De veranderingen in ons politieke systeem zijn onvermijdelijk. Jean-François Lyotard, in zijn invloedrijke polemiek The Postmodern Condition, betoogt overtuigend dat de tijd van metanarratieven zoals liberale democratie of het marxisme voorbij is. Hij stelt voor om een houding van ‘ongeloof’ ten opzichte van deze systemen aan te nemen, ze te behandelen als overblijfselen van verouderde ideologieën. Lyotards visie is post-liberaler, maar tegelijkertijd een politiek radicale koers, die zich zowel tegen het kapitalisme als het sociale conservatisme verzet. John Gray pleit voor een mengvorm van deze posities, wat hij ‘postmodern liberale conservatisme’ noemt. Dit zou een ‘sensibiliteit’ zijn die culturele verschillen erkent en daarmee het liberalisme een nieuwe, postmoderne richting geeft.

Het probleem bij het proberen te hervormen van het liberale project om rekening te houden met recente culturele verschuivingen, is het waarborgen van de positieve aspecten van sociaal liberalisme. Die kunnen zowel door de linker- als de rechtervleugel politiek omarmd worden, afhankelijk van hun eigen ideologische belangen. Fundamentele zaken zoals mensenrechten en egalitarisme zouden door veel aanhangers van een hervormd liberalisme als essentieel worden gezien. De vergaande linkerzijde zou echter economisch interventionisme willen zien, wat de persoonlijke vrijheid aanzienlijk zou kunnen inperken, terwijl de rechterzijde pleit voor een conservatisme dat de Westerse samenleving aanzienlijk zou kunnen veranderen. Dergelijke opvattingen kunnen als post-liberale tendensen beschouwd worden, maar vaak zijn ze meer ‘tegen’ dan ‘voor’, gekenmerkt door een harde strijd tegen politieke dissidentie en identiteitspolitiek.

Het post-liberalisme, volgens denkers als Goodhart, zou een middenweg kunnen zoeken door een combinatie van ideeën van zowel de linker- als de rechtervleugel te onderzoeken, wat zou kunnen helpen om de versleten tegenstellingen in de hedendaagse politieke discussie te doorbreken: links versus rechts, staat versus markt, individu versus collectief, eigenbelang versus altruïsme, open versus gesloten. In dit debat is het belangrijk te beseffen dat vrije-markt kapitalisme wel degelijk meer sociaal verantwoorde vormen kan aannemen dan het neoliberalisme, wat vaak een rigide, winstgedreven benadering veronderstelt. Na de Tweede Wereldoorlog was bijvoorbeeld een model van de verzorgingsstaat wijdverbreid in West-Europa, met uitgebreide dekking voor gezondheidszorg en huisvesting. Zelfs rechtse politieke partijen gingen akkoord met dit ‘van wieg tot graf’-idee, gezien de algemene aantrekkingskracht in de nasleep van de oorlog en de Grote Depressie. Neoliberalisme heeft dit model echter tegenover zich gesteld, met de hoge belastingtarieven die noodzakelijk waren om het te ondersteunen.

De verschuivingen die zich in de afgelopen decennia hebben voorgedaan, kunnen omgekeerd worden in een post-neoliberalisme, met de 'grotere economische interventie' die Goodhart mogelijk voorstaat. Dit zou echter stuiten op krachtige tegenstand van de extreemrechtse krachten die elke vorm van economische regulering verwerpen. Deze stromingen zijn vastbesloten de macht van de staat af te bouwen en het ideaal van een ‘kleine overheid’ te propageren, waar de regulering beperkt blijft tot de meest fundamentele wet- en regelgeving.

Post-liberalisme zal er heel anders uitzien, afhankelijk van wie deze ideologische strijd wint. De Europese Unie staat onder druk om haar inzet voor de vrijheid van mensenbeweging te herzien, een beleid waar veel liberalen het in principe mee eens zijn, maar dat steeds meer sociale spanningen oproept. De verschuiving van individuen uit zwakkere economieën naar sterkere landen heeft gevoelens van vijandigheid en ressentiment aangewakkerd, wat bijvoorbeeld een belangrijke rol speelde in het Brexit-referendum. Het is duidelijk dat de idealen van het liberalisme niet altijd op lokaal niveau gedeeld worden, wat post-liberale opvattingen aantrekkelijk maakt voor een breed scala aan mensen, zelfs voor degenen die zichzelf als overwegend liberaal beschouwen.

