De huisartsgeneeskunde in de Oostelijke Middellandse Zee-regio (EMR) speelt een cruciale rol in de gezondheidszorg, waarbij het accent steeds meer verschuift van curatieve zorg naar preventieve zorg. Dit is een reactie op de toenemende druk op gezondheidszorgsystemen en de groeiende prevalentie van niet-overdraagbare ziekten. Ondanks de vooruitgang die is geboekt in de verbetering van de toegang tot zorg, blijft het verbeteren van de rechtvaardigheid en toegankelijkheid van gezondheidsdiensten een uitdaging. In dit kader is de rol van huisartsen van essentieel belang. Zij zijn betrokken bij preventieve activiteiten zoals vaccinaties, gezondheidscreenings, levensstijladvies en de vroege opsporing van ziekten, wat een fundamentele bijdrage levert aan het welzijn van gemeenschappen in de regio.

Een voorbeeld van de impact van huisartsgeneeskunde in de regio is Qatar, waar het familiegerichte zorgmodel binnen de eerstelijnszorg bijzonder succesvol is gebleken. Het zorgmodel verschuift de focus van genezing naar preventie, waardoor er meer nadruk komt te liggen op het voorkomen van gezondheidsproblemen voordat deze zich voordoen. Dit model is een voorbeeld van hoe huisartsgeneeskunde kan bijdragen aan het verbeteren van de volksgezondheid door een breed scala aan preventieve maatregelen.

De culturele diversiteit in de regio maakt het essentieel voor huisartsen om culturele gevoeligheid en respect voor diversiteit te integreren in hun zorgverlening. In landen zoals Libanon en de Verenigde Arabische Emiraten, waar verschillende etnische gemeenschappen samenleven, is het belangrijk dat huisartsen zich bewust zijn van de culturele, religieuze en sociale factoren die van invloed zijn op de gezondheid en zorgkeuzes van patiënten. Dit respect voor culturele diversiteit zorgt ervoor dat de zorg effectief en afgestemd is op de behoeften van verschillende gemeenschappen.

Naast de nadruk op individuele zorg, speelt familiegericht werken in de regio ook een grote rol in de gemeenschapsgezondheid. Huisartsen zijn actief betrokken bij gezondheidseducatie, gemeenschapsprogramma’s en openbare gezondheidsinitiatieven. Dit wordt versterkt door het opleidingsprogramma van de Arabische Raad voor Huisartsgeneeskunde, dat huisartsen uitrust met de nodige vaardigheden om gezondheidsbehoeften in hun gemeenschappen te beoordelen en samen te werken met lokale leiders en belanghebbenden om effectieve interventies uit te voeren. In Jordanië wordt bijvoorbeeld het familiegezondheidsteam-model toegepast, waarbij huisartsen in de publieke gezondheidszorg samenwerken om zorg te bieden die gericht is op de gemeenschap.

Een ander belangrijk aspect van de huisartsgeneeskunde in deze regio is de voortdurende pleitbezorging voor de specialiteit. Hoewel huisartsgeneeskunde al meer dan veertig jaar bestaat in de regio, blijft het bewustzijn over het vakgebied beperkt. Dit geldt niet alleen voor het publiek, maar ook voor medische studenten en zorgprofessionals uit andere disciplines. De beperkte bekendheid met huisartsgeneeskunde vormt een belangrijke uitdaging voor huisartsen in de regio. Om dit te overwinnen, zetten veel wetenschappelijke verenigingen en beroepsorganisaties zich in voor pleitbezorging door gebruik te maken van traditionele en sociale media om het belang van huisartsgeneeskunde te benadrukken.

In een regio die door conflict wordt geteisterd, is veerkracht en aanpassingsvermogen van cruciaal belang. Dit stelt huisartsen in staat om effectieve zorg te leveren ondanks de vele uitdagingen van conflicten, ontheemding en beperkte middelen. In landen als Libanon, Syrië en Palestina hebben huisartsen zich in staat getoond om kwalitatief hoogstaande zorg te bieden ondanks de belemmeringen die ze tegenkomen. In Libanon hebben huisartsen bijvoorbeeld mobiele klinieken opgezet om basisgezondheidszorg te leveren aan ontheemde bevolkingsgroepen, wat aantoont hoe belangrijk het is om flexibel en vindingrijk te zijn in crisissituaties.

