Het pulsebuiskryocooler-systeem is een van de meest geavanceerde technologieën die wordt gebruikt om cryogene temperaturen te bereiken. Het basiswerkingsprincipe van een pulsebuiskryocooler is eenvoudig, maar de onderliggende fysica is complex. Dit systeem maakt gebruik van een pulserende gasstroom om de temperatuur van een koelobject te verlagen, waarbij de gasbeweging door een buis wordt gestuurd die aan beide uiteinden van de koelcyclus wordt gecomprimeerd en uitgebreid.
Het proces begint met gas in de buis, gevolgd door de geforceerde verplaatsing van het gas naar een reservoir via een opening door de verhoogde druk. Het verwarmde gas verliest zijn energie in de warmtewisselaar wanneer het door de opening stroomt. Zodra de druk gelijk wordt, stopt de gasstroom door de opening. Vervolgens wordt het gas adiabatisch uitgerekt door een zuiger. In de laatste fase keert het gekoelde gas uit het reservoir terug door de opening, waarbij het warmte opneemt van de belasting. De gasbeweging stopt zodra de druk gelijk wordt, waarna het proces zich herhaalt.
De grootte van de pulsebuis wordt bepaald door de behoefte om de koude en warme gassecties in de buis van elkaar te isoleren. Slechts een deel van het gas stroomt vanuit de buis naar het reservoir. Het gas in het midden van de buis fungeert als een isolator, die effectief de verplaatsingsbeweging vervangt. Om deze isolatie te verbeteren, moet enige turbulentie in de buis geminimaliseerd worden. Dit wordt bereikt door stromingsgeleidingsschermen aan beide uiteinden van de buis te plaatsen, die de stroming rechtlijnig maken en daarmee turbulentie minimaliseren.
Het eerste pulsebuiskryocoolersysteem werkte zonder opening en bereikte temperaturen van 124 K. De introductie van een opening in 1984 maakte een temperatuurverlaging mogelijk tot 105 K, met verdere verbeteringen in 1986 tot 60 K. Tegen de jaren 2000 waren eenfasige pulsebuiskryocoolers in staat om temperaturen van 20 K te bereiken, terwijl tweefasige systemen zelfs temperaturen van 2 K bereikten.
Er zijn verschillende configuraties van pulsebuiskryocoolers, elk met specifieke voor- en nadelen. De meest gebruikte types zijn de u-vormige, coaxiale en inline cryocoolers. De inline-configuratie biedt de hoogste efficiëntie, omdat de richting van de gasstroom direct is, wat turbulentie vermindert. In tegenstelling tot de u-vormige en coaxiale configuraties, die extra ruimte vereisen door het veranderen van de gasstroomrichting en daardoor minder efficiënt zijn, behoudt de inline-configuratie een rechtstreekse stroom. De coaxiale geometrie is compacter, maar heeft als nadeel dat de efficiëntie lager is door warmte-uitwisseling tussen de regenerators en de pulsebuis. Desondanks zijn er recentere ontwikkelingen, zoals een coaxiale pulsebuiskryocooler die 20% van de Carnot-efficiëntie behaalt bij 90 K en 18,8 W koelvermogen levert bij een input van 222 W. Deze technologie werd in 2000 voor NASA ontwikkeld om zuurstof te liquefiëren. In 2015 werd een hybride Stirling-pulsebuiskryocooler ontwikkeld met een efficiëntie van 24,2% van Carnot bij 80 K.
Ondanks de voordelen blijven pulsebuiskryocoolers kampen met uitdagingen op het gebied van schaalbaarheid en efficiëntie. Kleine cryocoolers met een ingangspower van minder dan 10 W zijn moeilijk te ontwikkelen vanwege de beperkingen van de minimale grootte van de pulsebuis. Bovendien voorkomt de afwezigheid van een mechanische verplaatser dat de efficiëntie van het systeem de 100% van Carnot haalt, zelfs onder ideale omstandigheden. Dit komt doordat de potentiële energie van een geforceerde verplaatsingsbeweging werk produceert aan beide zijden van de verplaatser, wat de arbeid van de compressor vermindert. Bij een pulsebuiskryocooler wordt deze potentiële energie echter gedissipeerd in de opening. De Coefficient of Performance (COP) van een pulsebuiskryocooler is daarom beperkt.
