoogde criminaliteit en grotere veiligheidsrisico’s voor de migranten zelf.

Bovendien wordt de Amerikaanse samenleving geconfronteerd met de paradox van de illegaliteit: de aanwezigheid van miljoenen niet-gedocumenteerde immigranten, waarvan velen langdurig in de VS verblijven en bijdragen aan de economie, terwijl ze tegelijkertijd door de wet als "illegaal" worden beschouwd. Dit creëerde een situatie waarin migranten in de schaduw van de samenleving moesten leven, altijd op de vlucht voor mogelijke deportatie, maar tegelijkertijd essentieel waren voor sectoren van de economie zoals landbouw, bouw en huishoudelijke zorg.

Wat echter niet vaak wordt erkend, is het effect van deze complexe migratiedynamiek op de gezinnen van migranten. Veel migranten hebben kinderen die in de VS zijn geboren en dus Amerikaans staatsburger zijn, terwijl hun ouders illegaal in het land verblijven. Dit creëert een soort familiedynamiek die de grenzen van de juridische en politieke systemen overstijgt. Deze kinderen hebben recht op onderwijs en gezondheidszorg, maar hun ouders kunnen door de autoriteiten worden opgespoord, wat de families onder druk zet en de kinderen in een moeilijke situatie plaatst.

De migratie van de afgelopen decennia heeft ook geleid tot veranderingen in de demografie van zowel Mexico als de VS. In de vroege jaren 2000 zagen we een aanzienlijke toename van het aantal Mexicaanse migranten die zich permanent in de VS vestigden. Echter, in de laatste tien jaar is er een opmerkelijke verschuiving te zien: het aantal Mexicaanse migranten dat naar de VS trekt is gestabiliseerd of zelfs afgenomen, terwijl migranten uit Centraal-Amerika in opkomst zijn. Deze verschuiving kan worden toegeschreven aan zowel de veranderende sociaaleconomische omstandigheden in Mexico als de strengere immigratiewetten in de VS die migranten naar andere routes duwen.

De grote hoeveelheid beschikbare gegevens over migratie – van het Pew Research Center tot het Migration Policy Institute – toont de complexe en dynamische aard van migratie in Noord-Amerika. Desondanks blijft de Amerikaanse migratiepolitiek, hoewel rigide, onvoldoende aansluiten bij de werkelijke oorzaken van migratie. Beleidsmaatregelen die gericht zijn op het beperken van de toegang tot de VS, negeren de diepere oorzaken zoals armoede, geweld en politieke instabiliteit in de landen van herkomst, vooral in Centraal-Amerika. Er is een groeiend besef dat een holistische benadering, waarbij niet alleen de grensbeveiliging wordt versterkt, maar ook structurele veranderingen in de landen van herkomst worden bevorderd, noodzakelijk is om de migratiestromen op een duurzame manier te beheersen.

Het is belangrijk te begrijpen dat het probleem van illegale migratie niet eenvoudig is en zeker niet oplosbaar door enkel strengere maatregelen. De motivatie voor migratie is vaak diepgeworteld in de sociaaleconomische omstandigheden van de migranten zelf en kan niet worden geëlimineerd door grenswacht en wetshandhaving alleen. Er moet een bredere benadering worden gevonden die rekening houdt met de economische en politieke context, de rechten van de migranten zelf en de gevolgen voor de gemeenschappen waar ze vandaan komen en waar ze naartoe gaan.