Teamwerk en samenwerking tussen zorgverleners zijn eveneens fundamentele elementen in de huisartsgeneeskunde in deze regio. Veel huisartsen werken in teamverband, waarbij ze samenwerken met andere zorgprofessionals zoals verpleegkundigen, maatschappelijk werkers en andere specialisten om holistische zorg te bieden die gericht is op de fysieke, sociale en psychologische aspecten van gezondheid. De teamgeoriënteerde benadering is vooral gebruikelijk in de eerstelijnszorgcentra en klinieken, waar huisartsen samen met andere zorgverleners werken om gemeenschappen beter te dienen.

Ethische principes zoals vertrouwelijkheid, geïnformeerde toestemming, eerlijkheid in de zorg en respect voor de autonomie van de patiënt vormen de kern van de huisartsgeneeskunde in de regio. Huisartsen in de EMR zijn zich bewust van het belang van het naleven van deze principes om een vertrouwensrelatie met hun patiënten te behouden en om de professionele integriteit van hun praktijk te waarborgen. Het naleven van ethische normen is dan ook een fundamenteel onderdeel van de opleiding en praktijk van huisartsen in de regio.

De nadruk op kwaliteit van zorg en evidence-based practice is ook duidelijk zichtbaar in de regio. Huisartsen passen de nieuwste richtlijnen en onderzoekresultaten toe om ervoor te zorgen dat de zorg die ze bieden voldoet aan de wereldwijde gezondheidszorgstandaarden. Dit wordt ondersteund door voortdurende professionele ontwikkeling, waarbij huisartsen worden aangemoedigd om hun kennis en vaardigheden voortdurend bij te werken. Het betrekken van patiënten en hun families bij het waarborgen van de veiligheid en kwaliteit van de zorg is echter een uitdaging, die te maken heeft met culturele barrières en de soms beperkte mate van betrokkenheid van zorgprofessionals bij de actieve participatie van patiënten.

Lifelong learning is een ander fundamenteel aspect van huisartsgeneeskunde in de EMR. Huisartsen in de regio zijn vaak zeer gemotiveerd om hun kennis en vaardigheden voortdurend te verbeteren, en veel van hen streven naar verdere academische kwalificaties, zoals aanvullende diploma’s of universitair onderwijs. Dit verhoogt hun expertise en versterkt hun vermogen om hoogwaardige zorg te bieden.

Hoewel de kernwaarden van huisartsgeneeskunde in de EMR veel overeenkomsten vertonen, zijn er regionale variaties die worden beïnvloed door culturele, politieke en economische factoren. Het gebrek aan systematisch onderzoek naar de praktijk van huisartsgeneeskunde en de kernwaarden in de regio benadrukt de behoefte aan meer kennis en inzicht in dit vakgebied.

Waarom groeit de economie van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied zo langzaam?

In 2024 groeide het bruto binnenlands product (bbp) van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied met slechts 1,9%, wat het laagste groeicijfer ter wereld is sinds 2007. Dit staat in schril contrast met de wereldwijde groei van 2,7% en de 5,9% groei in de rijkste landen. De Wereldbank classificeert de meeste landen in de regio als landen met een gemiddeld inkomen, terwijl Panama, Chili en Uruguay tot de rijke landen behoren. Aan de andere kant worden landen als Honduras, Nicaragua en Bolivia als de armste landen gezien. De armoede en ongelijkheid blijven de belangrijkste uitdagingen in de regio.

Hoewel er in 2024 weliswaar een afname was van armoede en extreme armoede op regionaal niveau, blijft armoede de dagelijkse realiteit voor 25% van de bevolking, terwijl 11% van de mensen (zo'n 70 miljoen) in extreme armoede leeft. De grens voor armoede ligt onder de 6,85 USD per dag, en voor extreme armoede is dat minder dan 2,15 USD per dag. Dit betekent dat meer dan de helft van de bevolking (56%) zich in een toestand van kwetsbaarheid of armoede bevindt. Bij kinderen is de situatie nog ernstiger: de armoede onder kinderen tot zes jaar oud overschrijdt in veel landen de 50%. Er leven bijna 100 miljoen kinderen en jongeren tot 17 jaar in armoede, waarvan 10 miljoen in extreme armoede.