De tweede-wetsefficiëntie van een ideale pulsebuiskryocooler bij een omgevingstemperatuur van 300 K is te zien in de bijgevoegde grafiek. Zoals te zien is, wordt de maximale efficiëntie bij 77 K beperkt tot 74% van Carnot voor een ideaal systeem.
Bij het kiezen van de juiste koeltechnologie is het belangrijk rekening te houden met verschillende factoren, zoals kosten, efficiëntie, grootte en geluidsniveau. De efficiëntie van de verschillende koelsystemen bij verschillende temperaturen moet zorgvuldig worden beoordeeld om de thermische prestaties van het gehele systeem te optimaliseren. Dit is cruciaal om de prestaties en kosten van toepassingen die cryogene omstandigheden vereisen te verbeteren. Het optimaal functioneren van cryogene systemen hangt niet alleen af van de technologie, maar ook van een goed begrip van de fysieke principes die eraan ten grondslag liggen.
Waarom Dynamische Logica een Voordeel Heeft bij Cryogene Temperatuur
In moderne digitale systemen worden voornamelijk statische logische schakelingen gebruikt. Echter, deze systemen kunnen significant worden verbeterd door het gebruik van dynamische logica, vooral wanneer ze opereren bij cryogene temperaturen. De keuze tussen statische en dynamische logica hangt sterk af van de temperatuur, vooral vanwege het effect van lekkage stroom. Bij lage temperaturen, zoals bij cryogene omstandigheden, wordt de invloed van subdrempel lekkage aanzienlijk verminderd, waardoor dynamische logica aantrekkelijker wordt.
In statische logische schakelingen, zoals bijvoorbeeld een D flip-flop, wordt de toestand van de schakeling bewaard zolang de spanning wordt gehandhaafd, ongeacht de klokfrequentie. Deze circuits kunnen op lage frequenties werken en kunnen in een stand-by modus worden geplaatst om energie te besparen. Bij een D flip-flop wordt de toestand vastgehouden in de masterfase en vervolgens doorgegeven aan de slavefase bij de volgende klokcyclus. Dit biedt stabiliteit zolang de stroomvoorziening aanwezig is, maar tegelijkertijd is de energie-efficiëntie relatief laag in vergelijking met dynamische logica.
Dynamische logica daarentegen, maakt gebruik van tijdelijke opslag van informatie in de vorm van capaciteit. Gate- en parasitaire capaciteiten bewaren de lading in de schakeling, wat de logische toestand behoudt totdat de lading over tijd vervalt. Dit vereist een periodieke vernieuwing, omdat de lading vanzelf uitvloeit. Het geheugen en de logische elementen zijn hetzelfde circuit, en de overdracht van signalen wordt gecontroleerd door een externe klok. In een dynamische verschuifregister, bijvoorbeeld, wordt de informatie bij elke kloktransitie met één positie verschoven. Het grote voordeel van dynamische logica is de lagere oppervlaktebehoefte en het lagere energieverbruik in vergelijking met statische circuits. Dynamische logica kan ook hogere klokfrequenties aan, wat leidt tot snellere verwerking van informatie.
Echter, dynamische logica heeft ook nadelen, zoals het probleem van lekkage op de condensatoren bij lage frequenties, wat resulteert in een lagere ruisimmuniteit en slechtere testbaarheid. Omdat dynamische logica geen stabiele logische toestand kan vasthouden bij constante stroom (DC), is het moeilijk om deze schakelingen op een statische manier te testen. Dit maakt het testen van dynamische circuits problematisch bij kamertemperatuur.
