Het proces van prototyping is een essentieel onderdeel van ontwerp en innovatie. De overgang van een papieren prototype naar een fysiek model kan complex zijn, maar dankzij technologieën zoals CAD (Computer-Aided Design) en 3D-printen is deze stap nu toegankelijker dan ooit. Deze technologieën bieden ontwerpers een breed scala aan mogelijkheden, van het visualiseren van concepten tot het testen van gebruikerservaringen. In dit hoofdstuk verkennen we de verschillende manieren waarop CAD en 3D-printen het prototypingproces kunnen ondersteunen.

CAD-programma’s zijn ideaal voor het omzetten van een eenvoudig prototype naar een digitaal 3D-model. Voor beginners is het gebruik van software zoals Adobe Photoshop en Illustrator een goede startpunt. Deze programma’s, onderdeel van de Adobe Creative Cloud Suite, stellen ontwerpers in staat om een prototype te tekenen of zelfs een logo te modelleren. Hoewel de leercurve steil kan zijn, biedt YouTube tal van zelfstudies die het leerproces versnellen. Het tekenen van je prototype in een CAD-programma is een uitstekende manier om je ideeën te digitaliseren, maar het is belangrijk om de basisprincipes van digitale illustraties en ontwerpen te begrijpen voordat je verdergaat.

Naast de meer traditionele CAD-tools is er de mogelijkheid om mobiele applicaties te ontwerpen zonder dat er enige programmeerkennis nodig is. In de app-ontwikkelingswereld wordt vaak gedacht dat alleen mensen met programmeervaardigheden apps kunnen bouwen. Dit is echter een misverstand. Veel van de beste apps ter wereld worden ontwikkeld door teams van mensen met verschillende expertise, waarbij design en gebruikerservaring even belangrijk zijn als coderen. Er zijn nu verschillende tools zoals Marvel, JUSTINMIND, en Figma die het gemakkelijker maken voor niet-programmeurs om app-prototypes te maken. Deze tools stellen je in staat om de visuele en navigatiekenmerken van je app te testen, zonder dat er daadwerkelijk code geschreven hoeft te worden. Adobe XD, een ander hulpmiddel uit de Adobe Creative Suite, is eveneens zeer geschikt voor digitale wireframing en het ontwerpen van gebruikerservaringen, vooral bij mobiele apps. Het testen van je app-idee kan eenvoudig worden gedaan door een ‘nep-app’ te installeren op een smartphone en gebruikers te vragen de interface en functionaliteiten te navigeren. Dit kan waardevolle feedback opleveren voordat je de daadwerkelijke codering aanpakt.

De opkomst van 'no-code' tools heeft de manier waarop apps worden ontwikkeld fundamenteel veranderd. Programma’s zoals Microsoft Excel, oorspronkelijk gelanceerd in 1985, worden al decennialang gebruikt om oplossingen te creëren zonder code te schrijven. Vandaag de dag zijn er veel meer geavanceerde no-code platforms beschikbaar die niet alleen apps, maar ook websites en zelfs geautomatiseerde processen mogelijk maken. Een van de belangrijkste voordelen van deze software is de snelheid en het gebruiksgemak, wat voor veel ontwerpers de drempel verlaagt om nieuwe digitale producten te creëren. De COVID-19-pandemie in 2020 heeft deze trend nog versneld, doordat veel mensen gedwongen werden thuis te werken en de behoefte aan digitale oplossingen snel toenam.

Naast de digitale benadering van prototyping biedt 3D-printen een uitstekende manier om fysieke prototypes te maken. 3D-printen houdt in dat een object laag voor laag wordt opgebouwd op basis van een digitaal model. Dit proces wordt steeds gebruiksvriendelijker, zelfs voor beginners. Websites zoals Thingiverse bieden een enorme bibliotheek van 3D-modellen die je kunt aanpassen voor je eigen prototypes. Platforms zoals Tinkercad zijn perfect voor mensen die net beginnen met 3D-modelleren. Tinkercad biedt een intuïtieve, gebruiksvriendelijke interface die het gemakkelijk maakt om de basisprincipes van 3D-ontwerpen te begrijpen.