Ongelijkheid binnen de landen is eveneens een ernstig probleem, wat blijkt uit de Gini-index. Deze index varieert van 38 in El Salvador tot 53,4 in Brazilië, waarbij 0 staat voor volledige gelijkheid en 100 voor de grootste ongelijkheid. De mediaan voor de 17 landen waarvoor gegevens beschikbaar zijn, ligt op 46,1. De afgelopen tien jaar is de werkgelegenheidsgroei het laagst geweest sinds 1950, terwijl het aantal miljardairs in de regio in 2021 met 3,6% van het regionaal vermogen de rijkdom verder heeft geconcentreerd.

Ondanks deze economische indicatoren ligt de rijkdom van de regio fundamenteel in de natuurlijke en culturele diversiteit van de landen, die nauw met elkaar verbonden zijn. Vijf landen worden beschouwd als megadivers, met 800 inheemse volkeren die meer dan 200 verschillende talen spreken. Deze bevolkingsgroepen zijn echter vaak gemarginaliseerd en hun overleving wordt bedreigd door de uitbreiding van ‘ontwikkeling’ naar hun territoria.

De gezondheid van de regio weerspiegelt dit complexe landschap. Chronische niet-overdraagbare ziekten (NCD’s) zijn wijdverspreid, maar er komen ook veel besmettelijke ziekten voor, zoals dengue, tuberculose en HIV-AIDS. Andere veelvoorkomende gezondheidsproblemen zijn die welke verband houden met armoede en geweld. Gendergeweld is een ernstig volksgezondheidsprobleem in de regio, waarbij dagelijks ten minste elf vrouwen omkomen. In 2022 rapporteerde Brazilië het hoogste aantal femiciden in Latijns-Amerika, gevolgd door Mexico. Honduras had in 2022 de hoogste femicidegraad per 100.000 vrouwen. Ondanks deze cijfers zijn er verbeteringen, waarschijnlijk beïnvloed door de maatschappelijke mobilisatie van georganiseerde vrouwen.

Homicides in het algemeen zijn een groot volksgezondheidsprobleem, vooral door de aanwezigheid van bendes, georganiseerde misdaad en gewapende groepen. De blootstelling van jongeren aan geweld is bijzonder ernstig, aangezien adolescenten in Latijns-Amerika vijf keer meer kans hebben om door geweld om te komen dan hun leeftijdsgenoten elders in de wereld. Politiek gezien zijn interne conflicten, buitenlandse inmenging en autoritarisme, waaronder staatsterrorisme, een constante bedreiging voor de stabiliteit van de landen. Toch is er ook democratische ontwikkeling en is de deelname van de bevolking via sociale bewegingen een kenmerk van de regio.

Gezondheidssystemen die voor iedereen toegang bieden tot zorg van hoge kwaliteit, met name voor de meest kwetsbare groepen, zijn moeilijk te realiseren. Dit komt niet alleen door de beperkte middelen die aan de gezondheidszorg worden toegewezen, maar ook door de uitdagingen in het coördineren van menselijke ontwikkelingsprocessen. In dit kader is de ontwikkeling van de huisartsgeneeskunde in de regio langzaam maar gestaag vooruitgegaan, met name in verband met universiteiten en via de deelname aan hervormingsprocessen van gezondheidszorgsystemen, zoals het geval was met het Unified Health System in Brazilië.

Het is belangrijk te begrijpen dat ondanks de indrukwekkende culturele en natuurlijke rijkdom van Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, de economische en sociale uitdagingen de regio blijven definiëren. De toenemende ongelijkheid, de verergerende armoede, en de problemen van geweld en onveiligheid hebben diepgaande gevolgen voor de volksgezondheid. Terwijl de regio zich blijft ontwikkelen, moeten er robuuste en inclusieve systemen worden gecreëerd die zowel de meest kwetsbare bevolkingsgroepen ondersteunen als de structurele ongelijkheden aanpakken die de regio teisteren. Dit omvat een multidimensionale benadering van gezondheid die verder gaat dan enkel medische zorg en zich richt op bredere sociale, economische en culturele contexten.

Wat zijn de fundamentele waarden van huisartsgeneeskunde in Zuid-Azië?