De nadelen van dynamische logica vervallen echter bij cryogene temperaturen. Bij lage temperaturen is de lekkage van stroom verwaarloosbaar, wat betekent dat de lading op de condensatoren niet verliest zoals bij kamertemperatuur. Dit zorgt ervoor dat dynamische schakelingen kunnen werken bij lagere frequenties, zelfs bij bijna constante stroom, wat de energieconsumptie aanzienlijk verlaagt. De verlaagde lekkage maakt het ook mogelijk om dynamische logica bij cryogene temperaturen te testen, iets wat bij hogere temperaturen niet mogelijk is.
MOSFETs die functioneren bij cryogene temperaturen vertonen aanzienlijke verbeteringen in prestaties en betrouwbaarheid ten opzichte van kamertemperatuur. In MOSFETs wordt de mobiliteit van de draagers in het kanaal verbeterd omdat de verstrooiing door roosterbewegingen afneemt. Dit leidt tot een verhoogde snelheid van de schakelingen. Een ringoscillator die werkt bij 4 K heeft bijvoorbeeld een prestatieverbetering van 62% in snelheid vergeleken met dezelfde oscillator bij kamertemperatuur.
Het gebruik van cryogene temperaturen maakt niet alleen de dynamische logica praktischer, maar kan ook andere voordelen bieden, zoals hogere doorvoersnelheden en meer energie-efficiëntie, wat essentieel is voor toepassingen zoals cloud computing en andere stationaire platformen die gevoelig zijn voor energieverbruik.
Wat essentieel is om te begrijpen, is dat dynamische logica bij cryogene temperaturen haar gebruikelijke tekortkomingen zoals de noodzaak van periodieke hernieuwde ladingbeheersing en de problemen met testbaarheid kan overwinnen door de drastisch verminderde lekkage stromen. De verhoogde efficiëntie en prestaties van MOSFETs bij lage temperaturen vormen de basis voor de ontwikkeling van toekomstige geavanceerde micro-elektronische systemen die extreem energiezuinig en snel moeten zijn.
Hoe de optimalisatie van temperatuurinstellingen in cryogene rekensystemen kan bijdragen aan energiebesparing en prestatieverbetering
In cryogene rekensystemen, die werken bij extreem lage temperaturen, is het van essentieel belang om niet alleen de temperatuur efficiënt te regelen, maar ook de bijbehorende energieverbruik en vertraging te optimaliseren. De complexe interactie tussen verschillende temperatuurinstellingen, koelsystemen en de daaruit voortvloeiende energie- en prestatiekosten vraagt om een doordachte aanpak voor het optimaliseren van de opstelling van de koelkamers en de werking van de rekeneenheden.
Het probleem dat zich voordoet, is het bepalen van de optimale volgorde en temperatuurinstellingen voor de groepen rekeneenheden, waarbij elke eenheid bij verschillende temperaturen kan werken. Voor elke temperatuur is zowel het energieverbruik als de vertraging van belang, en het doel is om de totale energieafvoer te minimaliseren, rekening houdend met de noodzakelijke koeling van de kamers. Tegelijkertijd moet er worden gezorgd dat de vertraging binnen een vooraf gedefinieerde limiet blijft. Het bepalen van de optimale volgorde en temperatuurinstellingen is dus van cruciaal belang voor zowel de energie-efficiëntie als de systeemprestaties.
Elke groep rekeneenheden moet bij een enkele temperatuur opereren, wat de energiebehoefte en vertraging van die groep bepaalt. Omdat meerdere eenheden samen in een groep kunnen functioneren, wordt de totale energiebehoefte en vertraging van de groep berekend als de som van de individuele waarden van de eenheden in die groep. Een essentieel aspect van de optimalisatie is de manier waarop de groepen in een hiërarchische volgorde worden geplaatst, waarbij de binnenste kamers van de koelkast lager geconfigureerd moeten worden dan de buitenste. Dit zorgt ervoor dat het energieverbruik van het koelsysteem zo laag mogelijk blijft en de complexiteit van de bedrading wordt verminderd.