Een belangrijk aspect van 3D-printen is dat je moet zorgen dat het bestand in het juiste formaat wordt geëxporteerd, zoals STL, OBJ of GLTF, zodat het correct kan worden gebruikt door de 3D-printer. Bij het kiezen van een printer is het belangrijk om te weten welke materialen de printer ondersteunt. Veel 3D-printers gebruiken PLA (polylactic acid), een bioplastische filament die ideaal is voor eenvoudige prototypes. Andere materialen zoals ABS, PET en TPE hebben elk hun eigen voor- en nadelen afhankelijk van de toepassing. Zo is PLA gemakkelijk te printen, maar kan het breken onder druk, terwijl ABS bekend staat om zijn duurzaamheid, maar moeilijker te printen is.

3D-printen is niet zonder uitdagingen, maar de voordelen zijn duidelijk. Het stelt ontwerpers in staat om snel fysieke versies van hun ideeën te maken, die vervolgens kunnen worden getest en verfijnd. Als de printer een onderdeel niet goed print, kan dit aanwijzingen geven over wat er aan het ontwerp moet worden aangepast. Het proces van iteratief verbeteren is een van de krachtigste aspecten van 3D-printen.

Voor de meeste ontwerpers is de toegang tot een 3D-printer een belangrijke overweging. Er zijn steeds meer betaalbare opties op de markt, maar je kunt ook gebruik maken van online printservices zoals Shapeways. Deze services bieden de mogelijkheid om je 3D-bestand te uploaden en je prototype op locatie te laten printen en naar je toe te sturen.

Bij het kiezen van de juiste technologie voor prototyping is het belangrijk om zowel je vaardigheden als de complexiteit van het project in overweging te nemen. De combinatie van CAD-ontwerpen en 3D-printen biedt ontwerpers een krachtige toolkit om hun ideeën te visualiseren, testen en verder ontwikkelen. Het vergemakkelijkt het proces van experimenteren met vormen en functies, wat essentieel is voor innovatie.

Hoe simpel moet simpel zijn? Het belang van context en emoties in productontwerpen

In het ontwerpen van producten moet er altijd een balans zijn tussen eenvoud en functionaliteit. Vaak denken we dat eenvoud gelijkstaat aan het weglaten van elementen, maar eenvoud in ontwerp gaat verder dan dat. Het draait om het begrijpen van de context waarin een product wordt gebruikt en het beïnvloeden van de emoties van de gebruiker. Dit kan zelfs betekenen dat er complexiteit wordt toegevoegd, mits dit de algehele gebruikerservaring ten goede komt.

Neem bijvoorbeeld de situatie waarin iemand onderweg is naar zijn werk en besluit om een milkshake te kopen. Het product zelf mag niet te dik zijn, want anders wordt het moeilijk om te drinken tijdens het rijden, en het kan onsmakelijk aanvoelen. Tegelijkertijd is het belangrijk om de emoties van de gebruiker in overweging te nemen. De gebruiker is waarschijnlijk op weg naar zijn werk, wat gepaard gaat met een zekere mate van verveling en stress. Hoe kan het product die emoties beïnvloeden? Hoe kan de ervaring aangenamer worden gemaakt?

Een milkshake drinken tijdens het pendelen naar het werk is vaak een dagelijkse routine. Wat als we deze routine aangenamer kunnen maken door een aantal kleine aanpassingen in de gebruikerservaring? Kan er bijvoorbeeld een motivatiequote op de beker staan die de gebruiker energie geeft voor de dag? Of kunnen we het bestellen via een app sneller maken, zodat de gebruiker niet in de rij hoeft te staan? Kan het programma voor loyale klanten aangepast worden om de ervaring persoonlijker en sneller te maken? Dit zijn slechts enkele van de ideeën die het mogelijk maken om de gebruikerservaring in deze specifieke context te verbeteren.

Wat we hier leren, is dat eenvoud niet altijd betekent dat alles weg moet worden gelaten. Het betekent het elimineren van alles wat niet bijdraagt aan de ervaring, maar wel het behouden van wat daadwerkelijk van waarde is. Dit kan ons helpen de beleving van de gebruiker te verbeteren, zonder onnodige complexiteit toe te voegen.

Wanneer we een product ontwerpen, moeten we ook rekening houden met de verschillende niveaus van gebruikersreacties. Er is de eerste indruk, waarbij de gebruiker het product voor het eerst ziet, de gedragsreactie, en de reflectieve reactie, wanneer de gebruiker terugdenkt aan de ervaring. Deze verschillende niveaus kunnen ons helpen bij het identificeren van onnodige details die we kunnen weglaten, evenals het ontdekken van plekken waar we de complexiteit kunnen verbergen zonder afbreuk te doen aan de ervaring.

