De gebeurtenissen rondom de aankondiging van de speciale onderzoekscommissie door Robert Mueller en de eerste publieke getuigenissen van voormalig FBI-directeur James Comey stelden niet alleen de richting van het onderzoek, maar ook de houding van de wetgevers in de Senaat en het Congres tegenover Donald Trump en zijn administratieve beslissingen ter discussie. Terwijl het onderzoek door Mueller zich ontvouwde en de Senaat zich begon te mengen in de debatten over Rusland en de inmenging in de verkiezingen, leek de sfeer rondom de president nog steeds geladen met onduidelijkheid en ongemak. In juni 2017, na Comey’s gedetailleerde getuigenis, werd de politieke situatie merkbaar ingewikkelder.

Trump, die op dat moment op buitenlandse reizen was, zoals naar Saoedi-Arabië en Israël, werd geconfronteerd met geruchten over zijn pogingen om de federale onderzoeken naar mogelijke banden tussen zijn campagne en Rusland te stoppen. Het werd bekend dat hij afzonderlijk had gebeld met Dan Coats, directeur van de nationale inlichtingendienst, en Michael Rogers, het hoofd van de Nationale Veiligheidsdienst, met de vraag of ze invloed konden uitoefenen op de FBI om het onderzoek te beëindigen. Dit gedrag werd door velen als een duidelijk geval van obstructie van justitie geïnterpreteerd, en de parallellen met de Watergate-affaire waren onmiskenbaar. In dat geval vroeg Richard Nixon de CIA om het onderzoek naar de inbraak in het Democratische Nationale Comité te stoppen. Deze acties van Trump zouden echter geen onmiddellijke reactie oproepen van de Republikeinen in de Senaat.

De Senaat zelf leek zich aanvankelijk te richten op andere kwesties, maar na de getuigenis van Comey, waarin hij vijf incidenten beschreef waarbij Trump hem om "loyaliteit" vroeg en hem onder druk zette om de zaak van Michael Flynn te laten vallen, leek de politieke balans te verschuiven. Komey's beschrijving van de onwaarheden die Trump over de FBI verspreidde, evenals de gedetailleerde aantekeningen die Comey bijhield van zijn gesprekken met de president, gaven de Senaat voldoende bewijs om de zaak serieus te nemen. Comey had zijn aantekeningen gedeeld met Mueller, wat aangaf dat er mogelijk een obstructieonderzoek tegen Trump aan de gang was.

Terwijl de Senaat overging tot het goedkeuren van strengere sancties tegen Rusland, waarbij het Congres het presidentschap beperkte in de mogelijkheid om deze te verzwakken zonder goedkeuring van de wetgevers, leek de Republikeinse Partij het politieke momentum te hebben om Trump te controleren. De bredere politieke discussie ging verder over de rol van de Senaat en de mogelijke impact van de onderzoeken van Mueller en andere wetgevers. Het was duidelijk dat de Republikeinen, hoewel verdeeld, zich in toenemende mate ongemakkelijk voelden met de president, vooral gezien de publieke onthullingen over de relaties tussen Trump en Rusland.

De stap van de Senaat om sancties tegen Rusland te versterken, ondanks Trumps tegenstand, was een opmerkelijke ontwikkeling. Dit was een breuk met de traditionele rol van de uitvoerende macht, die normaal gesproken vrij was om beslissingen over sancties zelfstandig te nemen. De situatie toonde aan hoe diep de politieke verdeeldheid was en hoe de wetgevers, met name in de Senaat, de noodzaak voelden om zich te verzetten tegen Trump’s standpunten over Rusland en de buitenlandse politiek.

Tegelijkertijd was er binnen de Republikeinse Partij een innerlijke strijd gaande. Hoewel sommige leden zich staande hielden door zich uit te spreken tegen Trump, konden anderen de realiteit van zijn politiek niet ontkennen. Bijvoorbeeld, de invloed van de zakenwereld, die profiteerde van Trump’s deregulering en belastinghervormingen, en de steun van sommige Republikeinse senatoren voor Trumps beleid, lieten zien dat er een pragmatisch element was in de politieke benadering van Trump door de partij. Het idee dat de traditionele Republikeinse beleidsmaatregelen onder zijn regering werden voortgezet, gaf ruimte voor een subtiele verzoening tussen de president en zijn partijleden.