Het optimalisatieproces vereist het systematisch verkennen van alle mogelijke combinaties van groepsindelingen en volgordes. De temperatuur van elke kamer binnen een koelkast moet in aflopende volgorde van kamertemperatuur naar cryogene temperaturen worden geplaatst, omdat elke kamer een lagere temperatuur moet hebben dan de buitenste kamer. Dit bepaalt de volgorde waarin de groepen moeten worden gerangschikt, aangezien de temperatuur in de binnenste kamer altijd lager is dan die in de buitenste kamer. Een complexe maar noodzakelijke eis is dat, om het systeem energie-efficiënt te houden, de specifieke temperatuurinstellingen en volgordes zodanig moeten worden gekozen dat de vertraging van het systeem de vooraf vastgestelde limiet niet overschrijdt.
Voor de oplossing van dit probleem wordt een algoritme voorgesteld dat alle mogelijke groepsindelingen en permutaties onderzoekt. Het algoritme maakt gebruik van de kortste padmethode, die afhangt van de kosten van het koelen van de verschillende groepen, afhankelijk van de temperatuurinstellingen. Dit algoritme probeert de meest energie-efficiënte padvolgorde te vinden, die de systeemvertraging minimaliseert en tegelijkertijd het energieverbruik optimaliseert.
Een belangrijke overweging bij dit proces is de koelkostfunctie, die de energiebehoefte van het koelen van een groep bij een bepaalde temperatuur afhangt van de temperatuur van de kamer en de omgevingstemperatuur. De efficiëntie van de koelkast speelt hier een sleutelrol, omdat een efficiënter koelsysteem minder energie verbruikt voor dezelfde temperatuurinstellingen.
Bij de implementatie van dit algoritme moet rekening worden gehouden met de beperkingen die het systeem oplegt. Ten eerste mag elke groep slechts bij één temperatuur opereren. Dit wordt gewaarborgd door de invoering van een binaire beslissingsvariabele die aangeeft of een bepaalde groep bij een specifieke temperatuur werkt. Ten tweede moeten de volgordes van de groepen voldoen aan de eis dat de binnenste kamer van een koelkast altijd bij een lagere temperatuur opereert dan de buitenste kamer. Tenslotte moet de vertraging van het systeem worden beperkt, zodat deze niet boven een vooraf gedefinieerde drempel uitkomt.
Naast de hierboven beschreven technische aspecten, is het essentieel voor de lezer om het belang van het koelsysteem als geheel te begrijpen. Het systeem moet niet alleen de temperaturen effectief regelen, maar ook de bijbehorende kosten en vertragingen minimaliseren. Dit vraagt om een nauwkeurige afstemming van de temperatuurinstellingen, de volgordes van de groepen en de keuze van de juiste koelsystemen.
Bij de keuze van de juiste algoritmes moet verder rekening worden gehouden met de praktijk van cryogene systemen, waar in veel gevallen het optimale pad voor temperatuurinstellingen niet eenvoudig is te voorspellen. Dit komt doordat cryogene systemen vaak werken onder unieke operationele omstandigheden die sterk kunnen variëren afhankelijk van de specificaties van de gebruikte koeltechnologie, de aard van de rekeneenheden en de vereiste prestatiecriteria.
Wat zijn de uitdagingen bij het ontwerp van cryogene systemen in supergeleidertechnologie?
Het ontwerp van cryogene systemen speelt een cruciale rol in de ontwikkeling van geavanceerde technologieën, vooral in het domein van supergeleiding en kwantumcomputing. Het begrijpen van de technische specificaties en prestaties van cryogeen gerelateerde componenten is essentieel voor ingenieurs die zich bezighouden met het ontwerp van apparatuur voor toepassingen in extremen zoals lage temperaturen. Het optimaliseren van cryocoolers en het beheren van thermische en elektrische prestaties zijn enkele van de belangrijkste uitdagingen waarmee ontwerpers worden geconfronteerd.