De context is essentieel. In het geval van de milkshake, kan de context van pendelen naar het werk een belangrijke rol spelen in de manier waarop het product wordt ervaren. De gebruiker heeft waarschijnlijk beperkte tijd, is mogelijk gehaast, en heeft weinig geduld voor ingewikkelde of onpraktische producten. Door het product eenvoudig en snel toegankelijk te maken, kunnen we ervoor zorgen dat het aansluiten bij de dagelijkse routine van de gebruiker zowel efficiënt als aangenaam is. Dit is een voorbeeld van hoe we de complexiteit van een product kunnen verbergen zonder de eenvoud van de ervaring te verliezen.

Een ander belangrijk aspect is de emotie van de gebruiker. Bij het pendelen naar het werk kunnen gevoelens van verveling, stress of zelfs angst spelen. Hoe kunnen we deze emoties verzachten? Hoe kunnen we positieve gevoelens versterken? Misschien kan een humoristische quote op de beker de gebruiker een glimlach bezorgen, of kan het product een zekere ontspanning bieden tijdens de rit. Het gaat erom te begrijpen wat de gebruiker voelt en hoe we het product kunnen afstemmen om die gevoelens positief te beïnvloeden.

De kracht van het ‘storifyen’ van de gebruikerservaring in een praktische en emotionele context kan ons helpen bij het genereren van creatieve inzichten en ongebruikelijke oplossingen. Het idee is niet alleen om een product te ontwerpen dat functioneel is, maar ook om het te laten aansluiten bij de emotionele behoeften van de gebruiker in specifieke situaties. De rol van de context en de emoties in de ontwerpstrategie kan ons helpen om een product te creëren dat niet alleen nuttig is, maar ook echt resoneert met de gebruiker.

Door te visualiseren wat er gebeurt in verschillende episodes van de gebruikersreis, kunnen we gemakkelijker zien waar we verbeteringen kunnen aanbrengen en de ervaring van de gebruiker kunnen optimaliseren. Het gebruik van diagrammen en verhalen kan ons helpen deze inzichten te structureren en zo een product te creëren dat niet alleen eenvoudig is in gebruik, maar ook de juiste emoties oproept bij de gebruiker.

Simpliciteit in ontwerp is niet altijd het resultaat van het weglaten van elementen. Soms is het nodig om complexiteit te begrijpen en te beheren, zodat het ontwerp eenvoudig blijft voor de gebruiker, maar tegelijkertijd de juiste context en emoties bevat. Dit stelt ons in staat om de ervaring niet alleen gebruiksvriendelijk, maar ook aangenaam en relevant te maken.

Hoe een Waardepropositie Bedrijfmodellen Vormt en Duurzaam Onzekerheid Vermindert

Een businessmodel beschrijft hoe een organisatie waarde creëert, levert en vastlegt (Osterwalder & Pigneur, 2010). In concrete termen beschrijft het hoe een organisatie winst genereert. Volgens Clayton Christensen (Johnson et al., 2008) kan een businessmodel worden omschreven door vier bouwstenen, die de essentie van een organisatie en haar activiteiten vastleggen. Deze bouwstenen zijn: de waardepropositie, de benodigde middelen en activiteiten, de winstformule, en de operationele processen.

De waardepropositie is het eerste fundament van het businessmodel. Het kan worden omschreven als het aanbod van producten of diensten die klanten helpen om een taak effectiever, gemakkelijker of goedkoper uit te voeren. De kern van een waardepropositie ligt dus in het probleem dat het oplost voor de klant, of het nu gaat om kostenbesparing, gebruiksgemak of superieure prestaties. Om succesvol te zijn, moet een organisatie begrijpen wat haar klanten werkelijk willen en hierop inspelen.

Het tweede fundament zijn de middelen en activiteiten die noodzakelijk zijn om de waardepropositie te realiseren. Dit omvat alles van personeel en technologie tot faciliteiten en netwerken. Bedrijven moeten deze resources efficiënt inzetten om de waarde die zij aan klanten willen bieden te kunnen leveren. Bijvoorbeeld, als de waardepropositie is gebaseerd op snelheid en gemak, kunnen de benodigde middelen bijvoorbeeld netwerken van oplaadstations zijn voor elektrische voertuigen, zoals in het geval van Better Place.