Toch was er een groep Republikeinen, zoals senator Jeff Flake, die ondanks het politieke gewin van Trump zijn morele bezwaren niet kon negeren. Flake, een fervent voorstander van het traditionele conservatisme van Barry Goldwater, bleef zich uitspreken tegen Trump’s gedrag en politieke koers. Dit morele conflict binnen de Republikeinse partij zou uiteindelijk van invloed blijken op de politieke dynamiek van de komende jaren.

De spanning tussen Trump’s politiek en de Republiek van de Senaat, en de manier waarop de partij zich aanpaste aan zijn controversiële gedrag, werpt een interessant licht op de invloed van individuele overtuigingen tegenover de pragmatische politieke werkelijkheid. Terwijl de wetgevende macht haar controle over de president uitoefende, leek het even waarschijnlijk dat de institutionele werking van de Senaat de president zou helpen zijn doelen te bereiken, zolang deze zich binnen de grenzen van het politieke systeem bewoog.

Het is belangrijk te begrijpen dat, terwijl de onderzoeken en sancties richting Rusland zich ontvouwden, er niet slechts sprake was van een extern conflict tussen landen, maar van een diepe interne strijd binnen de Amerikaanse politieke infrastructuur. De voortdurende controverse rondom Trump’s relaties met Rusland zou de toon zetten voor de komende jaren van zijn presidentschap. Dit zou de dynamiek in de Senaat beïnvloeden en tegelijkertijd de bredere strategie van de Republikeinen in de politiek herdefiniëren. Het is onmiskenbaar dat, zelfs met de scherpe verdeeldheid, de confrontatie met Trump niet alleen politiek was, maar ook een strijd voor de identiteit van de Amerikaanse politiek zelf.

Hoe de Amerikaanse Senaat de Kavanaugh-bevestiging Behandelde: Een Misplaatste Strategie en Politieke Onmacht

In 2018 koos Dianne Feinstein ervoor zich opnieuw verkiesbaar te stellen voor een vijfde termijn in de Amerikaanse Senaat. Haar leiderschap was echter niet voldoende om de Democraten te leiden in de cruciale strijd om de bevestiging van Brett Kavanaugh als rechter van het Amerikaanse Hooggerechtshof. Ondanks haar ervaring en status binnen de Senaat, was Feinstein niet in staat de nodige coördinatie en strategie te bieden die vereist was voor zo'n gepolariseerde strijd. De Democraten, hoewel krachtig vertegenwoordigd door een aantal ervaren juristen, waaronder Pat Leahy, Dick Durbin, Kamala Harris en Amy Klobuchar, waren niet in staat hun vragen effectief af te stemmen. De frustratie van de partijleden was evident, maar hun onvermogen om zich te organiseren maakte het voor hen onmogelijk om effectief tegen de benoeming van Kavanaugh op te treden.

De politieke dynamiek van de Senaat was destijds gebrekkig. Ondanks de historische rol die de Senaat ooit speelde in het vasthouden van vertrouwen en het doorvoeren van beslissende wetgeving, zoals de goedkeuring van de Civil Rights Act van 1964 en de Panama Canal verdragen, had de Senaat de laatste decennia dat vertrouwen verloren. De bevestiging van Clarence Thomas in 1991 en de controversiële besluitvorming rondom de Irakoorlog in 2002 droegen bij aan dit verlies van geloofwaardigheid. Nu, in de tijd van de Kavanaugh-hoorzittingen, was de Senaat niet alleen verdeeld, maar leek deze ook incapabel om zichzelf te herpakken te midden van de politieke chaos die de benoeming van Kavanaugh met zich meebracht.

De hoorzittingen over Kavanaugh’s benoeming begonnen met chaos. Al vroeg in het proces werd Kamala Harris het gesprek van de dag toen zij het openingsstatement van de voorzitter, Chuck Grassley, onderbrak om haar zorgen over de documentenbehandeling te uiten. Deze verstoring van de orde leidde tot een verdere escalatie van de situatie, waarbij zes andere Democratische senatoren onmiddellijk volgden. Het was duidelijk dat de Democraten niet langer in staat waren om de controle te houden. De senator Leahy, met meer dan tien jaar ervaring als voorzitter van de juridische commissie, uitte zijn zorgen over de gebrekkige transparantie van de Kavanaugh-bevestiging en stelde dat de procedure allesbehalve normaal was. Het antwoord van de Republikeinen was echter typisch: zij beschuldigden de Democraten van onenigheid en chaos, en noemden hun acties 'een schandvlek op de rechtsstaat'.

