Wat is de rol van fictie in een tijd van politieke onrust en sociale verdeeldheid? Hoe kan fictie een krachtig middel worden om de realiteit te doorgronden en de structuren die haar vormgeven te begrijpen? Paul De Man spreekt over de rol van waarneming en de actieve deelname van het individu aan de empirische werkelijkheid. Dit moment van "aanwezig zijn" in de fysieke wereld is meer dan een individuele ervaring; het is een voortdurende interactie tussen het lichaam, de zintuigen en de omgeving. De conceptie van het 'hier-en-nu' door de betrokkenheid van het individu is onmiskenbaar verbonden met de realiteit, en deze realiteit is zelf veelomvattend, beïnvloed door historische en maatschappelijke krachten die vaak buiten het persoonlijke zicht liggen.

De vragen die zich voordoen in een tijd van crisis—zoals de opkomst van witte nationalistische bewegingen in de VS, de herinterpretatie van de Amerikaanse burgeroorlog en de heropleving van koloniale ideologieën—laten zien dat de realiteit, zowel empirisch als ideologisch, niet altijd zo vast staat als men zou denken. Het idee van de “huidige tijd” blijkt een strijdtoneel voor interpretaties van geschiedenis en waarheid, waar ‘feit’ en ‘fictie’ vaak met elkaar verward worden. Het is deze verschuiving in wat we als 'waar' beschouwen die de wortels van de hedendaagse politieke onrust voedt. Denk hierbij aan de opkomst van alternatieve feiten, de verdraaiing van historische gebeurtenissen en de glorificatie van een natiestaat die zijn koloniale verleden niet heeft verwerkt.

De manier waarop deze ideologieën zich voortplanten, is nauw verbonden met de conceptie van fictie. Mark Twain’s The Adventures of Huckleberry Finn, bijvoorbeeld, toont aan hoe literatuur ons kan helpen te navigeren door de complexe politieke en sociale vraagstukken van onze tijd. Fictie biedt de ruimte om dingen ‘te denken’ zoals ze zouden kunnen zijn—zonder dat ze noodzakelijkerwijs feitelijk waar hoeven te zijn. Dit vermogen om te denken in ‘wat als’-scenario’s kan helpen om de strijd tegen onrecht te formuleren en biedt een manier om te ontsnappen aan de beperkende denkwijzen die door dominante ideologieën worden opgelegd.

De huidige situatie in de Verenigde Staten, zoals de toenemende verharding van de politieke strijd en de aanwezigheid van een populistische, nationalistische agenda, kan niet los worden gezien van de bredere vraag naar wat werkelijk veranderd moet worden in de samenleving. Het neo-imperialistische beleid, de onderdrukking van protesten en de verschuiving van feiten naar alternatieve waarheden laten zien hoe ‘de werkelijkheid’ gemanipuleerd wordt door degenen die de macht in handen hebben. In deze context heeft fictie de kracht om te onthullen wat niet wordt gezegd, om de ‘onzichtbare’ waarheden zichtbaar te maken.

Fictie werkt als een katalysator voor verandering doordat het ons in staat stelt te reflecteren op alternatieve realiteiten en de gevolgen van onze politieke keuzes. Het stelt ons in staat om ons voor te stellen hoe de samenleving zou kunnen veranderen, hoe macht kan verschuiven en hoe de verhalen die we onszelf vertellen over het verleden en de toekomst de koers van de samenleving kunnen beïnvloeden. Dit vermogen om alternatieve mogelijkheden te verkennen, is essentieel in een tijd waarin de werkelijkheid vaak door ideologieën wordt vervormd. Fictie maakt het mogelijk om vragen te stellen die de dominante ideologieën uitdagen, zoals: Hoe zou de wereld eruitzien als we collectief kiezen voor gelijkheid, gerechtigheid en het verwerkelijken van een ware ‘verlichting’? Fictie biedt een veilige ruimte om deze ideeën te onderzoeken en daarmee een potentiële route voor maatschappelijke verandering te openen.

Het is belangrijk om te begrijpen dat de strijd om de betekenis van fictie niet slechts een abstracte intellectuele bezigheid is. De manier waarop fictie onze perceptie van de werkelijkheid kan beïnvloeden, heeft diepe politieke implicaties. Als we kijken naar de manier waarop racisme en sociale ongelijkheid blijven voortbestaan, ondanks de vooruitgang die schijnbaar is geboekt, kunnen we zien hoe fictie, zowel als concept als als praktische tool, een instrument is in het ontmantelen van de oude, koloniale structuren die nog steeds in onze maatschappij aanwezig zijn. Het erkennen van deze onzichtbare krachten, die vaak door politieke structuren en dominante ideologieën in stand worden gehouden, kan alleen maar worden bereikt door het kritisch lezen van zowel onze eigen geschiedenis als de fictieve werelden die we samen creëren.