Echter, de veranderende houding tegenover mensenrechten onder zogenaamde post-liberale denkers baart zorgen. Er is een groeiend aantal stemmen die opriepen tot maatregelen tegen immigrantengroepen en etnische minderheden, met argumenten dat hun rechten beperkt zouden moeten worden. Deze argumenten zijn vaak gebaseerd op valse informatie, waarbij bijvoorbeeld de islamitische cultuur ten onrechte wordt gepresenteerd als de boosdoener. Het is essentieel om te begrijpen dat een post-liberale visie ook kan leiden tot een geleidelijke afbraak van enkele van de meest gekoesterde idealen van de liberale democratie, wat uiteindelijk kan bijdragen aan een regressive tendens binnen de hedendaagse cultuur.

Het post-liberalisme lijkt vooralsnog een reële bedreiging te vormen voor sommige van de fundamenten van de liberale democratie. Het vraagt zich af of een post-liberale agenda de juiste manier is om het liberalisme te hervormen, of dat het de ‘post-truth’ ethos verder in het politieke mainstream zal verankeren, met alle gevaren van dien. Het lijkt erop dat de meer extreme vormen van het post-liberalisme vooral de belangen van de extreemrechtse krachten dienen, die zich verzetten tegen de sociaal-democratische opvattingen die voor hen als vijandig en on-Amerikaans worden beschouwd. Het idee van culturele homogeniteit en sociale conformiteit staat centraal in hun visie, waarbij mensenrechten in hun ogen vooral gereserveerd zouden moeten blijven voor hun eigen groep. Dit zorgt voor een verharding van de politiek en een polarisatie die moeilijk te overbruggen lijkt.

De strijd tussen postmoderne ideeën en de gevestigde liberale waarden is diep geworteld in de westerse politiek en het debat over identiteitspolitiek. Dit zal waarschijnlijk het komende decennium de belangrijkste lijnen blijven vormen in de politieke discussie, waarbij de vraag naar vrijheid, gelijkheid en mensenrechten opnieuw onder vuur komt te liggen.

Wat is Postwaarheid en hoe beïnvloedt het de politiek?

Het begrip postwaarheid is een krachtig concept geworden in de hedendaagse politieke en sociale arena, maar het blijft vaak moeilijk te definiëren. Het lijkt te verwijzen naar een situatie waarin feiten niet langer bepalend zijn voor hoe mensen denken of handelen, en in plaats daarvan wordt de nadruk gelegd op emoties en persoonlijke overtuigingen. Dit heeft geleid tot een cultuur waarin waarheid vaak wordt vervormd, selectief gepresenteerd of zelfs volledig genegeerd, vooral wanneer het de belangen van politieke bewegingen dient.

Het kenmerk van postwaarheid is dat het niet altijd pure leugens betreft. Vaak bevat het een kern van waarheid, maar deze wordt vaak op zo’n manier gepresenteerd dat het geheel een valse of misleidende indruk geeft. De manier waarop postwaarheid zich manifesteert in de politiek is bijvoorbeeld duidelijk zichtbaar in de manier waarop leiders of mediafiguren feiten verdraaien om een bepaald narratief te ondersteunen. Dit narratief is vaak bedoeld om emotie op te roepen of om een bepaalde politieke agenda te bevorderen, en kan gemakkelijk door het publiek worden geaccepteerd, vooral wanneer het afkomstig is van een autoriteitsfiguur.

Het gevaar van postwaarheid ligt in de manier waarop het interpretaties van de werkelijkheid vervormt. In plaats van een gezonde discussie te bevorderen, waar verschillende standpunten tegenover elkaar worden gesteld en het debat kan leiden tot nieuwe inzichten, wordt het postwaarheidsdenken een obstakel voor dialoog. Wanneer mensen zich niet openstellen voor het debat, maar in plaats daarvan vast blijven houden aan hun opvattingen, zelfs wanneer die op verzinsels zijn gebaseerd, wordt de ruimte voor reflectie steeds kleiner.