Ondanks de verhitte debatten en protesten van het publiek, waaronder vrouwen gekleed in "Handmaid's Tale"-outfits die de hoorzittingen bijwoonden, was de Republikeinse strategie duidelijk: hun doel was Kavanaugh bevestigd krijgen, ongeacht de chaos die het proces omringde. Brett Kavanaugh zelf bleef kalm, goed voorbereid en gemanipuleerd door de systematiek van het politieke spel. Zijn bevestiging was een kwestie van wachten op de stemmen van de Republikeinen, waarvan Mitch McConnell ongetwijfeld in staat was om de partij bijeen te houden voor de benodigde meerderheid.

Maar het verhaal van de hoorzittingen nam een onverwachte wending toen Christine Blasey Ford, een hoogleraar psychologie, zich meldde met beschuldigingen van seksuele aanranding tegen Kavanaugh uit hun tienerjaren. Ford, die haar verhaal met zorg en aarzeling deelde, wist niet dat haar onthullingen de dynamiek van de hoorzittingen volledig zouden veranderen. Na een vertraagde reactie van Feinstein, die pas na bijna twee weken actie ondernam, kreeg Ford de kans om haar beschuldigingen openbaar te maken, maar het werd duidelijk dat de Democraten hun strategie niet hadden voorbereid op deze onverwachte wending. De aanklacht tegen Kavanaugh bracht nieuwe dimensies van onzekerheid en verdeeldheid naar de hoorzittingen, maar zelfs deze persoonlijke tragedie veranderde de politieke machtsverhoudingen niet direct.

Het gebrek aan daadkracht van de Democraten bleek hun grootste zwakte te zijn. Terwijl de Republikeinen vastberaden waren om de benoeming door te drukken, werd de reactie van de Democraten gekarakteriseerd door een gebrek aan coherente strategie. In plaats van het proces te boycotten of een stevige tegenbeweging te creëren, bleven de Democraten zich vastklampen aan een strategie van protesten en onenigheid zonder de nodige politieke soliditeit. De Senaat, die ooit de plek was waar politieke compromissen werden gesloten, was volledig verlamd door de diepe verdeeldheid.

Het is belangrijk te begrijpen dat de dynamiek binnen de Senaat tijdens de Kavanaugh-hoorzittingen niet alleen een afspiegeling was van de politieke verdeeldheid van dat moment, maar ook van een dieper liggende crisis in het Amerikaanse politieke systeem. De Senaat was niet in staat om effectief op te treden door haar eigen interne gebreken en de oplopende polarisatie in het land. Wat zou moeten hebben geleid tot een degelijke en zorgvuldig overgeleide bevestiging, werd een symbool van de politieke onmacht die de Amerikaanse democratie op dat moment kenmerkte. In plaats van te vertrouwen op de instituties en op samenwerking, zag de wereld hoe persoonlijke en partijpolitieke belangen de overhand kregen, wat het vertrouwen in de hele democratische structuur ondermijnde.

Waarom het impeachment van Donald Trump niet het juiste proces was

De impeachment van Donald Trump was een van de meest controversiële politieke gebeurtenissen in de moderne Amerikaanse geschiedenis. Het politieke landschap was diep verdeeld, en de procedure zelf leidde tot een verhitte discussie over de constitutionele en morele verplichtingen van de Amerikaanse Senaat. Het mislukken van de poging om getuigen te horen in de rechtszaak, met name de voormalige nationale veiligheidsadviseur John Bolton, werd door veel critici gezien als een mislukking van de democratische processen. Maar wat werkelijk de kern van deze situatie blootlegt, is het grote verschil tussen politieke retoriek en constitutionele verantwoordelijkheid.

De Republikeinen, onder leiding van Mitch McConnell, waren vastbesloten om het impeachmentproces te laten falen, ongeacht de kracht van de bewijzen die door de Democraten werden gepresenteerd. Ondanks het feit dat er aanzienlijke aantijgingen waren tegen Trump — zoals zijn poging om de Oekraïense president, Volodymyr Zelensky, onder druk te zetten om politieke rivalen te onderzoeken in ruil voor militaire hulp — bleef een meerderheid van de Republikeinen zich verzetten tegen een veroordeling. Dit stelde de Senaat voor een fundamentele vraag: was het impeachment een politiek proces, of was het een constitutionele procedure die de democratie moest beschermen?