Cryocoolers, zoals die geproduceerd door bedrijven als Sunpower en Northrop Grumman, spelen een sleutelrol bij het koelen van systemen tot de extreem lage temperaturen die nodig zijn voor het functioneren van supergeleidende materialen. Deze apparaten moeten in staat zijn om warmte efficiënt te verwijderen, terwijl ze tegelijkertijd betrouwbaar blijven functioneren zonder schade te ondervinden van de complexe thermische en mechanische omstandigheden. De technische specificaties van cryocoolers, zoals hun koelcapaciteit, energieverbruik en koelsnelheid, moeten zorgvuldig worden afgewogen bij het ontwerp van systemen die gebruik maken van supergeleiders.
Daarnaast zijn er aanzienlijke vooruitgangen geboekt in de ontwikkeling van supergeleidende elektronische circuits, zoals Rapid Single Flux Quantum (RSFQ) circuits, die zowel een energiezuinige als robuuste oplossing bieden voor digitale verwerking bij lage temperaturen. Deze circuits hebben speciale thermische kenmerken, die moeten worden begrepen en gemodelleerd om te zorgen voor optimale prestaties in een cryogeen systeem. De thermische weerstand van materialen die in dergelijke systemen worden gebruikt, zoals koper en niobium, verandert significant bij cryogene temperaturen, wat directe gevolgen heeft voor de prestaties van zowel de koelapparatuur als de circuits zelf.
Een ander belangrijk aspect bij het ontwerp van deze systemen is het beheer van de thermische interfaces tussen verschillende materialen. Geavanceerde technieken zoals grafiet en koperlegeringen worden vaak gebruikt om de warmteoverdracht te verbeteren, maar het is van cruciaal belang om de juiste keuze van materialen te maken die bestand zijn tegen de thermische spanningen die ontstaan bij dergelijke lage temperaturen.
Wat echter vaak over het hoofd wordt gezien, is de complexiteit van het thermisch beheer bij supergeleider-applicaties, vooral als het gaat om de integratie van deze systemen met andere elektronische en optische technologieën. Cryogeen gekoelde sensoren, bijvoorbeeld, moeten niet alleen bestand zijn tegen extreme temperaturen, maar moeten ook nauwkeurig kunnen functioneren binnen de vaak beperkte ruimte die beschikbaar is in geavanceerde systemen. Het gebruik van materialen die speciaal ontworpen zijn voor cryogene omgevingen kan hierbij een belangrijke rol spelen.
Bovendien is de impact van deze supergeleidertechnologieën op toekomstige toepassingen in kwantumcomputing niet te onderschatten. In de recente literatuur wordt steeds vaker gespeculeerd over de mogelijkheid om kwantumalgoritmes efficiënt uit te voeren met behulp van supergeleidende circuits, waarbij de kwantumtoestand van een systeem kan worden gecontroleerd door middel van gedigitaliseerde supergeleidertechnologieën. Het ontwerp van deze circuits moet rekening houden met de interactie tussen kwantumtoestanden en de thermische fluctuaties die inherent zijn aan cryogene systemen.
Het is belangrijk te begrijpen dat de vooruitgangen in cryogene systemen niet alleen technisch van aard zijn, maar ook economisch en operationeel van invloed kunnen zijn. De kosten en de complexiteit van het bouwen van cryogene systemen zijn hoog, wat de noodzaak benadrukt voor geavanceerde ontwerptechnieken die zowel de prestaties als de kosten beheersen. De zoektocht naar kostenefficiëntere methoden voor het bouwen van cryocoolers, cryostaten en andere cryogene componenten blijft dan ook een belangrijk onderzoeksgebied.
Bij het ontwikkelen van systemen die gebruik maken van cryogene technologieën moeten ontwerpers zich bewust zijn van de gedetailleerde specificaties van de componenten die ze gebruiken. Het beheersen van de thermische omgeving, de materialen en de koeltechnieken is essentieel voor het bereiken van optimale prestaties en duurzaamheid van het systeem. Elk ontwerpbesluit moet zorgvuldig worden geëvalueerd op basis van de thermische en mechanische eisen die de gebruikte technologieën stellen.

Deutsch
Francais
Nederlands
Svenska
Norsk
Dansk
Suomi
Espanol
Italiano
Portugues
Magyar
Polski
Cestina
Русский