Een ander belangrijk aspect van postwaarheid is de sterke aantrekkingskracht die het heeft op complottheorieën. Veel complotten bevatten een aantal feitelijke elementen, maar de manier waarop deze feiten met elkaar worden verbonden of uitgelegd, is vaak grotendeels speculatief. Dit soort narratieven heeft de potentie om diepe verdeeldheid te zaaien, vooral wanneer het gepresenteerd wordt door mensen in machtige posities die het publiek vertrouwen hebben. Dit gebeurt niet alleen door middel van openlijke leugens, maar ook door het systematisch verspreiden van halve waarheden die de overtuigingen van een specifieke groep versterken.

In de context van politieke bewegingen zoals de alt-right in de Verenigde Staten, zien we hoe postwaarheid wordt ingezet als een krachtig instrument. De alt-right heeft de verspreiding van fake news tot een industrie verheven, waarbij een breed scala aan valse of misleidende informatie wordt gepresenteerd om haat en verdeeldheid te zaaien. Dit wordt vaak gemaskeerd als een "alternatief feiten"-benadering, die zich richt op het ondermijnen van de waarheid en het bevorderen van ideologische agenda’s die geworteld zijn in racisme, xenofobie en andere vormen van haat.

Een belangrijk aspect van postwaarheid is de manier waarop ideologieën de interpretatie van feiten beïnvloeden. De manier waarop mensen data en gebeurtenissen interpreteren, wordt vaak gedreven door hun eigen overtuigingen en ideologieën. Dit kan leiden tot situaties waarin verschillende groepen volledig verschillende interpretaties van dezelfde gebeurtenis hebben. Dit verschijnsel werd al beschreven door Jean-François Lyotard als een ‘differend’, een situatie waarin verschillende partijen niet in staat zijn om de regels van het debat te accepteren en daardoor geen acceptabele overeenkomst kunnen bereiken.

Er moet echter een verschil worden gemaakt tussen het interpreteren van feitelijke gebeurtenissen, die ruimte bieden voor verschillende meningen, en het verspreiden van verzinsels, die het debat slechts verstoren. Postwaarheid draait vaak om de ontkenning van de mogelijkheid van reflectie en het bevorderen van een dogmatisch denken, waarin mensen vast blijven houden aan onjuiste of onvolledige informatie zonder de mogelijkheid van heroverweging.

Wat de politieke implicaties betreft, is het van cruciaal belang dat democratische samenlevingen zich bewust worden van de impact van postwaarheid op de publieke sfeer. Democratieën zijn afhankelijk van een open en eerlijk debat, waar mensen in staat zijn hun standpunten te herzien op basis van nieuwe informatie. Postwaarheid ondermijnt dit proces door een omgeving te creëren waarin mensen worden aangemoedigd om vast te houden aan valse overtuigingen, zelfs wanneer ze met bewijs worden geconfronteerd die hun standpunten tegenspreken.

Postwaarheid is niet zomaar een modeverschijnsel zoals postmodernisme of poststructuralisme, het is een diepere en meer verontrustende ontwikkeling die de fundamenten van sociale communicatie en vertrouwen ondermijnt. Waar in het verleden de waarheid een essentiële basis vormde voor menselijke interactie en samenwerking, dreigt postwaarheid deze basis af te breken. De vraag is niet alleen hoe we de waarheid kunnen beschermen tegen deze vervorming, maar ook hoe we kunnen reageren op de manipulatie van feiten door politieke en ideologische krachten.

Het is belangrijk te begrijpen dat postwaarheid niet uitsluitend een product is van één politieke stroming. Hoewel de huidige situatie vaak wordt geassocieerd met rechtse bewegingen, is het gebruik van misinformatie en vervorming van de waarheid niet beperkt tot een bepaalde ideologie. In feite hebben zowel de extreme linker- als de rechtervleugel van de politiek in verschillende historische contexten gebruikgemaakt van strategieën die de waarheid ondermijnen om hun doelen te bereiken. De Sovjetcommunistische propaganda is een voorbeeld van hoe postwaarheid ook door links-radicale bewegingen werd ingezet om de publieke opinie te sturen.

De uitdaging is daarom niet alleen het identificeren van postwaarheid in de politiek, maar ook het begrijpen van de mechanismen die het mogelijk maken en de manieren waarop het kan worden bestreden. Het gaat niet om het bestrijden van ideologieën op zich, maar om het verdedigen van een ruimte waar feiten en waarheid centraal staan in het publieke debat. Alleen door de waarde van de waarheid te herstellen, kan een gezonde democratische discussie worden gevoerd die werkelijk in staat is om vooruitgang te boeken.