De focus op de weigering om getuigen te horen, en met name de weigering om Bolton op te roepen, illustreerde het politieke spel dat aan de gang was. De Republikeinen stonden op het standpunt dat als Bolton werd opgeroepen, dit zou leiden tot de oproep van andere getuigen, zoals Joe Biden en zijn zoon Hunter Biden, wat de zaak verder zou vertragen. In plaats van het proces uit te breiden, wilden ze het snel afronden. De Democraten hadden vier Republikeinse stemmen nodig om door te breken, maar de Republikeinen sloten zich vast aan bij de belangen van hun partij en hun politieke toekomst. Dit leverde een duidelijk signaal op: zelfs in de aanwezigheid van substantiële bewijzen, bleef de politieke loyaliteit aan de president onwrikbaar.

Senator Lamar Alexander, een van de belangrijkste figuren in het proces, legde uit dat hoewel het gedrag van Trump "ongepast" was, de Constitutionele bepalingen geen ruimte boden voor de Senaat om de president uit zijn ambt te verwijderen, vooral niet op basis van wat hij beschouwde als een "partijdige" impeachment. Zijn redenering was dat een impeachment het land verder zou verdelen, en dat het een gevaarlijk precedent zou scheppen voor de toekomst. Dit idee dat het proces zelf de staatsstructuur zou kunnen ondermijnen, kwam voort uit een specifieke interpretatie van de Grondwet, waarin de oprichters van de Verenigde Staten zich uitspraken tegen een politiek gemotiveerd impeachment. Maar was het inderdaad een politiek gemotiveerd proces? Of was het een poging om te voorkomen dat de president verder zou gaan met het misbruiken van zijn macht voor persoonlijk gewin?

De weigering van de Senaat om de feiten serieus te nemen en getuigen te horen, creëerde de schijn van een "schijnproces", zoals de Democraten het noemden. Het was echter niet de afwezigheid van getuigen die het proces deed falen. Het falen lag in de hardnekkige weigering van de Republikeinse meerderheid om de vraag te stellen of de president inderdaad schuldig was aan een ernstig misbruik van macht. De Republikeinen waren meer gefocust op de politieke gevolgen van hun stemgedrag dan op de constitutionele en ethische verplichtingen die hun positie vereisten.

Dit alles roept een cruciaal punt op over de aard van impeachment in de Verenigde Staten. Het impeachmentproces zou niet alleen moeten dienen om politieke tegenstanders uit te schakelen, maar het zou een mechanism moeten zijn om de macht van de president te controleren en te beperken wanneer deze misbruik maakt van zijn functie. Het is een belangrijk instrument voor de bescherming van de democratie, en het zou niet afhankelijk moeten zijn van politieke voorkeuren of partijloyaliteit.

De afwezigheid van politieke onafhankelijkheid in het impeachmentproces van Trump was een waarschuwing voor de toekomst. Het stelde vragen over de rol van politieke loyaliteit in de besluitvorming van de Senaat. Als een proces bedoeld is om de president verantwoordelijk te houden, mag het niet worden verlamd door partijpolitieke belangen. Dit zou kunnen leiden tot een situatie waarin de president boven de wet staat, zolang hij de steun van zijn partij behoudt.

Het impeachmentproces bracht de diepe kloof naar voren die al bestaat in de Amerikaanse politiek, waarbij de belangen van politieke partijen vaak zwaarder wegen dan het naleven van de grondwet en de principes van rechtvaardigheid. Dit is niet alleen een crisis voor de Amerikaanse democratie, maar het zet ook de wereld op scherp over de werking van checks and balances in een tijd van politieke polarisatie.