Zuid-Azië, bestaande uit landen als India, Pakistan, Bangladesh, Nepal, Sri Lanka, Bhutan en de Maldiven, herbergt een van de grootste bevolkingsgroepen ter wereld, met meer dan twee miljard mensen. Ondanks de invloed van verstedelijking, leeft het merendeel van de bevolking nog steeds in landelijke gebieden. De gezondheidszorg in deze regio, met zijn diverse culturele en economische kenmerken, vereist een diepgaande benadering van huisartsgeneeskunde, die zich niet enkel richt op de medische behandeling, maar ook op de gemeenschappelijke waarden die de zorgdragers en -ontvangers verbinden.

Huisartsgeneeskunde, als een essentieel onderdeel van het gezondheidszorgsysteem, heeft in Zuid-Azië een specifieke ontwikkeling doorgemaakt die deels voortkomt uit de unieke behoeften van de regio. Het ontbreken van een formeel doorverwijzingssysteem voor huisartsen in de meeste landen betekent dat artsen met een basisopleiding (zoals de MBBS-graad) in de eerstelijnszorg werkzaam zijn, zonder specifieke opleiding in gezinsgeneeskunde. Ondanks deze beperkingen zijn er initiatieven vanuit academische en beroepsorganisaties die trachten deze kloof te overbruggen, met name door het bevorderen van nascholing en het integreren van familieartsen in de zorgstructuur. Deze ontwikkelingen weerspiegelen een groeiend inzicht in de waarde van gespecialiseerde zorg binnen de gemeenschappen.

De religieuze en culturele diversiteit van Zuid-Azië heeft eveneens invloed op de manier waarop familiegeneeskunde wordt beleefd. De regio is overwegend hindoeïstisch, islamitisch en boeddhistisch, en deze religieuze achtergronden spelen een cruciale rol in de zorgpraktijken en de verwachtingen van patiënten. Dit vereist een zorgmodel dat flexibel genoeg is om in te spelen op de uiteenlopende normen en waarden van de verschillende gemeenschappen, terwijl het tegelijkertijd universele gezondheidszorgprincipes respecteert.

Binnen deze context ligt de focus van familieartsen niet alleen op medische zorg, maar ook op het bevorderen van relaties binnen de gemeenschap, het versterken van preventieve zorg en het aanpakken van gezondheidsongelijkheid. De rol van de familiearts in Zuid-Azië wordt daarmee niet louter gedefinieerd door zijn medische kennis, maar ook door zijn vermogen om te verbinden, vertrouwen op te bouwen en zorg te bieden die zowel cultureel als sociaal relevant is.

De groeiende interesse in familiegeneeskunde in Zuid-Azië komt ook naar voren uit verschillende enquêtes en literatuuronderzoeken die proberen de fundamentele waarden van huisartsgeneeskunde te verkennen. Uit deze studies blijkt dat patiënten in de regio grote waarde hechten aan de toegankelijkheid van zorg, de persoonlijke benadering door de arts, en de betrokkenheid van de arts bij het sociaal-economische welzijn van de patiënt. In veel gevallen blijkt dat mensen in Zuid-Azië hun artsen als vertrouwenspersonen zien, een rol die verder gaat dan alleen het verlenen van medische zorg.

Patiënten in deze regio verwachten van hun artsen niet alleen deskundigheid, maar ook empathie, respect voor culturele en religieuze waarden, en een bereidheid om met hen samen te werken bij het nemen van gezondheidsbeslissingen. De zorg moet holistisch zijn en rekening houden met de unieke omstandigheden van het individu, wat aangeeft hoe belangrijk het is dat artsen zich aanpassen aan de culturele dynamiek van hun patiënten.

De opkomst van nieuwe technologieën in de gezondheidszorg, zoals telemedicine en digitale consulten, heeft ook zijn invloed op de manier waarop huisartsgeneeskunde in Zuid-Azië wordt waargenomen en uitgevoerd. Hoewel technologie voordelen biedt, zoals het vergroten van de toegankelijkheid tot zorg in afgelegen gebieden, roept het ook vragen op over de kwaliteit van de arts-patiëntrelatie en de mogelijkheid om een zorgmodel te behouden dat gebaseerd is op vertrouwen en persoonlijke interactie.