De derde bouwsteen, de winstformule, geeft aan hoe de organisatie geld verdient. Dit gaat verder dan de simpele verkoopprijs van een product; het betreft de manier waarop kosten, investeringen en de uiteindelijke winststructuur zijn opgebouwd. Een goed ontworpen winstformule zorgt ervoor dat de organisatie haar activiteiten kan financieren, investeringen kan terugbetalen en winst kan genereren. Dit is de financiële motor achter het businessmodel, en het moet goed worden afgestemd op de andere bouwstenen, zoals de waardepropositie.

Ten slotte zijn er de operationele processen. Dit zijn de dagelijkse activiteiten die nodig zijn om de waardepropositie te leveren en de winstformule te ondersteunen. Het is de manier waarop de organisatie haar resources inzet om haar doelen te behalen, zoals productieprocessen, logistiek en klantenservice. Zonder een efficiënt en goed beheerd operationeel proces kan zelfs de beste waardepropositie en winstformule mislukken.

Als we het businessmodel van Better Place analyseren, zien we hoe deze bouwstenen in de praktijk werken. Better Place had als waardepropositie het aanbieden van een netwerk van oplaad- en batterijwisselstations voor elektrische voertuigen (EV's), wat de kosten en het gemak voor EV-bezitters verlaagde. De benodigde middelen waren de technologie voor slimme netwerken, de stations zelf en strategische partnerschappen met autofabrikanten en nutsbedrijven. De winstformule was gebaseerd op een abonnementsmodel, waarbij klanten een vast bedrag betaalden voor toegang tot het netwerk van oplaadstations.

Echter, de kosten voor het bouwen van deze netwerken waren veel hoger dan aanvankelijk geschat, wat het businessmodel onhoudbaar maakte. De vaste kosten waren zo groot dat het bedrijf een enorme verkoopvolumes nodig had om de kosten te dekken, iets wat onmogelijk bleek zonder een aanzienlijke groei in de EV-markt, die op dat moment minder dan 1% van de markt besloeg. Dit illustreert een belangrijk punt in de ontwerp van een businessmodel: het moet schaalbaar zijn en zich aanpassen aan de marktomstandigheden en de verwachte groei. Een businessmodel dat afhankelijk is van een massale acceptatie op korte termijn loopt het risico onhoudbaar te zijn.

Het is dus belangrijk te begrijpen dat businessmodellen zelden in één keer perfect zijn. Meestal vereist het een stapsgewijze benadering waarbij risico's worden beperkt en onzekerheid wordt verminderd. Dit kan door incrementen in plaats van radicale veranderingen te maken, door in te spelen op bestaande industriële beperkingen en door bestaande businessmodellen te begrijpen en ermee samen te werken in plaats van ze direct uit te dagen.

Als we de drie dimensies van een waardepropositie nader beschouwen – betaalbaarheid, gemak en effectiviteit – wordt duidelijk dat het moeilijk is om ze allemaal in één product of dienst te combineren. Technische en economische afwegingen maken het lastig om zowel een goedkope oplossing als een hoogwaardig product te bieden. Het is daarom van belang om een duidelijke focus te kiezen op een van deze aspecten, afhankelijk van het type klant dat je wilt bedienen. Bedrijven als IKEA hebben bijvoorbeeld gekozen voor betaalbaarheid en aantrekkelijke ontwerpen, terwijl bedrijven zoals Design Within Reach de nadruk leggen op exclusiviteit en hoge kwaliteit.

Wat uiteindelijk van belang is voor een succesvol businessmodel, is de afstemming van de waardepropositie met de behoeften van de klant. Dit betekent dat een bedrijf zorgvuldig moet analyseren welke "taak" de klant probeert te vervullen en hoe zijn product of dienst hen effectiever kan helpen om die taak uit te voeren. Of het nu gaat om lagere kosten, meer gebruiksgemak of betere prestaties, het is cruciaal dat het businessmodel aansluit bij de klantbehoeften en de marktomstandigheden waarin het opereert.

Het ontwikkelen van een businessmodel vereist dus een diep begrip van zowel de externe markt als de interne capaciteiten van het bedrijf. Het gaat niet alleen om het ontwikkelen van een product, maar om het ontwikkelen van een systeem van middelen, activiteiten en processen die samen het fundament vormen voor duurzame groei en succes. Het gaat erom onzekerheid op een gecontroleerde en geleidelijke manier te reduceren, door ervoor te zorgen dat elk aspect van het businessmodel niet alleen logisch is, maar ook bestand tegen de dynamiek van de markt en de veranderende behoeften van de klant.