Hoe Mitch McConnell de Amerikaanse Politiek Vormde: De Onzichtbare Hand Achter Trumps Onwrikbare Macht

Mitch McConnell heeft zijn stempel gedrukt op de Amerikaanse politiek als niemand anders. Gedurende zijn carrière als Republikeins leider in de Senaat heeft hij zich gepositioneerd als de ultieme architect achter de rechtse transformatie van het Amerikaanse rechtssysteem, vooral door het te vullen met conservatieve rechters die zijn politieke visie weerspiegelen. Na de overwinning van Donald Trump in 2016, zag McConnell zijn invloed groeien, niet alleen door de politieke strategische zet van het blokkeren van president Obama’s rechterlijke benoemingen, maar ook door een doelbewuste verschuiving in de rechterlijke macht van het land. Ondanks het schijnbare morele vacuüm waarin hij opereerde, heeft McConnell nooit een twijfel gevoeld over zijn koers. Het resultaat van zijn aanpak was een fundament voor de politieke erfenis die hij achterliet: de solide dominantie van de Republikeinen over de federale rechtbanken.

McConnell toonde keer op keer dat hij bereid was zich te concentreren op de politiek van de korte termijn, waarbij principes vaak op de achtergrond kwamen. In 2020, toen de verkiezingen zich aftekenden en Trump zijn verlies niet wilde accepteren, stelde McConnell zich op als de stille kracht die geen standpunt innam tegen Trumps volhardende claims van verkiezingsfraude. Hij dacht dat Trump uiteindelijk zijn verlies zou erkennen en dat de verkiezingen volgens het voorgeschreven pad zouden verlopen, maar zijn inschattingen waren fout. Door zijn stilte en afwezigheid van actie, stelde McConnell de Republikeinen bloot aan Trumps onmiskenbare invloed. Zijn falen om het recht te doen, zelfs toen de gelegenheid zich voordeed, door Trump te veroordelen na de gebeurtenissen op 6 januari 2021, was niet alleen een politieke misrekening, maar een symbolische bevestiging van de machtsdynamiek die door McConnell zelf mede was opgebouwd.

McConnell's invloed reikte verder dan alleen de rechtspraak en het politieke landschap. Zijn strategieën als leider van de Republikeinen waren vaak ongekend. Terwijl hij zijn partij veilig stelde in het belang van het behoud van macht, werd zijn persoonlijke imago in de politiek gecorrumpeerd door zijn onwil om af te wijken van de politieke agenda van Trump, ondanks het feit dat de breuk met de democratie en de verwarring die door Trumps retoriek werd gezaaid, steeds duidelijker werd. Het drama van het impeachment, waar McConnell in feite het lot van Trump beslechtte, was een treffend voorbeeld van zijn bereidheid om persoonlijke principes opzij te zetten voor politieke voordelen.

Zijn beslissing om de verkiezing van 2020 niet openlijk te bevestigen, ondanks het overweldigende bewijs voor de rechtmatigheid van de uitslag, maakte duidelijk hoe ver McConnell bereid was te gaan in zijn verlangen om de Republikeinse macht te behouden. Dit standpunt maakte hem tot een figuur die, hoewel door velen gerespecteerd om zijn politieke berekeningen, werd gezien als een symbool van de cynische politiek die de fundamenten van de Amerikaanse democratie in gevaar bracht.

Wat McConnell werkelijk miste, was het vermogen om boven de politiek van de dag uit te stijgen, om het "juiste" te doen, zoals Mark Twain ooit zei: "Doe het juiste, het zal sommige mensen behagen en de rest versteld doen staan." McConnell koos echter steevast voor de politiek van de pragmatiek en macht, zonder oog voor de bredere ethische implicaties van zijn keuzes. Dit heeft niet alleen de Republikeinse partij in een dilemma geplaatst, maar ook het politieke klimaat van de Verenigde Staten drastisch veranderd.

De rol van McConnell in de politiek benadrukt een belangrijk punt over de Amerikaanse politieke structuren: machtsstructuren kunnen even belangrijk zijn als de politieke figuren zelf. McConnell, als politieke krachtpatser, manipuleerde voortdurend de machtsbalans, maar gaf weinig ruimte voor de principes die de basis vormen voor een gezonde democratie. Het is belangrijk voor de lezer te begrijpen dat de kracht van een individu in de politiek niet alleen voortkomt uit publieke steun, maar uit het vermogen om de structuur zelf te beïnvloeden, zoals McConnell heeft gedaan.

De geschiedenis zal hem waarschijnlijk herinneren als een van de invloedrijkste politici van zijn tijd, maar zijn nalatenschap roept de vraag op: tegen welke prijs? Het lijkt erop dat de politiek van de 21ste eeuw, gedreven door kracht en zelfbehoud, de idealen van de Amerikaanse democratie steeds verder uit het oog verloren heeft.