De waardering voor familieartsen in Zuid-Azië blijft echter beperkt, vooral gezien het feit dat er weinig differentiatie is tussen getrainde en ongetrainde huisartsen. Dit bemoeilijkt de erkenning van de waarde van de opleiding en de specialisatie die nodig is om deze rol effectief uit te voeren. De groei van het aantal goed opgeleide familieartsen biedt hoop voor de toekomst, maar de weg naar bredere erkenning en steun voor de huisartsgeneeskunde in deze regio blijft lang.

Belangrijk is ook dat de ontwikkeling van gezinsgeneeskunde in Zuid-Azië niet alleen afhankelijk is van de opleidingssystemen, maar ook van de bredere maatschappelijke en economische omstandigheden. De prevalentie van armoede, beperkte toegang tot zorg en een groeiende vergrijzing van de bevolking stellen gezondheidszorgsystemen voor enorme uitdagingen. Een van de belangrijkste kernwaarden in deze context is het bevorderen van gelijkheid in toegang tot zorg. De ongelijkheid in gezondheidszorg is in Zuid-Azië scherp zichtbaar, met de meeste middelen geconcentreerd in stedelijke gebieden, terwijl de meerderheid van de bevolking in landelijke gebieden woont. Dit vraagt om een strategie die de gezondheidszorgsystemen inclusiever maakt, door zowel rurale als stedelijke gemeenschappen effectief te bedienen.

Het is van groot belang dat zorgverleners in Zuid-Azië de fundamentele waarden van familiegeneeskunde blijven bevorderen en de verbinding met de gemeenschap behouden. Huisartsen spelen een cruciale rol in het verbeteren van de algehele gezondheid van een samenleving, niet alleen door ziekten te behandelen, maar ook door bij te dragen aan de preventie en het welzijn van hun patiënten. Essentieel hierbij is de voortdurende ontwikkeling van het onderwijs in gezinsgeneeskunde, de aanpassing aan de snel veranderende sociale en culturele realiteit en het verhogen van de erkenning van getrainde familieartsen als sleutelfiguren in de gezondheidszorg.

Hoe kan telezorg de gezondheidszorg veranderen en welke uitdagingen brengt het met zich mee?

Telezorg heeft het potentieel om de gezondheidszorg ingrijpend te transformeren door toegang tot zorg te vergroten, diagnoses op afstand te stellen en behandelingen te bieden via communicatietechnologieën. Dit opent nieuwe mogelijkheden voor patiënten, vooral voor diegenen die zich geografisch of sociaal buitengesloten voelen van reguliere zorgvoorzieningen. Door het gebruik van telecommunicatie kunnen artsen en patiënten in contact blijven zonder fysieke aanwezigheid, wat tijd en middelen bespaart en de efficiëntie van zorgverlening vergroot. Dit zorgt voor een dynamische verschuiving in hoe zorg wordt geleverd, waarbij de patiënt meer controle krijgt over hun zorgervaring.

Echter, de digitalisering van de zorg brengt niet alleen voordelen met zich mee. Er zijn aanzienlijke nadelen verbonden aan de afhankelijkheid van technologieën die niet altijd voor iedereen toegankelijk zijn. Niet alle patiënten hebben gelijke toegang tot deze technologieën, wat leidt tot een digitale kloof die gezondheidsongelijkheden vergroot. De technologie is niet universeel beschikbaar of betaalbaar, en dit kan de ongelijkheid in de zorg verder versterken, vooral voor kwetsbare groepen die mogelijk geen toegang hebben tot de benodigde apparaten of internetverbindingen.

Daarnaast zijn er zorgen over de beveiliging van gevoelige gegevens. Ondanks dat er platforms zijn die informatie veilig kunnen uitwisselen, blijven de risico’s op gegevensinbreuken bestaan. De betrouwbaarheid van technologieën kan problematisch zijn; als deze systemen uitvallen, kan het zorgsysteem kwetsbaar worden, met potentieel ernstige gevolgen voor de patiëntenzorg.

Het gebruik van digitale tools in de zorg, zoals algoritmes voor klinische besluitvorming, biedt voordelen door up-to-date advies te geven op basis van de laatste richtlijnen. Dit kan echter leiden tot een verarming van de zorg door complexe zorg voor chronische aandoeningen te reduceren tot een reeks gestandaardiseerde, ziektegerichte beslissingen. Deze aanpak kan de holistische benadering van zorgverlening ondermijnen, waarbij de specifieke behoeften, omstandigheden en voorkeuren van de patiënt niet voldoende worden meegewogen.