Fictie kan dus niet alleen als een spiegel van de samenleving functioneren, maar ook als een kracht die deze samenleving vormgeeft. Het is niet zomaar een reflectie van wat is, maar een ruimte voor het bedenken van wat zou kunnen zijn. De invloed van fictie op de sociale en politieke realiteit is niet slechts beperkt tot de verbeelding van individuen; het heeft de potentie om collectieve verlangens en angsten te kanaliseren, en kan ons helpen een nieuw maatschappelijk contract te formuleren, waarin oude misstanden worden erkend en nieuwe ideeën over gerechtigheid en gelijkheid worden onderzocht.

Hoe Kunnen de Humaniora Studenten Voorbereiden op de Toekomst?

De humaniora, met hun nadruk op civiele verantwoordelijkheid, kritisch denken en de uitdaging van complexe vraagstukken zonder duidelijke antwoorden, bieden studenten niet alleen de basis voor academische groei, maar ook voor hun ontwikkeling als weloverwogen burgers. De nadruk ligt hierbij op het vermogen om om te gaan met ambiguïteit en onzekerheid—kwaliteiten die steeds belangrijker worden in een wereld die voortdurend verandert en vaak wordt overspoeld door simplistische of polariserende argumenten.

In een tijd waarin politieke bewegingen zoals de Alt-Right en figuren als Donald Trump een afkeuring van waarheid en media bevorderen, wordt het belang van kritische vaardigheden voor het doorkijken van de ruis groter dan ooit. Cary Nelson benadrukt in haar pleidooi voor de 'felle humaniora' dat onderwijs niet alleen moet gericht zijn op het vergaren van kennis, maar ook op het 'ontleren'—het in vraag stellen van veronderstellingen en het verstoren van traditionele kennis die vaak als vanzelfsprekend wordt beschouwd. Dit proces is essentieel voor studenten die niet alleen kennis willen verzamelen, maar ook willen begrijpen hoe deze kennis kan worden toegepast in de bredere sociale en politieke context.

Het vakgebied van de humaniora biedt studenten de ruimte om diepgaand na te denken over kwesties zoals ras, cultuur en identiteit, door middel van theorieën zoals Critical Race Theory en transborder theory. Deze theorieën stellen studenten in staat om bestaande veronderstellingen over maatschappelijke structuren te deconstrueren en om complexe vraagstukken vanuit verschillende invalshoeken te benaderen. Dit is essentieel voor het ontwikkelen van vaardigheden die niet alleen in de academische wereld van belang zijn, maar ook in het dagelijkse leven—zoals het vermogen om kritisch te reflecteren op de informatie die we ontvangen via sociale media of andere bronnen.

Ken Anselment benadrukt dat de humaniora studenten niet alleen helpen de wereld te begrijpen, maar ook hen leren hoe ze die wereld kunnen benaderen met een kritische blik. De nadruk ligt niet alleen op het ontwikkelen van politieke of culturele standpunten, maar op het vermogen om die standpunten te plaatsen binnen de bredere context van complexe en vaak tegenstrijdige realiteiten. Dit stelt studenten in staat om met een open geest naar de wereld te kijken, zelfs als ze zich bewust zijn van de polariserende krachten die haar beïnvloeden.

In tegenstelling tot meer technische disciplines zoals de harde wetenschappen, waar de focus ligt op het begrijpen van de 'grammatica' van specifieke vakgebieden, leren studenten in de humaniora de zogenaamde 'soft skills'—zoals communicatie, empathie en zelfreflectie—die van cruciaal belang zijn in zowel persoonlijke als professionele omgevingen. Bovendien bieden de humaniora de mogelijkheid om studenten niet alleen voor te bereiden op hun toekomstige werk, maar hen ook te helpen een levendig begrip te ontwikkelen van hun civiele verantwoordelijkheden als burgers in een democratie.

Het is belangrijk om te begrijpen dat de vaardigheden die worden ontwikkeld door middel van de humaniora, niet alleen gericht zijn op het begrijpen van het verleden, maar ook op het vermogen om dat begrip toe te passen in de toekomst. In een wereld die steeds complexer en onvoorspelbaarder wordt, is het vermogen om flexibel te denken en zich aan te passen aan nieuwe omstandigheden van onschatbare waarde. Studenten die zijn opgeleid in de humaniora zullen beter in staat zijn om de uitdagingen van een snel veranderende wereld te navigeren en de kritische vaardigheden toe te passen die nodig zijn om zichzelf en hun samenleving vooruit te helpen.