Hoe de politieke strijd in de VS de toekomst van de democratie vormgeeft

De politieke sfeer in de Verenigde Staten wordt gekarakteriseerd door een intensieve strijd om macht, waarbij figuren zoals Mitch McConnell, Donald Trump en Joe Biden centraal staan. Dit conflict heeft niet alleen invloed op de interne politiek, maar ook op de wereldorde en de fundamenten van de democratie zelf. Het is belangrijk te begrijpen dat het politieke landschap van de VS geen statisch gegeven is; het verandert voortdurend door de acties van invloedrijke politieke leiders, de publieke opinie, en vooral door de werking van het Amerikaanse politieke systeem, waarin het Congres, de Senaat en het Witte Huis altijd met elkaar in de clinch liggen.

De invloed van figuren zoals McConnell en Trump op de politiek is groot, maar niet zonder gevolgen voor de stabiliteit van het systeem. McConnell’s vermogen om de agenda in de Senaat te domineren, zelfs in tijden van verdeeldheid, en Trump’s vaak polariserende retoriek, hebben bijgedragen aan een verslechtering van de politieke samenwerking. Het idee van bipartisanship lijkt verder weg dan ooit, met steeds meer partijen die zich opsplitsen in ideologische kampen die weinig ruimte laten voor wederzijds begrip of compromissen.

Een van de belangrijkste kwesties die de democratie van de VS bedreigen, is de manier waarop belangrijke verkiezingen worden gepolitiseerd. De aanscherping van de kieswetten, bijvoorbeeld, wordt vaak gepresenteerd als een manier om verkiezingen eerlijker te maken, maar in werkelijkheid heeft het de potentie om juist bepaalde bevolkingsgroepen uit te sluiten. Dit probleem werd sterk benadrukt in de nasleep van de verkiezingen van 2020, toen de zogenaamde "big lie" over verkiezingsfraude leidde tot de storming van het Capitool op 6 januari 2021. Deze gebeurtenis markeert niet alleen een breuk in het politieke klimaat, maar ook een directe aanval op het democratische proces zelf.

Er is een groeiende bezorgdheid over de rol van desinformatie in de Amerikaanse politiek. Politici en mediafiguren gebruiken vaak misleidende of valse informatie om de publieke opinie te sturen. Dit heeft geleid tot een situatie waarin het vertrouwen van de bevolking in de politieke instituties verder afneemt. Het is belangrijk om te begrijpen dat deze informatieoorlogen niet alleen de publieke perceptie beïnvloeden, maar ook het politieke proces zelf kunnen ondermijnen.

Daarnaast speelt de controle over het Amerikaanse gerechtelijk systeem een cruciale rol. De benoeming van rechters door de president, en de confirmatie van deze benoemingen door de Senaat, hebben geleid tot een politisering van het rechtssysteem. De bevestiging van Brett Kavanaugh in 2018 was een voorbeeld van hoe deze procedures steeds meer gepolariseerd raken. Wat ooit een proces was van objectieve beoordeling, wordt nu steeds meer gezien als een partijdige strijd, met als gevolg een gebrek aan vertrouwen in de onafhankelijkheid van het rechtssysteem.

Het politieke stelsel van de Verenigde Staten staat dus onder druk, niet alleen door de verharding van politieke ideologieën, maar ook door de manier waarop democratische processen, zoals vrije en eerlijke verkiezingen, worden ondermijnd. De toegenomen polarisatie is niet alleen een politieke uitdaging, maar heeft ook gevolgen voor de sociale cohesie en de toekomst van de Amerikaanse democratie.

Wat van cruciaal belang is om te begrijpen, is dat deze politieke strijd niet alleen plaatsvindt in de politieke arena, maar ook diep doordringt in de samenleving. De manieren waarop politieke figuren zoals McConnell en Trump de politieke cultuur beïnvloeden, de rol van de media in het versterken van polarisatie, en de manipulatie van kiesprocessen, dragen allemaal bij aan een fundament waarop de toekomst van de democratie zelf wankelt. Het is aan de burgers om niet alleen kritisch naar de politiek te kijken, maar ook actief deel te nemen aan het versterken van de democratische waarden die ooit als vanzelfsprekend werden beschouwd.