In dit kader is het essentieel dat we de rol van onderzoek in de eerstelijnszorg niet onderschatten. Familie-geneeskundeonderzoek is van fundamenteel belang, niet alleen voor de legitimiteit en opleiding in de lokale geneeskunde, maar ook voor de wereldwijde ontwikkeling van de discipline. Het richt zich op het verbeteren van de praktijken in de eerstelijnszorg en de uitkomsten voor patiënten door een breed scala aan gezondheidskwesties aan te pakken die individuen en gezinnen gedurende hun leven beïnvloeden. Onderzoek in de huisartsgeneeskunde is breed en omvat onder andere: de ecologie van de medische zorg, de oorzaken van gezondheidsverlies en -herstel, en de betekenis van medische kennis in de verschillende contexten van individuen en gemeenschappen.

Het is belangrijk dat familie-geneeskundeonderzoek altijd in de bredere context van de samenleving wordt geplaatst. Dit betekent dat de waarden die in onderzoek worden geïnvesteerd expliciet moeten worden erkend en voortdurend worden bevraagd. Onderzoekers moeten zich bewust zijn van hoe hun sociale, politieke en persoonlijke context hun wereldbeeld beïnvloedt, en hoe dit het onderzoek en de interpretatie van de resultaten beïnvloedt. Reflexiviteit is hierbij van groot belang: onderzoekers moeten niet alleen hun eigen vooroordelen en overtuigingen onder de loep nemen, maar ook hoe deze de bevindingen kunnen beïnvloeden.

Als onderzoek naar de eerstelijnszorg effectiever wil zijn, moet het ook relevant zijn voor de mensen in de gemeenschappen die het dient. Er is steeds meer aandacht voor onderzoek dat direct toepasbaar is en rekening houdt met de levenscontext van de patiënten. Co-design benaderingen, waarbij gemeenschapspartners en zorgverleners samen onderzoeksvragen formuleren en deze gezamenlijk beantwoorden, zijn cruciaal voor het creëren van interventies die cultureel passend en gericht zijn op de specifieke behoeften van een populatie.

In dit proces speelt interdisciplinariteit een steeds grotere rol. Onderzoekers uit verschillende vakgebieden, waaronder sociale zorg, psychologie, en andere vormen van eerstelijnszorg, werken samen om te zorgen voor een alomvattende benadering die de diversiteit van perspectieven, waarden en vooroordelen erkent. Een voorbeeld hiervan is het International Classification System for Primary Care (ICPC) van WONCA, dat artsen in staat stelt om gegevens over patiënten en hun zorgreis te coderen. Dit biedt waardevolle inzichten in de effectiviteit van zorg over langere periodes en maakt het mogelijk om zorg continu te monitoren en aan te passen waar nodig.

In deze dynamiek is het ook belangrijk dat kennisoverdracht, wanneer een interventie wordt geïmplementeerd, steeds weer kritisch wordt geëvalueerd. Dit helpt bij het identificeren van de betekenis en implicaties van onderzoek voor de dagelijkse praktijk en zorgt ervoor dat interventies effectief blijven en inspelen op de werkelijke behoeften van patiënten. In sommige landen is er een groeiende kloof tussen academische eenheden van de huisartsgeneeskunde aan universiteiten en de klinische praktijk op de werkvloer. Het is van essentieel belang dat de onderzoeksvragen die door deze eenheden worden beantwoord, relevant en toepasbaar zijn in de gemeenschappen die ze bedienen.

De diversiteit aan waarden, culturen en praktijken binnen familie-geneeskunde over de wereld biedt een rijke bron voor het versterken van de zorgpraktijken. Binnen deze diversiteit is het cruciaal om een gemeenschappelijke identiteit te ontwikkelen die de erkenning van de kernwaarden van de familie-geneeskunde bevordert. Hoewel regionale verschillen in benaderingen en opleidingen bestaan, kunnen deze verschillen ons verrijken en niet belemmeren. Het erkennen van de waarde van deze diversiteit kan leiden tot innovatieve en op maat gemaakte benaderingen die de effectiviteit van de zorg verbeteren en de patiënten centraal stellen in de zorgverlening.